Reisverhaal «Ellende»

Canarische eilanden | Spanje | 0 Reacties 04 November 2012 - Laatste Aanpassing 06 Maart 2014

Deze ochtend kwamen we tot de ontdekking dat we hier eigenlijk zowat 'vast' zitten. We zitten op het einde van een baai en kunnen niet meer verder wandelen. Enkele meters verder dan ons verblijf verdwijnt de kustlijn in de rotsen. Vandaar dat de zee metershoog tegen de rotsen opspat. Mich zegt dat er niks anders op zit dan te fietsen. Eigenlijk wil ik liever wandelen en zeker niet dezelfde weg doen dan gisteren want dat kan ik echt niet meer. Maar Mich wil fietsen en probeert een andere weg te vinden maar al na enkele kilometers zitten we terug op de steile weg van gisteren. De berg op. Na enkele meters kreeg ik het benauwd, mijn borstkas werd samengedrukt alsof er een bankvijs op stond. Zelfs als ik probeerde de berg te voet op te gaan ging de pijn niet weg, ik probeerde mijn ademhaling te regelen zoals ik steeds doe als ik voel dat het niet goed gaat maar het beterde niet, ik kreeg ook steken in mijn linkerschouder en als ik dit krijg dan weet ik dat dit van mijn hart komt. Deze steken voel ik ook als ze mijn pacemaker regelen. Het liefst ging ik terug naar huis en eigenlijk had ik het moeten doen, naar mijn lichaam luisteren. Maar Mich reed voorop en keek niet om. Dus ik zet maar voort, mijn hoofd begint ook te bonken alsof mijn hersenpan opzwelt. Mijn slapen beginnen te kloppen. Maar ik verbijt de pijn, meestal betert het ook wel als ik het rustig aan doe. Dat heb ik al eerder ondervonden. Maar rustig gaat niet vandaag want het is heftig klimmen en daar heb ik problemen mee, zelfs bij het wandelen lukt mij zoiets niet. Ik begin te kokhalzen, mijn maag draait en mijn hart gaat tekeer in mijn hoofd. Tranen wellen op, meestal probeer ik deze tegen te houden zoals op de Teide of bij andere heftige hellingen, ik hoor die man in de backpacker zeggen: 'she must love you to do this' tja.. 

Dit is verschrikkelijk, we beklimmen ondertussen dezelfde berg als gisteren, mijn ogen zijn gericht op het asfalt, zoals steeds, doorgaan, alle kracht die ik in mij heb duw ik eruit, maar het is niet genoeg. De tranen lopen over mijn wangen en mijn keel snoert toe. De bankvijs rond mijn borstkas snoert dicht.
Als we in het dorp komen vraag ik chocolade, misschien helpt het wat te rusten en wat suikers te nemen, maak ik mezelf wijs, maar ik weet wel beter. Mijn lichaam kan gewoon niet meer. Het is genoeg geweest, dagen aan een stuk fietsen en weinig of geen rust nemen, dat vraagt om wraak,..
Als we terug aanzetten voel ik dat het echt niet gaat, het minste beetje dat de weg omhoog gaat begint mijn ademhaling te stokken, mijn keel zwelgt op en mijn hoofd zit in een bankvijs. Soms gaat er een steek door mijn linkerschouder en dan wordt ik ook nog ongerust. Dat gaat echt niet goed. Ik schakel mijn gedachten uit, ik laat me gewoon meevoeren, op die momenten kan niks me nog schelen, al val ik ter plaatse dood, ik heb echt geen levenslust meer, ik wordt apatisch, mijn lichaam vraagt rust standepede en dat lukt niet. Ik wordt een automatische piloot en probeer te overleven, mijn lichaam protesteert, mijn maag keert, de bankvijs draait dicht. De steken in mijn arm worden erger. Als ik afstap van mijn fiets voel ik mijn benen trillen alsof ik erdoor ga zakken, ik beef als een rietje. De tranen komen en blijven komen.. 

Mich vraagt wat er scheelt en denkt dat ik "geen zin heb", ik probeer een foto te maken, normaal doen, misschien gaat alles over, nee dat lukt niet dat weet ik wel, moedeloos zak ik in een hoopje, ik voel me ellendig en sleep me naar een bank.. laat mijn tranen rollen en voel me een hoopje ellende,.. mijn lichaam komt wat tot rust..
Het gaat beter.. totdat ik besluit om te wandelen en bergop moet, de pijn komt terug, de bankvijs komt terug, mijn ademhaling stokt en de tranen komen.. ik kan het niet. Het gaat niet meer, ik ben op. Als zelfs wandelen niet gaat dan is er wel iets aan de hand, dan moet ik echt wel naar mijn lichaam luisteren. Ik probeer wat te rusten, te zitten, naar de zee te kijken..

Op zo'n moment besef je dat je toch niet meer zo gezond bent als wat je denkt. Maar toch heb ik niet het gevoel dat ik mag klagen. Nee ik kan niet boos op mijn lichaam want ik doe en ik kan veel meer dan mijn leeftijdgenoten en dat besef ik maar al te goed. Ik kan zelfs meer dan sommige jonge mensen rondom mij. Dit wordt de verschrikkelijkste dag van de vakantie. Mich rijd verder, ik zoek mijn weg terug naar ons verblijf. Wat een leuke plaats moest zijn is eigenlijk niet leuk meer want ondertussen zwellen de golven aan en maken een ganse nacht hels kabaal, ik doe geen ook dicht. 

 

 

 

 

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking