Reisverhaal «het oosten van New South Wales: binnenland»

Australië | Australië | 5 Reacties 16 November 2014 - Laatste Aanpassing 16 November 2014

Canberra

De afstand van Geelong, ten zuiden van Melbourne, tot Canberra is 740km.  Het eerste deel ervan, ten noorden van Melbourne, is een wat droger gebied.  Voor het grootste deel zien we weiden, wat vee en bossen.  We wisselen af aan het stuur, en als we na een uurtje weer wakker worden, is het landschap nog steeds hetzelfde.  
De grens tussen de staat Victoria en de staat New South Wales, wordt gevormd door de Murray rivier.  Het water van deze rivier wordt ook gebruikt voor de landbouw.

De eerste halte is Canberra.

Het gebied rond Canberra,2368 vierkante km groot, is in 1908 uit de staat New South Wales uitgehaald, en werd ACT, Australian Capital Territory, genoemd.
Toen Australië in 1901 onafhankelijk werd (maar nog steeds is de Queen staatshoofd), waren zowel Melbourne als Sydney kandidaat om hoofdstad van het land te worden. Om het probleem van de beide rivalen op te lossen, werd er beslist om een nieuwe hoofdstad te maken, zo ergens midden tussen beide grootsteden.  Uiteindelijk koos men  het geschikte gebied in de heuvels, dichter bij Sydney dan bij Melbourne.

In de speektaal van de lokale Aboriginals betekent "trefpunt" canberra.

Er werd een wedstrijd uitgeschreven voor het ontwerp en de uitvoering van de stad.  Hierbij waren er 305 inzendingen en deze van  de Amerikaanse architect Griffin won de wedstrijd in 1912.  Het plan was er om een tuinstad te maken voor 25.000 inwoners. Ondertussen zetelde het parlement in Melbourne.
Maar allerlei politiek getouwtrek én de eerste wereldoorlog, zorgden ervoor dat er van de plannen niet veel in huis kwam.  In 1927 werd er dan een tijdelijk parlementsgebouw ingewijd, een gebouw dat , volgens plan, maar enkele jaren zou moeten dienst doen.  Uiteindelijk heeft het 61 jaar dienst gedaan.  
Ondertussen kwam er de tweede wereldoorlog en de plannen bleven nog altijd in de kast liggen.   In 1958 riep men uiteindelijk een commisie in het leven die de plannen tot uitvoer moest brengen.
Ondertussen was er hier en daar al iets van de plannen uitgevoerd.  Het inwoneraantal van 15.000 in 1947 was 20 jaar later al aangegroeid tot meer dan 100.000.  Nu is dat aantal al meer dan 370.000.  Er werden sattelietsteden gepland en opgebouwd.  

Canberra is volledig gepland, de stad is op geen enkele wijze spontaan gegroeid.  Voor ons is het een stad zonder eigenheid.  Het stadscentrum is het commerciële gebied met een groot shoppingcenter waar de mensen alles kunnen kopen, gaande van kledij over electronica, reizen, verse voedingswaren tot exclusieve en dure gebruiksvoorwerpen.  Enkel voor de aankoop en het onderhoud van auto's bestaan er garages buiten dit shoppingcenter.  Ook benzinestations liggen er buiten.
De stad is erg groen, het opzet van een tuinstad is zeker geslaagd.

's Morgens wandelen we een tijdje rond in de heel mooi aangelegde en interessante botanische tuin.  We hebben onze tijd wat beperkt om de vier voornaamste bezienswaardigheden in 1 dag te kunnen afronden.
In de botanische tuin heeft men de verschillende vegetatiegebieden van het land voorgesteld.  In het noorden van Australië is dat een tropisch regenwoud, in het centrum de droge woestijn.  Australië telt meer dan 500 eucalyptussoorten, waarvan er vele in een zeer beperkt gebied voorkomen.  
Veel planten staan nu in bloei, enkele ervan geven we als foto mee.


Sturt's desert pea (Swaisona formosa) is een plantje uit de woestijn met prachtig rode, grote(tot 9 cm) bloemen die in het midden een paarse knobbel bevatten.  Toen we in de outback waren, stonden ze nog niet in bloei, hier in Canberra is de hoeveelheid beschikbaar water iets groter.  Deze plant, net zoals vele andere, heeft geen Nederlandse naam


Star Guinea Flower (Hibbertia stellaris) is ook, net zoals al de bloemen op de foto's, een Australische plant


Cliff bottlebrush (Callistemon formosus).  De bloem lijkt op een borstel om flessen te reinigen.  Er bestaat ook een rode variant van deze plant


(Darwina oldfieldii)  Deze plant heeft geen Engelse benaming.  Geen enkel van de inheemse planten heeft een  Nederlandse naam


Green Honey Mirtle (Melaleuca diosmifolia) heeft groene bloemen


Rock Lily (Bulbine glauca)


Deze Roodlelhoningeter (Anthochaera carunculata) geniet van al de nectar die de bloemen verspreiden.  Deze vogel zit permanent met zijn bek in de bloemen


Ruby Saltbush (Echylaena tomentosa) is een echte woestijnbloem


Common White Sunray (Rhodante floribunda)


Swan River Daisy (Brachyscome iberidifolia) eveneens


deze bloem lijkt wel op een grote Edelweiss


Granite Kunzea (Kunzea pulchella) lziet er uit als een uitbundig vuurwerk

Het  Australian War Memorial staat op een rechte lijn met het parlementsgebouw.  De laan die naar de Memorial leidt, de ANZAC laan (ANZAC staat voor Australian and New Zealand Army Corps), telt al een aantal monumenten langs de zijden.


Australian War Memorial


ANZAC allée

Voor 1901 heeft Australië aan Britse zijde (moeten) meevechten in Zuid-Afrika, in de Boerenkrijg.  Maar na 1901 is Australië niet aan de zijlijn blijven staan en heeft het land vrijwillig meegevochten met Groot-Brittannie.  In het totaal van al deze oorlogen zijn er al meer dan 102.000 Australiërs gestorven.  Bij geen enkele oorlog waren zij in oorsprong betrokken partij, geen enkele oorlog heeft in Australië plaats gevonden of was tegen Australië.

