Travel Story «Japan»

Japan | Japan | 0 Comments 25 December 2019 - Last Update 19 March 2020

(English translation cf. below)


ROUTE

Tokyo, Tsukuba, Ikoma, Tanabe, Tokyo, Sapporo, Koryama, Urabandai, Aizu-Wakamatsu, Niigata, Tsuruoka, Kanazawa, Tokyo

REISVERSLAG

De wintermaanden bracht ik door in Japan. Geen fietsreis deze keer, maar een combinatie van wandelreis en het bezoeken van vrienden. Als ik u vertel dat dit mijn vierde bezoek was aan het Land van de Rijzende Zon, dan zal het u niet verbazen dat Japan één van mijn favoriete bestemmingen is.

De eerste dagen verbleef ik zoals gewoonlijk in Tokyo. Ik trachtte er de jetlag van mij af te schudden door het maken van korte stadswandelingen in enkele mij reeds bekende stadsbuurten zoals Kanda, Asakusa, Akihabara, Ueno, Shinjuku en Korea Town.

Na deze korte "acclimatisatieperiode" was de tijd rijp voor een eerste test: een dagwandeling naar Tsukuba-san. Deze "heilige" berg ligt zo'n 50 km ten noorden van Tokyo en staat op de zogenaamde lijst van "Hyakumeizan" of "de 100 bekende bergen van Japan".

Eerdere Japanse bergervaringen indachtig was ik mij beducht op een grote massa wandelaars, maar mijn vrees bleek ongegrond. Aan de voet van de berg is een tempelcomplex. Na de obligate steile trappen kwam ik op een smal bospad dat zich tussen de ceders en cypressen heen slingerde. Na een steil stuk over besneeuwde rotsblokken bereikte ik de eerste van de tweelingtoppen: Nyotai-san (876 m). Van daar ging het verder naar Nantai-san (870 m) alvorens de afdaling naar het heiligdom in te zetten.

Nadien reisde ik per trein westwaarts, van Tokyo naar Ikoma. Dit stadje, gelegen in het midden van de driehoek Osaka-Kyoto-Nara, was mijn basis voor het maken van enkele dagtochten in de omgeving.

Zo stonden onder meer de Tijgertempel (Shigisan Chogosonshi-ji tempel) en de tocht van de 48 watervallen van Akame op het programma. Deze tocht in Mie-prefectuur leidde mij door het gebied waar vanaf de vijftiende eeuw de legendarische ninja's werden opgeleid: de geheime agenten ten tijde van het feodale Japan.

Rond de jaarwisseling wandelde ik de Kumano Kodô pelgrimsroute in het zuiden van het Wakayama-schiereiland. De nadruk lag op de Nakahechi-route, maar aan het einde was er ook een tocht in de buurt van Nachi (met onder meer de Nachi-waterval, met zijn 133 meter de hoogste van Japan).

De eerste wandeldag had ik veel doorzettingsvermogen nodig, want gedurende de hele dag viel de regen met bakken uit de hemel. De volgende dagen was het weer gelukkig heel mooi. De Kumano Kodô route voert door geheimzinnige beboste bergen langsheen een reeks van schrijnen, heilige en historische plaatsen. De laatste jaren is de populariteit van deze oude route enorm toegenomen. Het kan er dan bij momenten heel druk zijn. Andermaal had ik het geluk aan mijn zijde, want rond de jaarwisseling waren slechts een handvol pelgrims/wandelaars op pad, zodat ik met volle teugen kon genieten van de fraaie omgeving.

Aan het einde van de tocht wachtten de tempelcomplexen van Kumano Hongu Taisha en Kumano Nachi Taisha, de tempels van de mythische drievoetige kraai. Daar was het een drukte van jewelste met Japanners die er hun "nieuwjaarsplicht" kwamen vervullen. Op de eerste uren/dagen van het nieuwe jaar begeven de Japanners zich in groten getale naar tempels en schrijnen om er te bidden voor een voorspoedig nieuw jaar. Bij de bekendste heiligdommen kan dit leiden tot ongeziene volksverhuizingen. In België zou zo'n massagebeurtenis al snel ontsporen in chaos met veel geduw en getrek maar in Japan gaat het er steeds heel ordelijk en gedisciplineerd aan toe.

Na een tussenstop in Tokyo reisde ik door naar het hoge noorden van Japan. In Sapporo op het eiland Hokkaido was het 15°C koeler dan in het zuiden van Japan. Ook overdag bleven de temperaturen onder het vriespunt en geregeld viel er sneeuw. Toch deden de meeste plaatselijke bewoners die ik ontmoette hun beklag dat de Hokkaido winters niet meer waren wat ze ooit waren geweest. Met zichtbaar heimwee haalden ze herinneringen op aan winters toen de sneeuw minstens een meter hoog in de straten lag. Nu diende er voor het befaamde Sapporo Sneeuwfestival zelfs sneeuw aangevoerd te worden uit de bergen van het binnenland.

Binnen Japan geniet Hokkaido grote faam vanwege zijn lekkere keuken. Het mag dan ook geen verbazing wekken dat ik in Sapporo de meeste tijd besteedde aan "sociale" activiteiten, met een nadruk op het ontmoeten van vrienden in restaurants.

Vervolgens keerde ik terug naar Honshû, het hoofdeiland van de Japanse archipel. Mijn volgende bestemming was Fukushima. Alleen al het vernoemen van deze naam doet in het westen allerlei alarmbellen afgaan. Niettegenstaande is Fukushima één van mijn favoriete regio's in Japan. Dat was al zo toen ik er in 2014 fietste, en daarom wilde ik er maar al te graag terugkeren.

In het gebied van Urabandai, aan de voet van de gelijknamige slapende vulkaan, maakte ik bergtochten (op sneeuwschoenen) doorheen stille bossen en langs azuurblauwe meren. Ook bezocht ik Aizu-Wakamatsu met zijn houten Sazaedo tempel en de graven van de legendarische Byakkotai. Dit was een samoerai-eenheid waarvan de jonge leden na een uitzichtloze veldslag gezamenlijk rituele zelfmoord pleegden. Verder bracht ik ook een bezoek aan Tô-no-Hetsuri en Ôuchi-juku, een oud poststadje uit de Edo-periode (17e-18e eeuw) met huizen met rieten daken.

Van Fukushima zette ik koers naar de westkust van Japan. Daar, aan de zogenaamde Zee van Japan, was de stad Niigata mijn eerste halte. De winters aan de Japanse oostkust (aan de Stille Oceaan) hebben doorgaans mooi weer met blauwe luchten. Aan de westkust is het even anders. De winters zijn er heel grijs, koud en nat. Als de temperatuur meezit, komt de neerslag in de vorm van overvloedige sneeuw. Tijdens een zachte winter (zoals dit jaar), krijgen ze hoofdzakelijk regen.

Niigata behoort tot het noordelijke deel van hoofdeiland Honshû, een deel van het land dat Tôhoku wordt genoemd. Op Akita na was ik voordien al in alle delen van Tôhoku, een plattelandsgebied dat mij erg bevalt. In Niigata bracht ik een bezoek aan het Yahiko-schrijn.

Met de trein reisde ik verder naar het noorden. Nabij Tsuruoka wilde ik een trektocht maken in het gebied van Dewa Sanzan, waar een oude pelgrimsroute naar drie heilige bergen leidt. 's Winters is echter enkel de eerste (en laagste) berg bereikbaar. De routes naar de twee volgende bergen zijn dan bedolven onder pakken sneeuw.

Maar niet getreurd, want de route naar de top van de eerste berg (Mount Haguro -- 414 meter) is al erg de moeite waard. Een pad voert door een bos met eeuwenoude ceders. Dan passeer je een pagode met vijf verdiepingen uit de tiende eeuw om vervolgens te beginnen aan een klim die onder meer over een trap met bijna 2.500 treden naar de top van de berg gaat waar het Sanjin Gosaiden schrijnencomplex zich bevindt. Halverwege de klim kwam ik al in de sneeuwzone terecht. Zeer ongewoon naar Japanse maatstaven was dat ik tijdens de beklimming van Mount Haguro geen enkele levende ziel ben tegengekomen.

Tijdens de laatste dagen van mijn reis bracht ik nog een bezoek aan Kanazawa, een historische stad aan de Zee van Japan die grote faam geniet vanwege de Kenroku-en tuinen en enkele oude geisha- en samoerai-buurten.

Tot slot was er nog een trektocht naar het gebied van Mount Mitake (929 meter) en Mount Hinode (902 meter) op het platteland van Tokyo, met de intussen gekende ingrediënten: majestueuze bomen, historische heiligdommen en veel sneeuw in de hogere regionen.

Top 5:

1. Eten

Er zijn bibliotheken volgeschreven over de Japanse keuken; ik heb niet de ambitie noch de kennis om daar veel aan toe te voegen. De lekkere Japanse gerechten worden voornamelijk bereid met streekproducten. Elke stad of regio heeft zo zijn eigen typische specialiteiten. Eén ding is zeker: de Japanse keuken is zo veel meer dan enkel maar sushi!

2. Onsen

Dit is een ware hoeksteen van de Japanse maatschappij. Baden is voor veel Japanners de enige vrijetijdsbesteding waar uitgebreid de tijd voor wordt genomen. Er gaat een welbepaalde etiquette mee gepaard, waar ik hier niet gedetailleerd op ga ingaan.
Na een dag van fysieke activiteit is het een hemels genoegen om enige tijd in een onsen door te brengen. Bovendien maakt onsen water een droge huid heel zacht.

3. Beleefdheid en goede manieren van de doorsnee Japanner

Wellevendheid is in Japan niet enkel een kwestie van grote woorden, maar vooral van daden. Om een voorbeeld te geven. Op treinen en bussen wordt niet getelefoneerd met mobieltjes, klinkt geen luide muziek uit koptelefoons, legt niemand zijn voeten op de bank en blaft niemand het personeel af.

4. Dienstverlening

In Japan is de klant nog altijd en overal koning! De dienstverlening in het algemeen in winkels, hotels en openbare diensten staat op een torenhoog niveau waarvan we in België alleen maar kunnen dromen.
Overal waar men binnen gaat weerklinkt meteen de verwelkoming "Irassaimase!!!" -- wat ongeveer staat voor "Wees welkom (in onze zaak) en hoe kunnen wij u van dienst zijn?"
Sommige dingen zijn gratis in Japan. In restaurants krijgen klanten gratis water en soms zelfs ook thee. In udon of ramen restaurants moet er niet betaald worden voor toppings (bv. lenteuitjes, gember, sesamzaad, bonitovlokken en zeewier). Over het hele land zijn openbare toiletten te vinden die gratis én net zijn. Zelfs langs wandelpaden in de bergen!

5. Natuur

In Europa denken we al snel dat Japan enkel een overvol land is van megasteden. Wat hier niet zo bekend is, is dat het land een bijzonder rijke natuur heeft. Ongeveer twee derden van de oppervlakte van Japan bestaat uit bos! Het is een land van bergen, beboste heuvels en meestal onbevaarbare rivieren. Je kan er regelmatig herten, vossen, makaken en kraanvogels zien. Beren en wasbeerhonden zijn iets discreter en laten zich minder zien.

De vlakke delen van het land zijn vrijwel volgebouwd met een aaneenschakeling van steden. Dit is het geval in de vlaktes van Kanto (met Tokyo en Yokohama) en Kansai (met Osaka, Kobe, Kyoto en Nagoya).

Flop 4:

Een lijstje maken van dingen die tegenvallen in Japan valt mij heel moeilijk. Ik moet al lang en diep nadenken vooraleer ik iets vind.

1. Taal

Zelf kan ik geen Japanse karakters lezen, waardoor ik mij meermaals als een analfabeet voelde. Bovendien spreken slechts weinig Japanners Engels. En zelfs personen die het wel spreken zijn dikwijls te verlegen of te perfectionistisch ingesteld om de taal van Shakespeare te gebruiken voor een gesprekje met vreemdelingen.
Veel Japanners voelen zich erg onzeker wanneer ze een gesprek in het Engels moeten aangaan. Nog voor ze iets in die taal gezegd hebben, excuseren ze zich reeds voor hun "povere" kennis.

2. Roken

Een vreemde wet in Japan verbiedt roken buiten op straat. Binnen in restaurants daarentegen mag er nog volop gerookt worden.

3. Verwarming

's Winters kan het in Japanse huizen bitter koud zijn. Dit probleem stelt zich niet zo zeer in hotels en dergelijke. Maar privéwoningen hebben zelden of nooit centrale verwarming zoals we dat in België gewoon zijn.

4. Geld

In vergelijking met landen als Estland, IJsland en Noorwegen is Japan nog steeds een "cash" land, in het bijzonder in familiezaken en buiten de grote steden. Stilaan begint dit te veranderen, maar op het vlak van elektronisch betalingsverkeer bevindt het land zich nog op een vergelijkbaar niveau als België of Griekenland.


ROUTE

Tokyo, Tsukuba, Ikoma, Tanabe, Tokyo, Sapporo, Koryama, Urabandai, Aizu-Wakamatsu, Niigata, Tsuruoka, Kanazawa, Tokyo

TRAVEL REPORT

I have spent the winter months in Japan. No cycling trip this time, but a combination of hiking and visiting friends. When I tell you that this was my fourth visit to the Land of the Rising Sun, then you will not be surprised that Japan is one of my favourite travel destinations.

As usual, I passed the first days in Tokyo. I tried to get rid off my jetlag by going for short citywalks in some already familiar areas such as Kanda, Asakusa, Akihabara, Ueno, Shinjuku and Korea Town.

After a short period of "acclimatisation" the time came for a first test: a day-hike to Tsukuba-san. This "holy" mountain is situated some 50 km to the north of Tokyo and figures in the so-called list of "Hyakumeizan" or "the 100 famous mountains of Japan".

Looking back upon previous Japanese mountain experiences, I was expecting big crowds of hikers, but my fear seemed to be unfounded. At the base of the mountain is a complex of temples. A typical series of steep and ancient steps led me on a narrow forest trail meandering between cedars and cypresses. After a steep stretch over snowy boulders the first of the twin summits was reached: Nyotai-san (876 m). From there I continued to Nantai-san (870 m) before starting the descent back to the sanctuary at the base of the mountain.

Later, I travelled by train to the west: from Tokyo to Ikoma. I used this town, situated in the middle of the triangle Osaka-Kyoto-Nara, as my basecamp to make a number of day-hikes in the area. I explored the area surrounding the Tiger Temple (the Shigisan Chogosonshi-ji Temple) and walked the Akame 48 waterfalls hike. This hike in Mie-prefecture led through the area where since the fifteenth century ninjas have been trained. Ninjas were secret agents in the days of feudal Japan.

Near the turn of the year, I walked the Kumano Kodô pilgrims' route in the south of the Wakayama peninsula. I focused on the Nakahechi-route, but at the end of the trail I also made some short sidetrips near Nachi (in particular to Nachi Falls, with 133 m the highest ones in Japan).

On my first hiking day, I had to show a lot of perseverance, as it was raining cats and dogs the whole day long. Fortunately, I enjoyed beautiful weather during the following days. The Kumano Kodô route goes through dark and mysterious forests, over mountains and past a series of shrines, holy and historical sites. In recent years, the popularity of this ancient route has grown considerably. As a result, the trails can be quite busy at times. Once again, I had luck at my side as only a very limited number of hikers was tackling the pilgrims' route at this moment of the year. In this way, I was able to enjoy the attractive environment and the peaceful atmosphere to the full.

At the end of the trail I reached the temple sites of Kumano Hongu Taisha and Kumano Nachi Taisha, the temples of the mythical three-legged crow. Over there, big crowds of Japanese were busy with their "New Year's duty". During the first hours/days of the new year the Japanese head in big numbers to temples and shrines to pray for a prosperous new year. This can lead to an unseen exodus near the most famous sanctuaries throughout the country. In Belgium, such mass events would quickly lead to chaotic situations with a lot of pushing and jostling, but in Japan these things always take place in a very orderly and disciplined manner.

After a very short break in Tokyo I continued my trip to the far north of Japan. In Sapporo, on the island of Hokkaido, the temperature was 15°C cooler than in the south of Japan. Also during daytime temperatures remained below zero and often it was snowing. Nevertheless, many locals were complaining that Hokkaido winters were not what they used to be and they visibly cherished their fond memories of long gone winters when snow piled up in the city streets. Now there was only 10 cm of snow and in view of the famous Sapporo Snow Festival (to be held in February) snow had to be driven in by trucks from the mountains of Central Hokkaido.

Inside Japan, Hokkaido is renowned for its delicious food and its exquisite cuisine. For this reason, it comes as no surprise that I devoted most of my time in Sapporo to "social" activities, with an emphasis on meeting friends in various restaurants.

Then I returned to Honshû, the main island of the Japanese archipelago. My next destination was Fukushima. Only mentioning this name disturbs a lot of people in Europe. Nevertheless, Fukushima is one of my favourite regions in Japan. This was already the case when I cycled there in 2014, and for this reason, I was eager to return to this fabulous region.

In Fukushima, I did some wonderful mountain hiking (on snow shoes) through silent forests and by turquoise lakes in the Urabandai area, near the base of the dormant volcano by the same name. I also visited nearby Aizu-Wakamatsu with its remarkable wooden Sazaedo temple and the graves of the legendary Byakkotai. This was a unit of young samurai that committed ritual suicide at the end of a hopeless battle. Apart from this, I also visited Tô-no-Hetsuri and Ôuchi-juku, an old post station from the Edo-era (17th-18th century) famous for its main street lined with thatched buildings.

From Fukushima I headed to Japan's west coast. Over there, at the shores of the Sea of Japan, the city of Niigata was my first stop. Winters at the Japanese east coast (the Pacific Ocean side) usually have nice weather with blue skies. Things are completely different at the west coast. Over there, winters are very grey, very cold and very wet. When temperatures are favourable, precipitation comes in the form of abundant snow. But during mild winters (such as this year's one), they get plenty of rain.

Niigata belongs to the northern part of main island Honshû, a part of the country that is called Tôhoku. Apart from Akita I have been in all parts of Tôhoku before, a countryside area that attracts me very much. In Niigata I visited the Yahiko-shrine. By train, I continued my trip to the north.

Near the small town of Tsuruoka I wanted to go hiking in the area of Dewa Sanzan, where an old pilgrims' route is leading towards three holy mountains. However, in winter only the first (and lowest) of these mountains can be reached. The routes leading to the following two mountains are then covered by loads of snow.

But no worries, because the route to the top of the first mountain (Mount Haguro -- 414 m) is very rewarding. A narrow path leads through a forest with huge, centuries-old cedars and past a picturesque five-storeyed pagoda constructed in the tenth century. Then the path starts to climb via a long series of steep stairs and after some 2.500 steps the top is reached near the Sanjin Gosaiden shrines. Halfway through the climb, I already found myself in the snow zone. Very unusual to Japanese standards was the fact that I didn't meet a living soul during my climb of Mount Haguro.

During the final days of my journey I also visited Kanazawa, a historical city near the Sea of Japan and famous for its Kenroku-en gardens and some old geisha and samurai neighbourhoods.

Finally, there was a hiking trip to the area of Mount Mitake (929 m) and Mount Hinode (902 m) in Tokyo's countryside, with the already familiar ingredients: majestic old trees, historical sanctuaries and lots of snow in the higher regions.

Top 5:

1. Food

There are already libraries that are full of books on Japanese cuisine; I don't have the ambition nor the knowledge to add a lot to this. Delicious Japanese dishes are mainly prepared using regional products. Each city or region has its typical specialities. One thing is for sure: Japanese cuisine is so much more than only sushi!

2. Onsen

An onsen is a Japanese hot spring. This is a true cornerstone of Japanese society. To many Japanese, bathing is the only leisure activity for which they extensively take the time. Going to an onsen involves a specific etiquette, but I won't go into detail on this in this blog. I just want to say that it is a heavenly joy to spend some time at an onsen after a day of physical activity. On top of this, onsen water is a delight that smoothens dry skin.

3. Politeness and the good manners of the average Japanese

In Japan, courtesy in not only a question of big words. In the first place, it is all about deeds. To give some examples in regard with public transport: no one talks in mobile phones on trains or buses. You cannot hear loud music from headphones, no one puts his feet on the seats and no one snaps at the driver or the staff.

4. Service

In Japan, the customer is right, always and everywhere! General services in shops, hotels and public services are at a sky-high level. In Belgium, we can only dream about this.
Upon entering a place, the welcoming sound of "Irassaimase!!!" will immediately be heard. This means "Be welcome (in our business) and how could we be at your service?"
In addition, Japan has a number of free services. Customers get free water and sometimes even tea in restaurants. In udon or ramen restaurants toppings (e.g. green onion, ginger, sesame seed, bonito flakes and seaweed) are free. All over the country are free and clean public toilets. Even on hiking tracks in the mountains!

5. Nature

In Europe, we often think that Japan is only an overcrowded country of mega-cities. One thing that is not that known, is that the country has a very rich nature. Almost two thirds of the surface of Japan consists of forest! It is a country of mountains, forested hills and rivers (that are mostly unnavigable). Deer, foxes, macaque monkees and cranes can be seen regularly. Bears and raccoon dogs are a little bit more discrete and don't show themselves that often.

The flat areas of the country are almost completely urbanised with a chain of cities. This is the case in the plains of Kanto (with Tokyo and Yokohama) and Kansai (with Osaka, Kobe, Kyoto and Nagoya).

Fiasco 4:

Making a list of "disappointing things in Japan" is a difficult task for me. I already have to think deeply before I can come up with something.

1. Language

As I cannot read any Japanese characters, I often feel like an illiterate. In addition, very few Japanese speak English. And even persons who do speak some English are often too shy or too perfectionist to use Shakespeare's language in order to have a conversation with a foreigner.
Many Japanese feel very insecure when they have to talk in English. At the very start of a chat, they already apologise for their "limited" knowledge of English.

2. Smoking

In Japan, they have a remarkable law that forbids smoking in the street. On the contrary, it is still allowed to smoke inside restaurants.

3. (Lack of) heating

During winter it can be very cold inside Japanese houses. This is not a big problem in modern hotels and public places. But private houses do rarely have central heating systems as we know them in Belgium.

4. Money

In comparison with countries such as Estonia, Iceland and Norway, Japan is still a cash country, in particular in family businesses and rural areas. Things are changing slowly, but in this regard, the country is at a similar level as Belgium or Greece.

 

 

 

 

 

Post a Comment

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking