Reisverhaal «De duim doen»
Argentinië
|
1 Reacties
04 Maart 2010
-
Laatste Aanpassing 16 Juni 2010
Ons bordje met het opschrift 'por favor, gracias' is nog maar net af als we onze eerste lift beet hebben. We kunnen met een sympathieke Argentijn in zijn camionette mee tot aan de splitsing met de Ruta 40. We rijden El Calafate uit en luisteren met plezier naar z'n reisverhalen. "Que?" , vraagt hij. Wij willen langs de desolate cuarenta naar boven liften. Het feit dat we een tent en proviand bij hebben stelt hem gerust.
De alternatieve jongedame bij wie we daarna in de wagen belanden overtuigt ons bijna om mee te rijden tot in El Chaltén, waar ze zelf woont. Maar we houden vast aan ons plan en laten het ommetje van bijna 200 kilometer links liggen. "Misschien tot vanavond als we niet verderop geraken", en we nemen afscheid. Na een uur en slechts vier passerende auto's houden we er steeds meer rekening mee dat we tegen de avond effectief naar El Chaltén zullen moeten. Minuten voor ze ons passeren zien we de voertuigen kilometers ver weg als blinkende knikkers opduiken. Voor ons het moment om te beginnen gokken: "Shit, een bus" of "Ja, een auto" of nog beter "Een camionette of een vrachtwagen!". De spanning stijgt, het voertuig komt dichter en dichter en dichter en we belanden van de gok- in de hoopfase: "Dat hij alstublieft onze kant opgaat". Dat is meestal niet het geval. Maar als het voor een keer wel zo is, halen we onze tandpastaglimlach boven en doen we opperbest de duim ('hacer la deda' of 'de duim doen' is het Spaans voor liften). Elke teleurstelling van een niet-gestopte wagen spoelen we door met een spelletje steentjes gooien.
Een lifter die van El Chaltén komt wordt aan het kruispunt afgezet. De jongeman was er gisteren niet in geslaagd een lift te versieren en heeft de nacht in zijn slaapzak langs de kant van de weg moeten doorbrengen. Een veelbelovend verhaal. Maar de gekipte Rus ziet het nog zitten en wandelt jolig verder. Na anderhalf uur wachten is de zevende wagen de goeie. We pikken de Rus op en kunnen samen mee tot in Tres Lagos. "You crazy!", schatert onze Russische vriend als hij merkt dat onze weg naar het Noorden gravel wordt. "Me crazy too!", komt hij bijna niet meer bij als het duidelijk wordt dat ook voor hem de asfalt hier stopt.
Tres Lagos is de plek waar voor reizigers de 500 kilometer gravel en het quasi-niemandsland begint. Het is al na drieën en de enkele wagens die nu nog passeren zijn voor ons geen optie. Het wordt na vier uur wachten en nu en dan steentjes gooien duidelijk dat de nacht voor ons er eentje in Tres Lagos zal worden. Op de Camping Municipal, waar splinternieuwe sanitaire blokken en een restaurantje een maand open zijn. Voor ons een complete verrassing op deze plek waar de tijd anders al lang lijkt stil te staan.
Om zeven uur opstaan is tien minuten te laat want we verliezen onze eerste plaats voor het liften aan de twee Israeli's die gisteren na ons zijn komen aanschuiven. Tot 9u30 passeert er geen kat, dus hebben we tijd zat om ons ontbijt langs de kant van de weg te prepareren. Het is wachten, wachten, wachten zonder zelfs steentjes te mogen gooien. De eerste wagens die passeren doen alsof we er niet staan. Alleen toeristen komen voorbij. Schijters die denken dat we hen enkele honderden kilometers verder koelbloedig zullen afmaken om er met hun huurwagen vandoor te gaan of egoïsten die een lege achterbank boven twee rugzaktoeristen prefereren. We worden stilaan hopeloos en denken eraan om terug naar El Chalten te liften en daar de bus te nemen. Of misschien kunnen we van hier wel mee met de bus die om de twee dagen passeert? Ik ga in het dorp op zoek naar de ene beschikbare telefoon om de busmaatschappij te bellen. "Opstappen in Tres Lagos is onmogelijk", is hun verdict. Dat was het dan, we geven de hoop om nog verder te liften op en leggen er ons bij neer dat we terug moeten. Goe geprobeerd...
De twee Israeli's zijn al terug op weg naar El Chaltén. In hun plaats is er zonet een jonge Braziliaanse vol frisse moed aan de onmogelijke opdracht begonnen. Ik snel haar als tolk te hulp als ze twee Amerikanen de juiste weg probeert te wijzen. Die juiste weg is de Ruta 40 naar het Noorden tot in Perito Moreno. Ook onze richting! Ik wijs hen de weg en leg hen uit dat de meid graag meewil. En wij ook! De chauffeur wil slechts twee passagiers meenemen. Het maakt hem totaal niet uit wie. Ik leg de Braziliaanse uit dat wij, die hier al een dag langer aan het wachten zijn, in feite recht hebben op de lift. Met enige tegenzin legt ze zich daarbij neer. "Ik heb de wagen wel doen stoppen", probeert ze nog. Ik doe alsof ik haar niet begrijp.
"Do you mind if I call you Vàààlery?" vraagt Erren die met zijn jongere broer Matt op een 'roadtrip' door Patagonië is. Op de gravel is hij verrast door de erbarmelijke staat van de weg. Het onderstel van de zwaar geladen wagen komt constant onvriendelijk in aanraking met de stenen. "I can handle this", is Erren zelfzeker en hij zet zijn koptelefoon op om het constante gebonk niet te moeten aanhoren. We rijden aan een strak tempo door het eindeloze niets. Alleen nu en dan opgeschrikt door overstekende guanaco's of amdrillo's. Als we in de vooravond Bajo Caracoles bereiken, ziet Erren het niet meer zitten om nog 100 kilometer verder te crossen. Geen probleem, want dit gehucht met 10 huizen, 27 inwoners, 2 honden en een handvol kippen in the middle of nowhere heeft niets maar ook alles te bieden: mooie verlatenheid, een schitterende zonsondergang en een gezellige avond met Matt en Erren bij het kampvuur.
Voor Perito Moreno hebben we nog tijd genoeg om even om te rijden naar de Cuevas de los Manos, fascinerende oeroude muurschilderingen in de fabelachtige Canyon de las Pinturas. De laatste vijftig kilometer is het op asfalt uitbollen tot de eindbestemming van onze Amerikaanse vrienden. Maar in Perito Moreno beslissen ze om door te rijden tot in Los Antiguos, onze eindbestemming, een oase na de woestijn. Alsof Matt en Erren de kers op onze taart willen zetten.
Fotoalbums van Argentinië
20 April 2010
|
Argentinië
|
Laatste Aanpassing 03 December 2010