In de eerste wereldoorlog wou GB, samen met Frankrijk, Australië en Nieuw-Zeeland een verrassingsaanval uitvoeren op Gallipoli in Turkije om de weg naar de zwarte Zee vrij te maken voor de geallieerden.  Toen ze  landen werden ze echter door het Turkse leger, bondgenoot van Duitsland, met veel militair geweld ontvangen.  8 maanden duurde deze slag, toen besloot GB zich terug te trekken.  In deze lange slag waren 11.000 ANZAC mensen gestorven. 


John Simpson was ingeschreven in het derde Australische Veldhospitaal op 25 augustus 1914.  Hij nam deel aan de landing in Gallipoli op 25 april 1915.  Al gauw was hij bekend bij de Australische troepen voor zijn goedheid en zijn medeleven.  Onder continu scherpgeschut, bracht hij met zijn ezel water naar de troepen en bracht hij de gewonden weg naar het veldhospitaal op het strand.  Na minder dan 4 weken werd hij zelf dodelijk gewond, op 19 mei 1915.  De meeste strijders kenden hem niet van naam, maar wel als man met de ezel

De overgeblevenen en nieuwe troepen werden naar het Ijzerfront en Noord-Frankrijk gebracht.
Zij die naar het Ijzerfront gingen, marcheerder allemaal door de Menenpoort bij Ieper.  Meer dan 38.000 Australische soldaten zijn ten strijde getrokken door deze poort, geflankeerd door 2 stenen leeuwen.  De stad Ieper werd verwoest, maar de twee leeuwen werden gered.  De Menenpoort is een herdenkingsplaats geworden voor de vele Britse soldaten, inclusief de ANZAC, die hier het leven lieten.  In het Australische kamp waren dat er 6.000.  


2 lange muren van de Memorial staan beschreven met meer dan 102.000 soldaten en helpers, die ergens ter wereld(maar niet in Australië) in een oorlog om het leven kwamen


hier staan de namen vermeld van de Australiërs die achter de Ijzer om het leven kwamen

In 1935 heeft de burgemeester van Ieper de 2 leeuwen geschonken aan Australië als teken van vriendschap tussen zijn stad en de inwoners van Australië, die ze hebben helpen verdedigen.  De leeuwen staan normaal bij de ingang van de memorial, maar ze zijn nu in Canada voor een tentoonstelling.  Volgend jaar zullen ze ook even in belgië te zien zijn.  Daarna keren ze terug naar hun plaats in Canberra.


in de Memorialhall liggen ook enkel kransen, hier met een getuigenis van een man, die zijn vader nooit gekend heeft, omdat hij in een oorlog (in Birma) gestorven is, voor de geboorte van zijn zoon


in de Memorialhall zijn er 5 mozaieken van mensen die in een of andere oorlog zijn gestorven


een afbeelding van een militair veldhospitaal in Steenvoorde

Het parlementsgebouw in Canberra kan vrij of geleid bezocht worden.  Het gebouw werd in 1988 door de Queen geopend.  In het gebouw staat de tafel en enkele originele attributen, gebruikt door koningin Victoria, die in 1901 de onafhankelijkheid van Australië ondertekende.


inkomhall van het parlement, gemaakt met hout uit Australië, marmer uit Portugal en Carrarra en


echte Blauwe Steen uit Henegouwen

In het geleid bezoek komen we langs de Kamer


Hier hebben de zetels de kleur van de eucalyptusbladeren.


in de Senaat is de kleur deze van de eucalyptusbloemen

Zoals overal zijn de leden van de Kamer en de Senaat niet steeds in hun eigenlijke halfrond aanwezig.  Als er echter moet gestemd worden zijn ze nodig.  Daarvoor hangen er in ganse gebouw honderden klokken


Voor de stemming drukt de voorzitter op een bel en dan begint in het ganse gebouw een signaal te rinkelen.  Op de klok is er tussen het cijfer 4 en 5 een venstertje, en tussen het cijfer 7 en 8 ook een.  Rinkelt de bel voor de (groene) Kamer, dan wordt het venstertje tussen 4 en 5 groen, rinkelt de bel voor de Senaat, dan wordt het venstertje tussen de 7 en 8 rood.  4 minuten later wordt er gestemd.  Om die 4 minuten exact te bepalen staat er bij elke voorzitter een grote zandloper.  Bij het begin van elke nieuwe legislatuur, laat men het oudste parlementslid of senator op de verst mogelijke locatie in het parlement starten.  Met de chronometer gaat men na hoelang hij of zij er over doet om  de kamer, respectievelijk de senaat  te bereiken.  Die tijd is dan de tijd waar binnen alle parlementsleden in hun lokaal voor de stemming moeten aanwezig zijn.  Slechts voor enkel , strenge regels, mogen zij forfait geven voor een stemming.


in het plafond van de beide kamers is er een glazen zuil verwerkt.  Als er bij duisternis nog een vergadering bezig is, ziet de ganse stad het licht door die zuil schijnen.

Nog een leuke annekdote: als iemand in de kamer of de senaat het woord neemt wordt, afhankelijk van het belang van het bericht, de spreektijd vastgesteld  waar niet over mag worden gegaaan.  Die tijd staat af te lezen, en een grote digitale klok telt af.  Als de tijd om is, wordt gewoon de micro automatisch afgezet.  Deze maatregel is er gekomen nadat ooit een parlementslid meer dan 12 uur gesproken had (en niets gezegd had)


In het wapenschil van Australië is er links een kangoeroe en rechts een emoe verwerkt.  Dit zijn immers 2 dieren die nooit achteruit (kunnen) stappen.  Symbolisch voor een parlement dat steeds vooruit wil.

We wandelen voorbij het vroegere parlement.  Aan de overzijde van de straat hebben de Aboriginals in 1972 hun eigen ambassade opgericht (in een tent) om hun grieven en ongenoegen wereldkundug te maken.  In theorie, altans voor de blanken, is alles koek en ei.  Voor de Aboriginals kan er nog wel veel verbeteren, ze zijn nog steeds tweederangsburgers.

Dan is er ook nog de National Gallery of Australia, met een mooie verzameling Aboriginal kunst. 


We mogen binnen geen foto's nemen, dus geven we hier enkel de twee werken die buiten staan weer.


peren (kunstenaar ?)


kunstwerk gemaakt in aluminium in 1910 door Tapich Gloria Fletcher (1937-2011) van de Dhaynaguidh people

Als laatste rijden we door de ambassadewijk.  Hier werd aan de landen gevraagd om een gebouw typisch voor hun land te bouwen.


de Chinese ambassade


de Belgische ambassade

De afstand tussen Canberra en Sydney, onze volgende stop, is ongeveer 300 km.

Sydney

Sydney is de hoofdstad van New South Wales.


Sydney is de grootste stad van Australië.  Ze wordt langs het oosten begrensd door de Tasmaanse Zee.  Langs de noordzijde is er ook water, de stad deint meer en meer richting westen uit.  Ze heeft geen echt centrum, zoals ongeveer alle Australische steden.  
In 1788 kwam het eerste schip met vooral misdadigers hier aan land.  In het begin van de jaren 1800 was Sydney een meer stabiele kolonie geworden.  Nu wonen er ongeveer 5 miljoen mensen op een oppervlakte van iets meer dan 12.000 vierkante km, een bevolkingsdichtheid die ongeveer zo groot is als deze in België.  Sydney is de meest cosmopolitische stad van Australië, nog dagelijks komen er inwijkelingen van waar ook ter wereld toe.

Wij kamperen in de stad, ongeveer 13 km noordwestelijk van de haven.  De camping ligt in een natuurreservaat, dus midden de bosseen met al hun bewoners.


Lesueurs wateragame (Physignathus lesueurii) komt hier in een groot aantal voor.  Deze reptielen kunnen tot bijna 1m lang worden, het grootste deel is echter staart


de Australische Boskalkoen (Alectura lathami lathami) is een vrij grote vogel en er lopen wat exemplaren op de camping rond.  De mannetjes maken een nestheuvel waar aarde en rottende bladeren voor nodig zijn.  Als, door rotting van de bladeren, de temperatuur 33°C is komt het wijfje af en toe een ei in deze rotte bladerenmassa leggen, dit gedurende een aantal maanden, in het totaal 12 stuks.  Het is de taak van het mannetje om de temperaatuur (zonder thermometer) op peil te houden.  Wordt het iets te warm, dan moet hij het nest verluchten, wordt het iets te koud dan moet hij rotte bladeren bijvoegen


opde vooravond van 11 november, zien we voor de eerste keer het mannetje, hij lijkt een Belgische vlag rond zijn nek te dragen.  Het mannetje loopt heel snel door de camping en hij loopt nadien achter de wijfjes alsof hij boos is omdat zij sier maken en hij voor het nest moet zorgen


de Regenbooglori (Trichoglossus moluccanus moluccanus) doet zich te goed aan de nectar van de  Bottlebrush bloemen


de Spitskuifduif (Ocyhaps lophotes lophotes) komt ook hier weer voor


tijdens een wandeling in het natuurgebied  zien we een groot aantal Flannel Flowers (Actinotus helianthii), een plant typisch voor het gebied rond Sydney


in de rivier zwemt de Kastanjetaling (Anas castanea)


in het mooie rivierlandschap zijn er op zondag veel roeibootjes en pedalo's in het water


Pennant-Rosella (Platycercus elegans)


de Roze Kaketoe (Eolophus roseicapilla) vliegt in paren rond en ook zij kunnen lange tijd in één boom nectar eten


Deze vogel, een groot soort ijsvogel, heeft geen Nederlandse naam (Dacelo novaeguineae noveguineae).  In het Engels is het de Laughing Kookaburra

We rijden25 minuten  met de trein naar het centrum van Sydney.  Daar wandelen we de eerste dag, de tweede dag nemen we ook de bus.
De stad wordt in 2 gesneden door een grote baai, de Walsh Bay.  De bezienswaardigheden liggen in de oude stad, ten zuiden van de baai.  Nu ja, oud is een groot woord voor een stad die pas in 1788 de eerste blanken aan wal kreeg.
Dit oudste gedeelte noemt men The Rocks, een rotsachtig gebied.


The Rocks is omcirkeld

Deze wijk was heel snel een verloederd gebied.  Er kwamen steeds nieuwe immigranten toe.  Er woonden halfweg de vorige eeuw vooral arbeiders.  In 1970 wou men de wijk met de grond gelijk maken er er grote en goedkopen woonblokken bouwen.  De bewoners protesteerden er hevig tegen, en uiteindelijk heeft de stad toegegeven en is de wijk gesaneerd.  Nu leeft The Rocks van het toerisme.  
The Rocks is als een dorp in de stad.


The Rocks geeft helemaal het gevoel in een dorp te zijn


en waar er toeristen (vooral Australische) komen kan er geld verdiend worden met oa Guylian zeevruchten, taartjes en koffie

"The Rocks Discovery Museum" is in zo een oud gebouw gehuisvest.  We krijgen er een beeld van de geschiedenis van het ontstaan van Sydney, hier in The Rocks.  
Toen in januari 1788 de eerste blanken aan wal kwamen, woonden hier de Cadigal bevolking.  De eerste contacten tussen de blanken en de Aboriginals verliep vriendschappelijk.  Maar al heel snel was er door de overbevolking een uitputting van de vruchtbaarheid van de bodem en van drinkbaar water.  Toen, enkele maanden later, in de winter veel Cadigal mensen stierven weten de blanken dit aan de koude en een tekort aan voedsel, niet aan henzelf die land en water ontnomen hadden aan de oerbevolking.
Iets meer dan 1 jaar na de aankomst van de blanken was daarbij al meer dan 50% van de Cadigal gestorven aan de pokken, een ziekte die voordien niet voorkwam in Australië.  Dit veroorzaakte zo een katastrofe onder de Cadigal dat hun economie en hun sociale organisatie in elkaar stortte.  Ze moesten zich hergroeperen in een clan en trokken verder het binnenland in om te ontkomen aan die vreselijke ziekte.


 oude pakhuizen 


deze zijn omgetoverd tot restaurants

Het noordelijk punt van de Rocks is via de Sydney Harbour Bridge verbonden met de noordelijke stad.  Over die brug hebben voetgangers een wandelpad en rijden er treinen en auto's.  


de brug overspant niet alleen de baai, ze loopt nog een heel eind verder noordelijk en zuidelijk, zodat het drukke verkeer niet in de stad rijdt, wel er boven


van op de brug hebben we een zicht op de skyline van de het centrum

en op het OperaHouse, ontworpen door de Deense architect Jorn Utzon

Een wandeling langs Campbells Cove geeft ook weer mooie zichten op de stad en de opera

en ook op het noordelijk stadsgedeelte

Het "Museum of Contempory Art" bestaat uit een oud, groot gebouw met een modern gedeelte als inkom.
Er zijn vooral werken van Australische blanke en Aboriginal kunstenaars.


werk van verschillende Aboriginal kunstenaars met als titel "Hunting Ground" uit 2013


dit werk van een aantal Aboriginal kunstenaars heeft als titel "our country" uit 2011, moeten we van een verdieping hoger bekijken omdat het op de grond gemonteerd is


Gordon Bennett (Australië 1955-2014) uit 1999 geeft aan dit werk de titel Home Décor (Relative/Absolute) Flowers for Mathinna #2 


Jack Wunuwun (Australië 1930-1990) Fish Trap Story uit 1985-87


Daisy Nadjungdanga (Australië 1945) mand gemaakt in de periode 1985-87

Het zandstenen en granieten Custom House is een mooi gebouw dat een maquette van de stad bevat onder de vloer, overdekt met glas

Verder richting opera house, komen we voorbij een tweede Guylian winkel.  We gaan even binnen, een luxe patisserie waarbij de zeevruchten per stuk verkocht worden voor 1 Australische dollar.


overal worden mensen al in de kerstsfeer gebracht om vooral  hun kerstaankopen nu te doen

De wandelweg langs de kades, zijn ook hier, net zoals The Rocks, helemaal autovrij.  Bij het Opera House is men bezig met werken, ook binnenin.

180° achter ons hebben we een zicht op de oude stad

Van hier stappen we verder richting botanische tuin.  De tuin is eerder een park, dan een verzameling van planten.


in dit park bevindt zich het "Governement House", naar Engels model


en dit is 180° in de andere richting


aanduiding van de botanische tuin

In de botanische tuin staan heel wat grote, oudere bomen


Maidens Gum (Eucalyptus maidenii)


Golden wattle (Acacia pycnanta)

Overal in de stad staan de jacaranda's in bloei, de bloemen geven een goede geur af.

In het park leven heel wat vogels


Australische Witte Ibis (Threskiornis moluccus)


de Tuinhoningeter (Manorina melanocephala) kijkt boos, maar kan ook enorm boze geluiden maken

Iets verder is "Art Gallery of New South Wales" is een statig museumgebouw, oude stijl


Hier zijn ook werken van Europese kunstenaars te vinden.  Er is een tijdelijke tentoonstelling over PopArt.


"Women laying on a couch" van Pablo Picasso uit 1939


John Brack (Australië 1920-1999) titel The Telephonebox uit 1954


in de tijdelijke tentoonstelling was blijkbaar fotograferen verboden, dus enkel het werk, niet de kunstenaar

Terug richting treinstation komen we langs enkel gebouwen die ik hier nog wil vermelden


St Marys cathedral

De Kathedraal leunt aan bij het Hyde Park.  In het zuidelijke deel ervan is er de ANZAC War Memorial

Zondag 9 november heeft een anti AIDS organisatie een reuzencondoom opgericht in het Hyde Park,niet ver van de Memorial.  Dit om vooral homo's te waarschuwen.


Queen Victoria building en standbeeld.  Het gebouw werd oorspronkelijk als markthall opgericht in 1898.  Het is lang verwaarloosd geweest, maar in 1986 is het gerenoveerd en nu vindt men er 4 verdiepingen fashion.  Hoe hoger, hoe duurder

boven de zijdeuren zijn er glasramen


er hangt een reuzenklok die elk uur een muziekje speelt.

Aan de overzijde van de Queen Victoria Building bevindt zich het stadhuis.

11 november wordt een trein-tram-boot dag.  In Sydney kan men een dagticket kopen om elke vorm van openbaar vervoer te gebruiken.

's Morgens zien we op de tram verschillende mensen met een poppie opgespeld, een man heeft ook enkele medailles op.  Een reklame in de metro verwijst naar de poppies in Vlaanderen, die  als symbool voor de oorlog 14-18 telkens weer worden gebruikt.  De opbrengst van de verkoop van deze poppies komt ten goede aan organisaties en activiteiten ivm oorlogsslachtoffers.

De Sydney Fish Markets staan als eerste op het agenda.  Het gebied ervan ligt aan de baai.  Enerzijds is er een gedeelte dat niet toegankelijk is voor het publiek (tenzij in een geleid bezoek en na afspraak) waar dagelijks de vismijn wordt gehouden.  Sydney heeft de grootste vismijn van het zuidelijk halfrond.  De manier van verkoop is helemaal hetzelfde dan deze in Alsmere voor de Hollandse bloemen.  Internationale kopers (of verweg gelegen bedrijven) kunnen via de computer kopen.  Er wordt een prijs ingesteld, die wordt per dollar telkens verminderd.  Wie het eerst op de toets drukt, is koper en bepaalt hoeveel hij of zij van het betreffende lot nodig heeft.
Als we toekomen zien we nog de opruim- en opkuisactiviteiten na de mijn. 
In een tweede en kleiner gedeelte van het gebouw zijn er een aantal particuliere verkopers, die ook aan restaurants verkopen.  


er worden zeer veel Australische oesters verkocht.  Sommige komen van de rotsen van Sydney, andere komen van verder.  Hoe groter de schelpen en dieren, hoe duurder.  De grootste worden per stuk verkocht voor iets meer dan 4 dollar


verse en gekookte langoesten in overvloed.  Bij één handelaar zijn er enkele aquaria met reuzenlangoesten.  Die kosten meer dan 150 dollar het kg


Een van de bedrijven noemt Peters, klink erg Vlaams.  De meeste mensen die hier werken zijn Chinezen.  Bij de meeste bedrijven staat ook alles in het Chinees vermeld, naast natuurlijk het Engels.  


Australië grenst zowel aan de Atlantische als aan de Pacifische Oceaan, beide wateren worden bevist.
De meeste vis en zeedieren zijn afkomstig van Australië, soms zien we Nieuw-Zeeland vermeld, enkele soorten komen uit Indonesië of China


de mosselschelpen hebben hier deels een groene kleur.  Daarnaast worden nog enkele andere schelpdieren verkocht


Abalones komen zijn afkomstig van het westen van Australië.  Deze zeeslakken zijn enorm groot en erg gegeerd bij Chinezen en Japanners.  

Naast de verschillende vis- en zeedierbedrijven, is er ook een kaaswinkel waar men ook Europese kazen verkoopt, de zaak is eerder een delicatessewinkel.  Verder op is er een groot groenten en fruitbedrijf.  Al hun producten zijn enkel de mooiste stukken tegen de duurste prijzen.  Wel mooi om te zien


nog nooit zagen we zo grote aardbeien - vergelijk ze met de vinger rechts bovenaan


in het noordoosten van Australië kweekt men ananassen

Er ligt maar 1 vissersboot in de haven.  De hele visvangst (13 schepen) is in handen van een Italiaanse familie, ooit 9 kinderen; nu al kleinkinderen.

Op weg naar het volgende museum zien we een grote opppervlakte waar nieuwe wolkenkrabbers gebouwd worden.  In Sydney komen immers nog dagelijks immigranten toe.

Het PowerHouse Museum isdeels  een technologiemuseum.


Tot de blikvangers hoort de eerste locomotief die in New South Wales reed, gebouwd in Engeland in 1854, deels gedemonteerd, in stukken verscheept en in Sydney heropgebouwd.  In 1855 reed de eerste trein in New South Wales.


hij heeft slechts 22 jaar gereden en is dan aan de voorganger van dit museum geschonken.

Eerst werd de stoommachine met hout gestookt.  De rondvliegende brandende houtspaanders hebben voor bosbrand en brand van de kledij van pasagiers geleid..  Na 6 jaar, in 1861, is men overgestapt op kolen.


Een tweede trekpleister is één van de eerste Boulton & Watt machines.  Deze machine heeft van 1785 to 1887 in een Britse brouwerij gewerkt.  daarna heeft dit museum gevraagd om het toestel naar Sydney te brengen.  In het toaal zijn er meer dan 1000 van deze bewegende stoommmachines gebouwd, deze was nr 6.  De ontwikkeling van deze machines was de start van de industriële revolutie.

Een derde blikvanger is de astronomische klok, vervaardigd door Richard B. Smith (1862-1942).  Hij was uurwerkmaker in Sydney.  Op 25-jarige leeftijd begon hij dit astronomisch uurwerk te maken naar het voorbeeld van de Straatsburg-klok (astronomische klok van de kathedraal van Straatsburg).  Smith was echter nooit in Straatsburg geweest.  Hij gebruikte een postkaart met een tekening van de klok, samen met een boek.

Er staan in het museum ook veel proeven opgesteld.  We zien dus heel wat klassen met hun leerkracht.


Er is ook een moslimschool, waarbij de hoofddoek tot het uniform hoort.  Deze kerkscholen behoren tot het privaat onderwijs en moeten door de ouders betaald worden

Verder is er een tijdelijke tentoonstelling over juwelen in al zijn vormen, bij verschillende volkeren en nu.


een model, helemaal in juwelen gehuld (ook het pak telt als juweel)

Het stadsdeel waar zich de vismijn en dit museum bevindt wordt bewoond door Aziaten.  Er is een Chinatown en verder ook een Koreantown.

Bij een bezoek aan Sydney hoort ook een excursie op het water.  Men kan een minicruise maken van 2 uren, of men kan een veel goedkopere ferry nemen.  De ferry's vervoeren geen auto's, het is openbaar vervoer over het water van de baai.
Bij ons vertrek zien we een cruiseschip liggen.


dit schip bevindt zich op dit moment  in het zuidelijk halfrond waar nu de zomer start.  Deze cruise duurt 9 dagen en gaat van Sydney over Melbourne en Adelaide terug naar Sydney

De boot waar wij mee varen is een heel stuk kleiner, maar is de grootsete ferry in de baai


dezeferry-lijnen zijn al meer dan 150 jaar in dienst.  Zolang het schip in de baai vaart, weg van de monding van de baai in de Oceaan, is het water vrij rustig.  Eens echter de golven uit de oceaan invloed uitoefenen deint het schip veel meer


niet alleen The Rocks, maar heel het gebied rond Sydney bestaat uit rotsen.  Aan de monding van de baai zijn de rotsen vrij hoog


Bijna overal zijn de oevers bebouwd.  Het hele gebied behoort tot het grondgebied van de stad Sydney, dat in het totaal bijna zo groot is als Vlaanderen


bij de terugkeer hebben we een mooi zicht  op de Sydney Harbour Bridge,


de stad


en de Sydney Opera

In dit gedeelte van de stad zijn de treinstations vrij oud


stonden misschien de metrostations van London model?

Dichterbij het centraal station is er een zeer grote overdekte markt.  We gaan langs bij de fruit en groentenverkopers.  


het aanbod is groot, de meeste soorten komen uit Australië.  De kwaliteit ziet er nog erg goed uit maar de prijzen zijn lager dan deze in de vismijn


massa's kersen!  Overal in Sydney wordt er op markten, winkels, kleine eetgelegenheden en vele andere zaken door Aziaten gewerkt.  Zelfs in dure juwelenwinkels en fashionshops zien we Aziatische verkopers

Het laatste museum in Sydney is het  Australian museum waar tentoonstellingen zijn over de Aboriginals, vogels en insecten,dinosauriërs, overleven van dier en plant in dit land, en mineralen met de prachtige Chapman mineral collection.  


Deze prent toont Aboriginals die voor feesten en ceremoniën zich beschilderden en konische mutsen droegen.  Deze werden gemaakt uit oa boomschors, menselijk haar en emoe veren.  Zo een tekening werd gemaakt door de eerste ontdekkingsreizigers die met hen in contact kwamen


deze boodschappenstokjes werden gebruikt voor de communicatie tussen groepen Aboriginals, die een verschillende taal spraken.  Typische boodschappen waren aankondigingen van ceremonies, uitnodigingen, discusies, waarschuwingen en bijeenkomsten.  De stokjes waren 20 tot 60 cm lang en de drager ervan kon zich zonder problemen op het grondgebied van een ander volk bewegen


de boemerang kon gebruikt worden als wapen voor de jacht, voor gevechten en in spelen.  Het is een typisch voorwerp van de Aboriginals.  Er zijn 2 soorten werpstokken, de terugkerende, of boemerangs, en de niet-terugkerende


originele bewoners van Australië kwamen hier 40.000 jaar, misschien wel 60.000 jaar geleden aan wal.  Wij zijn geëvolueerd met het land, hebben het bewoonbaar gemaakt en zijn mee veranderd met het land.
De Britse kolonisten missen het cruciaal verband met de grond.  Ook vandaag blijven onwetendheid en misverstanden bestaan, maar onze band 
met het land blijft.
tekst van Charlotte Galleguillos, Waramunga people uit Alice Springs


De wetten van dit land blijven onwettig zolang ze gebaseerd zijn op het principe van de Terra Nullius,  een leeg land zonder bewoners bij aankomst van de blanke man, en op het principe dat de Aboriginals wezens zijn die zo laag gerangschikt zijn op de sociale ladder dat ze niet kunnen deelnemen aan het dagelijkse leven en om recht te hebben om grond te bezitten (teks van een Aboriginal man)


de ironie vaan de inheemse geschiedenis is deze dat de ontwikkeling van de vruchtbaarheid van het land er niet zou zijn zonder het werk van de inheemse bevolking, de Aboriginals.  Zij hebben kennis van de arbeidsmethoden om de grond en wat er op leeft te bewerken en zij hebben ook een grote werkkracht.  Meestal worden ze niet of slechts zeer weinig hiervoor betaald..  Door dit werk kunnen de grote vee- en schapenboerderijen blijven bestaan.  De Aboriginals kunnen op die manier in hun eigen gebied blijven wonen (zonder dat ze eigenaar zijn).  ze gebruiken nu geavanceerde hulpmiddelen zoals tractoren


een oorspronkelijke tekst, die ik liever niet vertaal om de betekeinis te behouden


in de vijftiger jaren van de 20ste eeuw beslisten de Britse en Australische regeringen in het noordwestelijk deel van South Australia atoomproeven uit te voeren en atoombommen van verschillende sterkten tot ontploffing te brengen.   Hiervoor bakenden zij een gebied af van 3.300 vierkante km (meer dan 1/10 van België.  Zij namen het gebied af van de volkeren die er woonden.  De Aboriginals kregen de waarschuwing te vertrekken, maar niemand trok het zich aan of controleerde dat.  Zowel uitvoerders van de proeven als bewoners werden radio-actief besmet met alle gevolgen van dien


Het land werd door de Britten gesaneerd, voor velen op een niet grondige manier.  Daarna werd het land terug gegeven aan de bevolking.  Het ganse gebied kreeg de status "veilig om er korte tijd te verblijven".
Er werd door de Britten ook  onderzoek gedaan naar de gevolgen van de radio-activiteit op mensen (onvrijwillige medewerkers!)


en dan is er nog een stukje over de "gestolen generatie".  Een ganse generatie kinderen werd op jonge leeftijd bij hun ouders ontnomen en in een soort weeshuis verzameld.  Zij leerden blanke manieren.  
Deze praktijken duurden van de late jaren 1800 tot 1969.  Volgens ruwe schattingen zou het over 10.000-den kinderen gaan, er werden echter geen gegevens verzameld zodat niemand weet over hoeveel kinderen het juist ging. Een deel van de kinderen werd door blanke families geadopteerd of onder de hoede van een blanke familie geplaatst.  De meisjes werden voorbereid om met middenklasse blanke mannen te trouwen zodat hun ras "zou gezuiverd worden en steeds witter zou worden" De jongens werden vroeg gebruikt om op boederijen en fabrieken van blanken te werken.

Er is in het Australian museum een tijdelijke tentoonstelling over de Azteken.  De geschiedenis van Azteken, en bij uitbreiding alle Indianenstammen, vertoont wel wat gelijkenis met deze van de Aboriginals. De blanken roeiden hen uit door oorlog en door ziekten over te brengen waarvoor deze volkeren geen resistentie hebben.


er zijn heel wat mooie stukken uit de Mexicaanse musea over gebracht voor deze tentoonstelling.

De collectie mineralen, zeker deze van Chapman, is uniek.  Als student hebben we heel wat stenen moeten leren herkennen en beschrijven.  Deze hier echter zijn schitterend om te zien.  Veruit de grootste hoeveelheid is afkomstig uit Australië.


crocoiet  of loodchromaat., afgeleid van crocos, het Griekse woord voor saffraan.  Dit verwijst naar de kleur van het mineraal.  Het komt vooral voor in Australië.  Het mineraal vormt heel fijne en lange kristallen.

Na het museumbezoek van enkele uren  wandelen we rond in de stad.  Hierbij nog enkele foto's van gebouwen.


Speciaal, maar niet het mooste gebouw


terug blauwe lucht, dan zien de gebouwen er ook mooier en vooral kleurrijker uit

terug naar de natuur

In het westelijk deel van de stad Sydney ligt het Featherdale wildlife park, het park met de grootste verzameling(originele)  Australische dieren.  Het heeft heel wat internationale erkenningen gekregen voor zijn succesvol voortplantingsprogramma en de bescherming van dieren die bijna uitgestorven zijn.  Het is voor ons een kans om  ook die dieren, welke 's nachts of dieper in het bos leven, te kunnen zien en er iets van te weten.
Het park trekt heel veel bezoekers.  Enkele gebieden met kangoeroe-achtigen zijn toegankelijk.


de Wombat (Vombatus ursinus) lijkt wel op een kleine beer.  Zijn neus is onbehaard.  Het is een buideldier, maar de buidel opent naar beneden, zodat deze niet vol met zand geraakt als het dier graaft in het zand.  De wombat  kan tot 120 cm lang worden en tot 40 kg zwaar


de Zuidelijke Breedneuswombat (Lasiorhinus zatifrons)  kan tot 100 cm lang worden en tot 32 kg wegen.  Als het moet kan hij tot 40 km per uur lopen, weliswaar voor een kortere tijd.  Ook hier is de buidel geopend naar beneden


de snoet en de pootjes zijn hier goed te zien

in dit park kan de bezoeker voor 1 dollar een koekje (type roomijskoekje) kopen met klein gesneden gras of kruiden , om de kangoeroes, wallaby's en pademelons te voeren.  De dieren weten het en komen om vooral het koekje te krijgen.  Deze kangoeroe poseert voor de foto


kangoeroe's en kangoeroe-achtigen zitten dikwijls te eten met hun voedsel in hun voorpoten


de Roodhalspadamelons hebben momenteel jongen die rond 9 maanden oud zijn.  Af en toe komen ze tevoorschijn met hun kop uit de buidel.  En als er voedsel ligt grijpen ze er ook naar met hun voorpoten


Helmkaketoe (Callocephalon fimbriatum)


Bonte Aalscholver (Phalacrocorax varius)


ook bij de wijfjes koala's opent de buidel zich naar onder


de Mierenegel (Tachyglossus aculeatus) is een eierleggend zoogdier.  Er zijn enkele theorieën ivm de evolutie van de zoogdieren.  De eierleggenden zouden geen tussenstap in de evolutie van reptielen naar zoogdieren zijn, maar een zijtak.  Het ei komt, nadat het gelegd is, in een buidel van het moederdier terecht waar het uitgebroed wordt .  Deze dieren geven melk aan hun jongen, een kenmerk van de zoogdieren, maar daarnaast hebben ze ook enkele kenmerken van reptielen.


de stekels zijn vrij scherp, maar als we met de stekels mee wrijven voelt het nog zacht aan


de Grote Zilverreiger (Ardea alba) komt aangevlogen als de dieren uit het park voedsel krijgen


ook de Mangrovereiger (Butorides striata macrorhyncha) komt plots uit het niets te voorschijn als er voedsel gegeven wordt


de Bonte Varaan (Varanus varius)  kan, afhankelijk van het voedsel en de ruimte, vrij lang worden


de Dwergpinguin (Eudyptula minor novaehollandiae) komt in het zuiden van Australië voor.  Het is de kleinste pinguinsoort


Little Red Flying-Fox (Pteropus scapulatus) is een veel voorkomende grote vleermuis.  De dieren hangen heel dikwijls samen  Elk kan tot 600g wegen, door hun totale gewicht kunnen ze schade aanrichten aan de plaats waar ze hangen


de Pijnappelskink (Trachydosaurus  rugosus)  heeft een achterzijde die erg lijkt op zijn voorzijde.  Hierdoor kan hij aanvallers om de tuin leiden en wordt hij op die manier beschermd


de Tasmaanse Duivel (Sarcophilus harrisii) is een erg actief dier dat in Australië helemaal uitgeroeid is door de dingo, de, door de Aboriginals, ingevoerde wilde hond.  Enkel in Tasmanië komt hij nog voor.  Dikwijls ziet het dier en vrij lief uit


tot het zijn muil open spert in een soort geeuw


de dingo


de Kwaststaartrotskangoeroe ( Petrogale penicillata) is een soort wallaby, kleiner dus dan een kangoero


In Australië leeft de Zwarthalsooievaar (Ephippiorhynchus asiaticus australis).  Het dier is met uitsterven bedreigd


de Koningslepelaar (Platalea regia) is goed te herkennen door zijn zwarte bek


Australische Slijkekster (Grallina cyanoleuca cyanoleuca)


Strohalsibis (Treskiornis spinicollis)


Koereiger (Bulbulcus ibis)


Splendid Tree Frog (Litoria splendida) komt enkel voor in het noordwesten van West-Austra


Grasparkiet (Melopsittacus undulatus) 

de Goulds Amadine (Erythrura gouldiae) komt enkel in het noorden van Australië voor en wordt met uitsterven bedreigd


Geschilderde Astrild (Emblema pictum)


Tammarwallaby (Macropus eugenii)


de Groene Katvogel (Ailuroedus crassirostris) dankt zijn naam aan het katachtig gehuil


Steltkluut (Himantopus himantopus)

Ten westen van de stad Sydney ligt het Blue Mountains National Park.  De naam komt van de blauwe kleur die opstijgt  door de kleur van de bladeren van miljoenen eucalyptusbomen, met de naam Mountain Blue Gum.  De Grose Vallei , een diepe vallei is volledig bedekt met deze bomen.  
Toen de eerste kolonialen vanuit Sydney het binnenland wilden verkennen, moesten ze zich een weg banen door deze bossen.  Ze volgden de rivier, maar uiteindelijk stootten ze op een steile, erg hoge rotswand.  Ook volgende expedities kwamen voor eenzelfde moeilijkheid.  Pas in 1813 kwam een andere groep mannen op het idee om niet de vallei omhoog te klimmen, maar om de bergkammen te volgen.  Pas toen was het gebergte, eigenlijk een serie canyons, overwonnen en kon men verder het land verkennen.
De dorpen liggen allemaal op de kam en er zijn verschillende uitzichtpunten waar men , hoog op de klif, de valleien kan zien.  Wandelingen zijn allemaal moeilijk tot zeer moeilijk wegens de steilte


Perry's lookdown is een uitzichtpunt.  Helemaal in de diepte ziet men de riviervallei, de rivier stroomt nog een heel eind dieper 


zo ver het oog de vallei kan volgen, zijn de steile muren te zien, een hoogte van 250m tot bijna 500m


in Blackheath zijn er zo veel rhododendrons te vinden dat er jaarlijks de rhododendronfeesten zijn, begin november


de ganse oppervlakte van de vallei is bedekt met de Mountain Blue Gum


de verschillende canyons zijn van boven af goed te zien


hier en daar stort een rivier over de klif en vormt dan een hoge waterval


een tocht maken in dit gebied veronderstelt een zeer grote hoeveelheid steile trappen, steile hellingen en doorwaden van beken en rivieren, dus niets voor ons


er staan niet zo veel planten in bloei, maar hier toch  een groepje van lange bloemetjes in een opvallende kleur

In de ondergrond is er ook steenkool gevonden en tot ongeveer 1935 werd deze in Katoomba, een dorp in het gebied, ontgonnen.  Om de kolen omhoog te brengen moesten er treintjes en kabelbanen geïnstalleerd worden.  In 1945 kocht een man en zijn zuster, nadat de mijn gesloten was, de concessie op om er een toeristische attractie te beginnen.  Tijdens de tijd toen de mijn open was, werd het treintje in het weekend wel al eens gebruikt , niet om mijnwerkers of kolen te vervoeren, maar om toeristen dieper in de vallei te brengen.


met dit wagonnetje werden toeristen af en toe in het weekend vervoerd

In 1958 werd het gebied Scenic World genoemd en geopend.  Het bedrijf is tot op heden een familiebedrijf waarbij nu de derde generatie eigenaar is. Ondertussen zijn de treintjes en de kabelbanen vernieuwd waarbij het wereldbekende Oostenrijks-Zwitser bedrijf de installaties gebouwd heeft.

