Reisverhaal «Maleisië (Nio)»

Southeast-Asia | Maleisië | 0 Reacties 26 Maart 2015 - Laatste Aanpassing 09 April 2015

Tijdens de eerste maand van onze reis worstelde ik af en toe met schuldgevoelens: ik was immers aan het genieten terwijl iedereen die ik kende doorwerkte. Decadent, onverrantwoord, niet verdiend. Daarenboven vroeg ik me meer en meer af hoe ik mijn tijd in het buitenland nu eigenlijk wou invullen. Rondtrekken en dingen zien is heel leuk, maar een pak minder voldoeninggevend dan vrijwilligerswerk.

In Maleisië hebben we eerst twee weken apart gereisd. Dat gaf ons wat tijd om individueel uit te vissen wat we wilden van onze reis en om een tijdje volledig ons eigen ding te doen. Omdat ik aanvankelijk niet echt wist wat ik wou en omdat ik van nature niet graag lange tijd alleen ben, besloot ik een goedkope dorm te zoeken in Georgetown, op het eiland Penang. Het duurde niet lang voor ik de Poolse Anna ontmoette. Anna doet zo goed als al haar verplaatsingen thuis en op reis liftend en ze had de voorafgaande maanden in het Midden-Oosten rondgetrokken, met als bestemming de Syrische frontlinie, waar ze gewonden wou gaan helpen. Vijf kilometer ervandaan werd ze echter tegengehouden, waardoor ze haar plannen moest wijzigen. Workaway bracht haar naar het Greentown café, een kleine hostel+bar in het centrum van Georgetown. Deze kleine maar gezellige plek wordt uitgebaat door de immer mysterieuze Chinees Xuan, die tijdens Anna’s werkuren regelmatig zwijgend cadeautjes voor haar neus op tafel dropte – gebakjes, kledij, een tent - en op elke vraag antwoordde met een vreemd grapje of onoplosbaar raadsel.

Nog diezelfde dag arriveerde de charmante Amerikaan Joel. Hij was na enkele maanden rondreizen en allerlei romantische perikelen net als ons toe aan wat reflectie en een beetje rust. Omdat het meteen erg goed klikte tussen ons, ben ik uiteindelijk nog vijf nachten in Georgetown gebleven. Wat me eerst een vrij oninteressante stad leek, heb ik uiteindelijk leren kennen als een veelzijdige plek met verborgen hoekjes – nergens eerder tijdens onze reis heb ik zoveel pittoreske kleine steegjes, hippe cafeetjes en straatkunst gezien. Het leek Zuid-Europa wel. Overdag probeerden we te liften naar het nationaal park voor een frisse duik, bezochten we drukke Chinese tempels waar een meter lange wierookstokken brandden ter gelegenheid van nieuwjaar en slenterden we door de jetties – vissershuisjes op stelten in het water. ’s Avonds gingen we op zoek naar het beste streetfood voor de immer hongerige Joel, kochten we belachelijk goedkope biertjes in een schrale en wellicht niet helemaal legale bar – de halfnaakte Chinese uitbater met een bierbuik en haaientand aan een ketting rond zijn nek maakte het plaatje compleet – en dronken we in kleine steegjes waar de ratten onder en langs ons heen snelden. In de hostel maakten we kennis met de figuren van de buurt die nu en dan een praatje kwamen slaan en staken we zelf vuurwerk af voor de familie van de hosteluitbater.

Na Georgetown maakte ik een korte stop in de Cameron Highlands, waar ik onder andere een theeplantage bezocht en genoot van de 'frisse' temperaturen (nog steeds zomers volgens onze Belgische normen maar ettelijke graden lager dan in de rest van het land) en daarna trok ik verder naar Kuala Lumpur, waar ik vier dagen lang in wisselend gezelschap door de stad doolde – een stad die me met haar vele beton niet echt heeft weten te bekoren. Vervolgens nam ik een bus naar de Hare Krishnaboerderij in Lanchang, waar Joeri ondertussen al een week met zijn bekering bezig was. 

Net als in Krabi voelde ik me erg goed op deze boerderij. Het manuele werk in de voormiddag maakte de rust in de namiddag en avond welkom en verdiend. Ik leerde bij over de hare krishna’s en genoot van hun gelukkige uitstraling en enthousiasme – zingen en dansen in de straten spreekt me heel wat meer aan dan het ernstige stilzitten in onze leeggelopen katholieke kerken. Ondanks mijn atheïstische aard raakte ik geboeid door de verschillende manieren waarop religies omgaan met de dood en de invulling van het leven. Punt van kritiek op Hare Krishna is de – uiteraard, zijn we verbaasd? – ondergeschikte positie van de vrouw. In principe kunnen vrouwen in de Hare Krisha-beweging bijvoorbeeld dezelfde functies als mannen bekleden. Op internet lees ik echter dit soort dingen:

“When asked if a woman could become a temple president, Srila Prabhupada replied, "Yes, why not?" and then explained that a woman should remain dependent on either her first-class father, first-class husband, or first-class son. (In the final analysis, only the Supreme Lord, Sri Krsna, is independent, but Vedic culture specifically enjoins that women should remain dependent on their intimate male relation.) (http://backtogodhead.in/whats-a-woman-to-do-by-vis...

Afhankelijkheid van mannen vind ik geen teken van gelijkheid, maar dit is blijkbaar vatbaar voor discussie, getuige de vele teksten die online over dit onderwerp te vinden zijn. Verder merkte ik de ongelijkheid tussen de seksen ook zelf op in kleine dingen, zoals het feit dat enkel mannen in de tempels mogen overnachten. In Kuala Lumpur betekende dat een bed  in het tempelcomplex voor Joeri en de vloer van een kamer enkele straten verderop voor mij.

Naast het spirituele aspect van de boerderij, sprak ook het sociale aspect me erg aan. Aangezien de farmdirector maar nieuwe vrijwilligers bleef droppen op de drempel van ‘ons huis’, waren we op een bepaald moment met veertien, genoeg om zeer gedreven te weerwolven en presidenten. Het monotone werk overdag maakten we aangenamer door moordspelletjes te verzinnen en toen het eindelijk regende – en niet een beetje – dansten we met zijn allen tot we doornat waren. 

Na het ontmoeten van de zoveelste liftende reiziger, besloten we deze manier van reizen ook wat meer te incorporeren in onze trip. Op onze tocht van Kuala Lumpur via het kitscherige Melaka -Disney lijkt hier met de scepter te zwaaien- naar Singapore wisselden we reizen per bus daarom af met het hitchen van rides. Socialer en bovendien gratis. Win-win dus, en zeker niet de laatste keer dat we dit doen.

Schuldgevoelens over onze reis heb ik overigens niet meer – ik heb vooral spijt dat ik de stap niet eerder heb gezet. Onderweg ontmoeten we heel veel mensen die een eigen kijk hebben op het leven in onze kapitalistische wereld en die bewijzen dat het anders kan. Om de wereld te zien heb je in feite geen geld nodig en ook het leven thuis hoeft niet enkel te draaien rond werken en consumeren. Sinds ik het drukke leven in België achter me heb gelaten, heb ik trouwens geen last meer van rugpijn, hartkloppingen of andere door stress geïnduceerde kwaaltjes. Ik vind het nu absurd en erg ongezond hoeveel werkuren ik klopte, vaak ook nog aan de computer, en hoop na onze reis toch een gezonder en gelukkiger evenwicht te vinden tussen werk en ontspanning. 

 

 

 

 

Fotoalbums van Maleisië

Malaysia (13/02- 14/03) (56)

17 Maart 2015 | Southeast-Asia | Maleisië | Laatste Aanpassing 04 April 2015

  • Melaka houdt van kitsch - getuige de tuktukfietsen
  • Meer wespendieven (oriental honey buzzard)
  • De vogels komen over zee aangewaaid vanuit Sumatra
  • Central Market, Kuala Lumpur
  • Maleisische birders

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking