Reisverhaal «SABAIDEE (=Laotiaans voor Goedendag)»
ETHIOPË 2010
|
Laos
|
0 Reacties
30 Januari 2008
-
Laatste Aanpassing 30 Januari 2008
Hallo allemaal,
't Is weer schandalig lang geleden dat we nog iets van ons hebben laten horen . . . maar 't is hier ook zo leuk en er is zoveel te zien en te beleven dat dat we soms vergeten tijd te nemen om eens achterom te kijken . . . daarom hierna een korte flashback.
Op vrijdag 11 januari 2008 zijn we na een dagje overstappen en wachten en overstappen beland in Laos, nl in DON DET. Dit is een van de 4000 eilandjes op de Mekong waar eigenlijk geen bal te zien is, maar waar het krioelt met backpackers, aangetrokken door de spotgoedkope logies (lees: 2 US dollar voor een kamertje in een hutje) en de relaxte sfeer (na het nodige bier of andere genotsartikelen). Na een dagje rondhangen en wat fietsen (op 3 uren hebje het ganse eiland rondgefietst) zijn we verhuisd naar DON KHONG; een groter eiland met meer mogelijkheden en een hotel met een zwembad (volgens ons reishandboek zou het klaar zijn tijdens het drukken van het boek in 2005 . . . in januari 2008 hebben wij ons dus verfrist . . . onder een koude douche !!!).
Onze volgende halte is PAKSE en dit kan ons wel boeien . . .
We maken een dagtrip (220 km) naar het Bolovenplateau met zijn talrijke watervallen en etnische verscheidenheid; het werd helaas weer een vruchteloze zoektocht naar mensen in hun traditionele kledij maar we hebben wel een speciale manier van roken gezien EN in 1 van de dorpen hebben ze de lugubere gewoonte om bij de ouderen (lees: +40-ers) al een doodskist klaar te zetten onder hun hut (?!?!?).
De volgende dag zijn we met een brommertje de rivier overgestoken (t.t.z een stukje met de brommer rijden en dan met een ferry laten overzetten he . . . ze hebben hier geen waterbrommers) om de prachtig gelegen tempelruines van Wat Phu te bewonderen in CHAMPASAK.
We vervolgen onze opmars noordwaarts maar houden onderweg nog even halt in SAVANNAKET waar we naar de nabijgelegen That In Heng "brommeren" (= een stupa die werd opgericht op de plaats waar een zekere Buddha, enkele eeuwen voor Christus, zou hebben uitgerust na een van zijn wandelingen) alvorens te arriveren in VIENTIANE.
Deze hoofdstad van Laos is, met zijn amper 300.000 inwoners, niet te vergelijken met de gehaastheid, de vele toeters en bellen en de smog die andere, grote steden typeert . . . al moet ik toegeven dat het monument Putoxai, opgericht ter ere en glorie van de gesneuvelden in de strijd voor onafhaqnkelijkheid, verdacht veel lijkt op de Arc de Triomph van Parijs . . . daar zal de ex-koloniale bezetting wel voor iets tussenzitten.
De volgende dagen genieten we vooral van de vele geneugdes van een grote stad (de mondiale keuken, de leuke terrasjes, het snelle internet, een zwembad, etc...) en tussendoor bezoeken enkele tempels en kloosters. Tijdens onze laatste dag in Vientiane regelen we een visum voor Vietnam (het volgende land op ons verlanglijstje) en bezoeken we Wat Luang, de grote, gouden tempel die centraal staat op 's lands zegel en dus ook op elk officieel document.
Donderdag 24 januari: we hebben onze Mekongroute verlaten en zijn ondertussen in VANG VIENG aangekomen (alweer zo'n backpackersoord om wat rond te hangen (en naar heruitzendingen van allerlei soaps te kijken) maar ook een welkome onderbreking van de eindeloos, trage busverbindingen). Fietsend bezoeken we enkele grotten in het grillig-gevormde kalkgebergte en proberen wat rust te vinden op een terrasje boven de rivier.
PHONSAVAN is onze volgende uitvalsbasis.
Gelegen in het middelpunt van het meest gebombardeerde land in Azie en vlakbij de niet-bestaande-airstrip-van-de-geheime-CIA-oorlog-tegen-het-rode-gevaar hebben de vele overheids- EN partikuliere ontmijners hun handen meer dan vol met de UXO's die na elk regenseizoen of tijdens het ploegen van de akkers tevoorschijn komen (=UneXploded Objects gaande van vliegtuigbommen, granaten en landmijnen tot volledige munitiekisten of niet afgeschoten bazooka's) (in Phonsavan-regio rekent men op 20 ton bommen per vierkante kilometer !!!).
Om deze "opkuis" te helpen financieren heeft men eerst de bezienswaardigheden geruimd (toeristendollars), waaronder enkele sites van de befaamde Plain of jars (velden met uit steen gehouwen kruiken, tot 5 meter groot, en men bekvecht nog steeds over hun doel, daar de "echte" bevindingen en de legendes mijlenver van elkaar verwijderd zijn).
Tijdens ons bezoek aan deze sites delen we een busje met Gunther (een 68-jarige Duitser die jaarlijks, gedurende 2 maanden, zo'n 3000 km fietst op een vreemd kontinent) en Ruth (een 27-jarige Amerikaanse PR-vrouw) en ook 's anderendaags, als we om 0500 Hr terug instappen voor ons bezoek aan de Hmong-markt en hun dorp zijn ze weer van de partij.
Op maandag 28 jamuari zijn we dan, na een dagje bussen door berg en dal ('t gaat dan nog trager en er zijn nog meer locals die last hebben van wagenziekte zodat we minder lunch- en meer sanitaire stops maken) aangekomen in LUANG PRABANG . . . maar daarover later meer (hihihihi).