Eén van de kabelbanen, ScenicSkyway voert de klanten over een 270m-diepe vallei.  Hierdoor komen we ook dichter bij de rotsen.

We maken een korte wandeling aan de andere zijde, waarbij we de bovenloop van de Katoomba rivier oversteken


Een beetje verder komt de rivier aan  het einde van de rots en stort dan naar beneden in verschillende stappen.


tussen de eucalyptussen staan nog heel wat andere planten, zoals de boomvarens, hier van uit de hoogte gezien

Van uit de kabelbaan zijn er mooie zichten


Mount Orphan, de Weesrots, staat helemaal alleen


The 3 Sisters, zijn drie rotsen die een gezamelijke onderstuk bezitten


de grote berg in het midden staat alleen, de Mount Solitaire

En dan is er de trein, eigenlijk een funiculair, ook al van hetzelfde bedrijf


Het bijzondere aan dit spoor is dat de gemiddelde helling 52° is, erg steil, het steilste in de wereld.  


zicht door glas rondom


het geheel lijkt meer op een kermisattractie, de (Aziatische) toeristen gillen de ganse weg.  Het enige wat nog ontbreekt in een looping, de Jurassic Parc music is al aanwezig.

Beneden, maar helemaal nog niet op de bodem van het dal, zijn er enkele wandelingen, op houten paden. De eigenlijke helling is er erg steil.  Door de houten paden kan er vrij gemakkelijk gewandeld worden én wordt de bodem van het woud niet beschadigd.

Langs het wandelpad zijn er nog verschillende resten van de koolmijn te zien, met informatieve borden. 


2 kolenwagons


een deel van het traject om de kolen vanuit de delfplaats bij de trein te brengen was met paard en treinwagon


de toegang tot de mijn.  Er was meer dan 100 km schacht in de berg.


de wouden, die ooit hier aanwezig waren en aanleiding hebben gegeven tot de steenkool, hadden nog veel  hogere boomvarens

  Het is hier aangenaam om te wandelen; door de vele bomen beschermd van de zon


op de achtergond, door de bomen, zijn de steile rotsen te zien

Het derde vervoermiddel is weer een cabinebaan, Scenic Cableway.  Deze gaat iets lager dan de trein, maar zit in hetzelfde wandelcircuit over het pad met de houten planken.

Morgen starten we de terugweg naar Melbourne, langs de kust, het volgende verhaal.

 

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Mieke Wijs , wijs, wijs! vele groetjes, Mieke Geplaatst op 17 November 2014
Lieve Wat hebben jullie weer allemaal gezien! Hier is het bij het zondagavondmaal dat ik het uitgebreid beeldverslag geniet en lees. En inderdaad, ook ginder die duizend en duizend soldaten...... En ze hebben ginder ook nogal getsjold met het menselijk ras! (die kinderen enzo). Hebben jullie het ginds niet te warm? Die van de G20 die nu in Brisbane zitten alvast wel. Hebben jullie ooit het 'reuzenhuis' ergens gezien? Ik dacht eraan toen ik de verhouding zag van Stephan en de varens. Misschien waanden jullie zich in een 'reuzeZwitserland', met kabelbanen en al. En dat reuzencondoom hebben we hier vorige week op TV gezien, zonder erbij stil te staan waar het precies was. Hier alles OK, korte dagen, de Sint wenkt en de winkels puilen ook hier al uit van Kerstdag en cadeautjes. Lou, niet teveel pralientjes tegelijk hé, niet te goed voor de lever. Nog veel reisplezier ginds aan de andere kant van ons bolleke ! Geniet ervan. Geplaatst op 16 November 2014
Katrien dag jullie beidjes enkele dagen ziekjes, maar toch fit genoeg om jullie relaas te lezen! alweer een mix van fauna en flora en cultuur en geschiedenis en zo veel meer en opvallend hoe het andere einde van onze aardbol toch connectie heeft met alle herdenkingen hier rond WO I. Net daarrond ook het boek 'oorlog en terpentijn' gelezen van Stefan Hertmans die ook de Ako prijs heeft gewonnen. Een aanrader! Voeg daarbij de helder mooie foto's en het is weer een mooi reispalet geworden! Bedankt alvast! ps wij kregen gisteren weer heuglijk nieuws van gezinsuitbreiding , jullie horen er nog wel van! lieve zondagavondgroeten Katrien Geplaatst op 16 November 2014
Wivinr Aan de zondagse ontbijttafel heb ik weeral enorm genoten van jullie reisverhalen. Ook aan de andere kant van de wereld is WOI aanwezig! Gisteren kwam de Sint aan in Antwerpen. Bestaat die ook voor Australische kinderen of is het daar enkel de Kerstman? Ik wens jullie een boeiende en prettige week en kijk al uit naar een volgend verslag! Groetjes, Wivine en Denis Geplaatst op 16 November 2014
Wivinr Aan de zondagse ontbijttafel heb ik weeral enorm genoten van jullie reisverhalen. Ook aan de andere kant van de wereld is WOI aanwezig! Gisteren kwam de Sint aan in Antwerpen. Bestaat die ook voor Australische kinderen of is het daar enkel de Kerstman? Ik wens jullie een boeiende en prettige week en kijk al uit naar een volgend verslag! Groetjes, Wivine en Denis Geplaatst op 16 November 2014

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking