Reisverhaal «La Réunion, algemeen, aankomst en westen»

de Mascarenen | Reunion | 1 Reacties 30 Oktober 2022 - Laatste Aanpassing 04 November 2022

III. La Réunion(https://nl.wikipedia.org/wiki/Réunion)

Réunion behoort tot Frankrijk, departement DOM (Département d’Outre Mer). Het is het meest zuidelijk én westelijk deel van Frankrijk. Réunion ligt in Afrika, maar hoort thuis bij de Europese Unie.
Binnen de Europese Unie heeft het eiland de status van ultraperifere regio en maakt het dus integraal onderdeel uit van de Europese Unie. Réunion valt echter niet onder de Schengenakkoorden. Andere Europese akkoorden, bijvoorbeeld gratis roaming, gelden wel in Réunion.

Réunion ligt op 21 graden zuiderbreedte en 55,5 graden oosterlengte, op het zuidelijk halfrond, 684 km ten oosten van Madagaskar. Réunion is het meest westelijke eiland van de Mascarenenarchipel. De hoofdstad is Saint-Dennis.

kaart van La Réunion

Het toentertijd onbewoonde Réunion werd in 1513 ontdekt door de Portugezen. De huidige bevolkingsmix is ontstaan vanaf de 17e eeuw toen het eiland door Fransen, Afrikanen, Chinezen, Maleisiërs en Indiërs werd bevolkt. Tot de opening van het Suezkanaal was het een belangrijke stop onderweg naar Oost-Indië. Vandaag de dag is het eiland Réunion een modern en welvarend eiland met een inwonersaantal van 829.903 (2010) inwoners. Deze welvaart dankt het eiland vooral aan het toerisme, Réunion is vooral een geliefde locatie onder bergbeklimmers en natuurliefhebbers.

In Réunion worden, naast enkele belangrijke immigrantentalen, drie talen gesproken. Veruit de meest overheersende taal is het Réunions Creools, zoals de naam al zegt is dat een Creoolse taal die van het Frans is afgeleid. Verder wordt er in mindere mate Tamil, Hakka, Kantonees, Standaardmandarijn en Frans gesproken. Hoewel het Frans de officiële taal is, is het op de immigrantentalen na de kleinste taal van het land.

Geologie:
Réunion is een vulkanisch eiland dat zo'n drie miljoen jaar geleden is ontstaan met de opkomst van de vulkaan Piton des Neiges, die vandaag de dag, op een hoogte van 3.070,50 m, de hoogste piek is van de Mascarenen en de Indische Oceaan. Het oosten van het eiland wordt gevormd door de Piton de la Fournaise, een veel recentere vulkaan (500.000 jaar oud) die wordt beschouwd als een van de meest actieve op de planeet. Het landgedeelte van het eiland vertegenwoordigt slechts een klein percentage (ongeveer 3%) van de onderwaterberg die het vormt.

Naast het vulkanisme wordt het reliëf van het eiland zeer ruw gemaakt door actieve erosie. In het centrum bevinden zich dus drie uitgestrekte, door erosie gegraven ketens (Salazie, Mafate en Cilaos) en de hellingen van het eiland worden doorkruist door talrijke geulgraven rivieren, die naar schatting minstens 600 diep zijn en waarvan de bergflanken tot op enkele honderden meters diepte zijn uitgesleten.

Het oude massief van de Piton des Neiges wordt gescheiden van het massief van de Fournaise door een kloof die gevormd wordt door de Plaine des Palmistes en de Plaine des Cafres, een doorgang tussen het oosten en het zuiden van het eiland. Afgezien van de vlakten zijn de kustgebieden over het algemeen de meest vlakke gebieden, vooral in het noorden en westen van het eiland. De kustlijn van het wilde zuiden is echter steiler.

topografische kaart van Réunion

De oppervlakte van het eiland is 2502 km2 met een kustlengte van 207 km (België 30.000km2 en 65 km kustlijn)

Réunion wordt gekenmerkt door een vochtig tropisch klimaat. Er zijn twee verschillende seizoenen op Réunion, die worden bepaald door het regenregime: een regenseizoen van januari tot maart, waarin het grootste deel van het jaar regen valt; een droog seizoen van mei tot november. Op het oostelijke deel en de uitlopers van de vulkaan kunnen de regens echter ook in het droge seizoen belangrijk zijn.
De droogste plaats op het eiland (in het westen) heeft een jaarlijkse neerslag (gemiddeld) van minder dan 450 mm, terwijl de natste plaats (één van de natste ter wereld zelfs) een gemiddelde jaarlijkse neerslag kent van 11 000mm. (België heeft een gemiddelde jaarlijkse neerslag van iets minder dan 800mm)
De temperaturen op het eiland zijn het hele jaar door zeer mild. in het warme seizoen (november tot april): de gemiddelde minima variëren over het algemeen tussen 21 en 24 °C, tijdens het koele seizoen (mei tot oktober): de temperaturen variëren op zeeniveau, van 17 tot 20 °C. In bergdorpen variëren de gemiddelde temperaturen tussen 12 °C en 22 °C. In de gebieden met de hoogste habitats en in natuurgebieden op grote hoogte kan er in de winter sneeuw vallen. In 2003 en 2006 werd zelfs sneeuw waargenomen op Piton des Neiges en Piton de la Fournaise.

En dan nog de economie:
De economie van Réunion is sinds het begin van de 19e eeuw uitsluitend gebaseerd op de suikerrietindustrie, toen deze de koffieteelt verdrongen. Het ligt aan de basis van de ontwikkeling van de grote industriële groepen van het eiland Réunion, zoals Bourbon of Quartier Français.

Anno 2020 wordt er tussen de 26 en 30 duizend hectaren bezet door dit gewas, dat nog steeds meer dan 12.000 directe en indirecte arbeidsplaatsen biedt. De groei van de verstedelijking is een van de belangrijkste bedreigingen voor de suikerrietindustrie op het eiland Réunion. Een andere ernstige bedreiging is de voortdurende vermindering van de nationale en Europese subsidies aan de sector.

In 2004 werd twee miljoen ton suikerriet geoogst. Dit maakt het mogelijk om 220.000 ton suiker te produceren. Veel secundaire producten worden gevaloriseerd. Bagasse wordt gebruikt om thermische energie te produceren (13,3% van de elektriciteitsproductie op het eiland). De 70.000 ton melasse die jaarlijks wordt geproduceerd, kan uiteindelijk worden gebruikt voor de productie van 2.900 ton bio-ethanol.

Andere relatief ontwikkelde gewassen op het eiland zijn onder andere ananas, geraniums en vanille, waarvan het eiland ooit de grootste producent ter wereld was, dankzij de ontdekking van Edmond Albius. Vandaag de dag wordt de productie van koffie ("Bourbon pointu", top-of-the-range koffie) nieuw leven ingeblazen. Er zijn ook lycheeplantages, waarvan de export en marketing gedeeltelijk is stopgezet vanwege niet nagekomen beloften van staatssteun.

De visserij is een sector in volle ontwikkeling, dankzij de exploitatie door de Réunionese visserijbedrijven van de visbestanden van de Franse Zuidelijke en Antarctische Gebieden, ver ten zuiden van het eiland. Antarctische diepzeeheek en kreeften zijn de belangrijkste producten die in dit gebied worden gevist.

Toerisme, informatietechnologie en meer in het algemeen de hele tertiaire sector domineren het lokale economische weefsel en zorgen voor het grootste aantal banen. In 2004 verwelkomde het eiland 430.000 buitenlandse toeristen. Réunion trekt veel familiale toeristen, mensen die op bezoek komen naar familie of vrienden die op het eiland wonen.

IV.a. naar La Réunion

De vliegtijd tussen Mauritius en La Réunion bedraagt 50 minuten, een korte afstand, maar enige mogelijkheid om La Réunion te bereiken. (zowat de vliegtijd tussen Zaventem en Londen). Een overtocht al zwemmend met onze bagage is hier niet aan de orde.

we verlaten Mauritius, op weg naar een nieuw avontuur

de bergen waar we gisteren dichtbij waren

Île aux Aigrettes, we bezochten het eergisteren

boven de Indische oceaan hangen er dichtbij geen wolken

boven La Réunion echter blijven de wolken hangen. De hoogste berg steekt er boven uit

geland op La Réunion. We komen terug in de EU, dus gewone identiteitskaart, geen kosten meer op geldafhaling (met bancontact) en weer de Belgische SIM-kaart gebruiken.

Heel raar, Frankrijk in de Indische Oceaan.

We rijden naar het noordoosten, onze eerste stop, in de bergen van Saint-Paul

IV.b. Saint-Paul en omgeving

kaart van Réunion waarop Saint-Paul in rood is aangeduid, en de bergen, La Petite France, is omcirkeld

We overnachten eerst in La Petite Escale du Maïdo (2 nachten) , op 754m hoogte. Zo hoog zijn we in Mauritius niet geweest.
Nadat de zon verdwijnt rond 17u wordt het koud. Gelukkig hebben we ook een wat dikkere fleece mee.
In onze badkamer hangt hier een radiator, ’s morgens en ’s avonds geeft die warmte.

La Réunion heeft 2 hoge bergen, de ene is een uitgestorven vulkaan, Piton de la Neige-3070m hoog, de andere, Piton de la Fournaise- iets meer dan 2600m hoog, een nog actieve vulkaan.
Tussen beide bergen bevindt zich een kloof. Het oudste gebied, ten westen van de kloof met de Piton de Neige, is iets groter dan het oostelijk gedeelte met de Piton de la Fournaise

links het oudste deel van het eiland, rechts onder het nog actieve deel van het eiland

In het oude gedeelte zijn er 3, door erosie, uitgegraven ketens, ongeveer op 1000m hoogte gelegen. In feite zijn ze gevormd uit vulkaankraters. Het zijn de Cirque de Mafate (70 km2), de Cilaos (100 km2) en de Salazie (110 km2)

de 3 keteldalen zijn omcirkeld

Vandaag dinsdag rijden we naar het uitzichtpunt Maïdo, op 2205m hoogte.

Uitzichtpunt Maïdo is op de kaart aangeduid

Net zoals gisteren bestaat de baan uit een aaneenschakeling van haarspeldbochten. De weg ligt goed en is meestal voldoende breed.
Omdat de mist vrij snel opkomt, vertrekken we vanuit ons verblijf op 7u20. We zijn niet de enigen op de baan, het verkeer valt al bij al goed mee, het is vandaag 1 november, ook hier een feestdag.

de parkings boven staan al redelijk vol. Wanneer we beginnen wandelen zien we vooral veel Fransen met kinderen. Het is in Frankrijk herfstvakantie, vandaar

wanneer we op de bovenste, kleine parking komen, zien we plaatsen voor personen in een rolstoel …

en er is een hellend vlak aangelegd zodat rolstoelrijders naar boven kunnen geduwd worden…. Heel verrassend

We gaan via een stenig pad hogerop, naar het uitzichtpunt

wat ons als eerste opvalt, zijn de enorm steile wanden naar het keteldal Mafate

hier kijken we in het keteldal

ondertussen stijgen de wolken en wordt het zicht onttrokken. Gelukkig trekken de wolken weer weg

bij een bord met wat uitleg, kunnen we de bergen een naam geven

voor ons doemt de Piton de Neiges op, 3070m hoog

het is rijtje schuiven op bij de balustrade te komen en het wijdse landschap te kunnen bewonderen

een heel eind beneden ons zien we huizen. De mensen die daar wonen leven blijkbaar vooral van toerisme, wandelaars in het dal die er overnachten, komen eten, …

De ronde plateau op de voorgrond, Le Bronchard, gaf het keteldal zijn naam. Een slaaf, Mafata, vluchtte voor zijn eigenaars vanaf de kust en klop op dit plateau, waar hij verder leefde

Er is geen enkele toegangsweg naar het dal voor gemotoriseerd verkeer. Ooit waren er plannen, maar de bewoners hebben dat tegen gehouden. Volgens wat we lezen, worden ze bevoorraad per helicopter en kweken ze zelf ook voedsel.

de Piton Maïdo , moeilijker te beklimmen dan Le Bronchard

Op een bord vinden we wat uitleg over de geologie. De diepte van meer dan 1000m tussen het uitzichtpunt en de bodem van het keteldal Mafate, is gevormd op een paar 10.000 jaar tijd

ongeveer 100.000 jaar geleden was de Piton de Neige een zeer actieve vulkaan, vooral in het centraal gedeelte. Dat stortte in en vormde een caldera, een komvormige krater. Overal langs de berg ontstonden er breuken. Een rivier kon, dankzij de breuken, een weg vinden in het gebied. Hierdoor werd er vrij snel een diepe canyon gevormd. De hellingen van de canyon stortten in, het materiaal werd meegevoerd met het water

een paar 10.000 jaar later hield de vulkaan op met werken, maar hier en daar bleef nog wat vulkanische activiteit onder de vorm van fumarolen (opening in de aardkorst waardoor hete gassen en stoom ontsnappen) en hydrothermale activiteiten (water dat onder hoge druk en hoge temperatuur onder de aardkorst actief is). Door deze restactiviteiten en door het warme, tropische, vochtige klimaat werden basisaardlagen erg zwak. Hierdoor stortten aardlagen daarboven in, materiaal werd weer meegevoerd door de rivier. Hier en daar bleven rotsen en stukken vaste korst overeind doordat ze meer weerstand hadden tegen de erosie. Het keteldal was gevormd. Woud veroverde de bodem

gedurende de 19de eeuw was de mens oorzaak van de (bijna) totale ontbossing van het gebied waardoor ij hevige regen de bodem volledig wegspoelde. Pas later werden er andere soorten bomen aangeplant. In het begin van de 20ste eeuw zorgde een gedeeltelijke instorting van de Bronchardtop voor de verwoesting van de thermale activiteit in de Mafate krater, de enige thermaalfaciliteit in het gebied van de Indische Oceaan. In 1958 zorgde een grondverschuiving ervoor dat de rivier geblokkeerd geraakte, waardoor er een soort dam werd gevormd

De uitleg eindigt met ‘hoe zal dit gebied en de aarde verder evolueren? Een grote ramp, opnieuw vulkanisme hier, …?

Twee jaar geleden was hier een grote brand waardoor de toeristische infrastructuur ook werd vernield samen met een grote oppervlakte bod. Men heeft gedeeltelijk weer afsluitingen geplaatst, maar het hoger gelegen uitzichtpunt is nog niet in orde gebracht.

van daar is er zicht op het grote uitzichtpunt met de vele mensen

hier komt men ook dichter bij de Piton Maïdo

de meeste vegetatie is verbrand, brem echter begint alweer te groeien en te bloeien

We rijden weer naar beneden.

zelden hebben we langs de weg uitzicht op de kustvlakte, nog ver beneden ons

Het Maïdo gebied is bekend voor de teelt van ooievaarsbek en de destillatie van de etherische oliën. Deze etherische oliën werden voor een klein bedrag opgekocht door de Franse parfumindustrie . Nu is die activiteit hier erg gedaald. Enkel nog wat oudere mensen, die hun ganse leven er aan gewerkt hebben, produceren nog etherische oliën. Jongere mensen worden niet meer door deze job aangetrokken, hard werk en veel te weinig financiële opbrengst, terwijl de parfumindustrie grote winsten maakt …..

We stoppen aan een winkel met wat tuin, waar men deze oliën verkoopt. Het destillatiegerei echter is al in geen tijden meer gebruikt. Is dit nog natuurlijk product of is het ergen synthetisch gemaakt en wordt het hier verkocht …..?

We wandelen hier rond, enkele foto’s

een abutilonsoort die endemisch is op La Réunion (Abutilon exstipulare)

de Olijfgroene Réunionbrilvogel, een endemisch vogeltje dat op grotere hoogten leeft

de Rosenpelargonium ( Pelargonium graveolens) is de variëteit, waarbij enkel de bladeren en de stengels gebruikt worden om de essence te destilleren. Wanneer we de bladeren tussen de vingers knijpen, krijgen we al de goede geur

geen uitleg hier, geen destillatie meer, enkel verkoop ….

Wat verder langs de weg is het bedrijf van Ernest Begue.

Hier geen winkel, wel een soort kiosk. De man geeft met veel plezier uitleg over de techniek van het destilleren, hier werkt de apparatuur nog wel.

de man maakt graag gebruik van ‘een foto nemen’ om dichtbij te komen

in de linker ketel wordt water samen met een massa van de planten waaruit men de etherische olie wil extraheren, gebracht. Onder de ketel wordt een vuur gestookt waardoor de vloeistof in de ketel kookt. Afhankelijk van de plant duurt de kooktijd korter of langer, bij de Rosenpelargonium duurt de kooktijd 3u, bij andere planten kan dat enkele dagen duren.
Het kokende water onttrekt beetje bij beetje de etherische olie uit de plantendelen. De damp, samen met de olie komt terecht in de buis die bovenaan de ketel verlaat. De hete damp en olie gaan dan naar het rechtervat, waar de buis in spiraalvorm naar beneden gaat. In dat rechtervat is buiten de buis, water om de damp af te koelen. Helemaal onderaan de rechterketel, nog net te zien op de foto, is de uitloop van die buis. Hier komt de afgekoelde stoom, water dus, samen met de olie, naar buiten. De grootste hoeveelheid van de vloeistof is water, de hoeveelheid etherische olie is weinig

deze vloeistof druppel via een trechter in een kan, waar bovenop een glazen fles zonder bodem, zit. De olie komt naar boven op het water drijven (als men lang genoeg wacht). Periodiek laat men dan de olie aflopen en vangt ze op in een fles.

Bij sommige planten moet men een tweede maal destilleren om toch wat olie over te houden.

Om een idee te geven: er moeten 700kg bladeren en stengels gebruikt worden om 1,1 kg van de etherische pelargoniumolie te bekomen….. (met relatief weinig geld kan men dezelfde geurstof synthetisch maken, dus zonder dat er planten bij te pas komen, en er tonnen van bekomen…. vervalsing is dus verleidelijk …

hier staan heel wat geraniumplanten en weinig flesjes in zijn kraam …

de sterk geurende bladeren geven, van al de essences die de man maakt en verkoopt, de beste geurstof

Dinsdag dalen we af van de hoogte en rijden we richting zee. We blijven nog 7 dagen in Saint-Paul, onze verblijfplaats heet Le Caillou Blanc, op een hoogte van 250m. De steden en dorpen aan de zee hebben dikwijls het achtervoegsel -les Bains, het gedeelte dat hogerop ligt -les Hauts.

kaart waarop ons tweede verblijf in Saint-Paul is aangeduid

we huren hier een studio

onze huurauto

In Sint-Gilles-les-Hauts, deelgemeente van Saint-Paul (het zijn hier allemaal heiligennamen), bevindt zich het Historisch Museum Villèle. Het museum is in 1974 geopend in een voormalig koloniaal huis, om de glorie van de grootgrondbezitters te tonen. Door archeologische opgravingen ligt het accent meer en meer op invoer en behandeling van de slaven.

Dit uit steen gebouwde koloniaal huis behoorde toe aan de familie Panon Desbassyns, gebouwd in de jaren 1780. De grootouders van zowel de man als de vrouw waren in La Réunion aangekomen en hadden zich gevestigd als ambachtslui. Hun kinderen en kleinkinderen zijn dus geboren in La Réunion, het zijn Fransen, maar ze krijgen de benaming Creool. Ongeacht de afkomst en de huidskleur is iedereen die in La Réunion geboren is Creool.

het woonhuis, één van de drie die de familie in bezit had

maquette van het centraal gedeelte van het domein, de bewoning , inclusief de slaven

De familie Panon Desbassyns behoorde tot de rijkste van het eiland, ze hadden zeer grote oppervlakten grond in bezit en meer dan 400 slaven (hoe meer grond, hoe meer slaven).

Henri Paulin Panon Desbassayns, geboren in Saint-Paul in 1732 en er gestorven in 1800

Marie Anne Thérèse Ombline Gonneau Montbrun geboren in 1755 in Saint-Paul en er gestorven in 1846

En hun illustere daden ….

hij

en zij

Op hun gronden werden koffie, katoen en suikerriet verbouwd, de teelt en producten van koffie, rietsuiker en katoen gebeurde door slaven. De afgewerkte producten werden verscheept naar Europa, waar ze aan hoge prijzen werden verkocht. Enkel de rijken in Europa konden zich deze luxueuze goederen permitteren.

koffieplanten. tussen 1723 en 1735 had Bourbon (zoals Réunion toe genoemd werd) het alleenrecht om koffie te kweken voor de invoer in Frankrijk. In 1735 telde dit gebied 500 koffieplanten en 2000 jonge plantjes. Door cyclonen, droogte en sterke regenval werden de planten in 1806 en 1807 verwoest en moest er opnieuw aangeplant worden. De koffiecultuur werd sinds het midden van de jaren 1800 beetje bij beetje vervangen door deze van suikerriet

katoenplanten. Sinds 1720 werd er in Bourbon katoen aangeplant, echter in beperkte hoeveelheden. De kennis en de handenarbeid werd geleverd door ingevoerde slaven uit Bengalen (India en Bangladesh). Voor het verwerken van de katoenpluizen tot draad werden de pluizen veelal naar Bengalen verscheept om daar te verwerken. Het oosten van Bourbon (waar er veel meer regen valt) was meer geschikt voor de katoenteelt (de teelt van katoen vereist zeer veel water … grote ecologische voetafdruk dus). Om de katoenteelt op Bourbon een duwtje in de rug te geven, werden 2 machines ingevoerd om het zaadje uit de pluizen te verwijderen. De eigenaar van de grond was in India meer over de katoenteelt gaan ervaren en was gemotiveerd om op zijn bedrijf, ondanks de moeilijkheden, katoen te telen. Na zijn dood in 1800 werd de katoenteelt verlaten, zijn vrouw geloofde niet in het succes ervan. Beetje bij beetje werd de grond die bestemd was voor katoen, gebruikt om suikerriet te telen

suikerriet. In het begin van de 19de eeuw begon de teelt van suikerriet, de oppervlakten die ervoor gebruikt werden, vermeerderden explosief tussen 1823 en 1829. De familie Desbassyns was de eerste die meerdere suikermolens (suikerfabrieken) invoerde op Bourbon. Er werden waterkanalen aangelegd om rivierwater naar het bedrijf te leiden, zodat de molens continu konden werken (in het seizoen). De eigenares van het domein (haar man was toen al gestorven) liet een weg aanleggen (door slaven) om rietsuiker naar de haven te vervoeren. Nadat de slavernij was afgeschaft en arbeiders onder contract wekten, vermeerderde de hoeveelheid geproduceerde suiker nog veel sterker (50 ton in 1823 naar 75.000 ton in 1860). Echter op het einde van de 19de eeuw daalde de suikerproductie zienderogen doordat er meer suikerfabrieken waren en de concurrentie dus groter was, door ziektes, doordat de vraag in Europa naar rietsuiker fel verminderd was door de lokale productie van bietsuiker. In 1918 hield dit suikerbedrijf op te bestaan.

Schepen die vanuit India specerijen en kruiden, zijde en andere luxegoederen aankwamen in La Réunion, werden verder geladen met koffie, katoen en rietsuiker. Ze brachten hun vracht naar Frankrijk. Op de terugweg werden de schepen opnieuw geladen met slaven uit West-Afrika, ze waren ook gewoon koopwaar en werden helemaal niet aanzien als mensen. Wanneer ze op La Réunion aankwamen kregen ze allemaal een katholieke naam, werden ze gedoopt en moesten ze als christen leven ….

De man stierf in 1800, de vrouw bleef nog 46 jaar leven als hoofd van het bedrijf en de slaven. Ze paste de harde wrede wetten toe op haar slaven, ingevoerd uit Madagascar, Mozambique en Senegal. Er bestaan weinig geschreven bronnen uit die tijd, enkel de rijken en de kerk konden lezen en schrijven. Daarin werd geschreven dat de slaven haar aanbaden, maar de mondelinge overleveringen duiden haar aan als wreed, alle wreedheid van het eiland wordt op haar conto geschreven ….

Momenteel is men sinds meer dan een jaar hier archeologische opgravingen aan het verrichten. Die opgravingen geven een beter beeld van de toenmalige werkelijkheid.

2 jaar na de dood van de vrouw, werd op 27 april 1848 in Parijs officieel de slavernij afgeschaft. Het duurde in Réunion nog tot 20 december 1848, voor het einde werkelijkheid werd. Plotseling werden meer dan 60.000 mensen, meer dan de helft van de bevolking van La Réunion, vrije mensen. Omdat deze mensen geen naam hadden, tenzij de katholieke naam die ze bij aankomst kregen, kregen ze ineens ook die voornaam als achternaam.

Ondertussen werden ook Indiërs aangevoerd, ze hadden een contract, maar hun leven verschilde niet veel van dat van de slaven. Een grote zwarte bladzijde uit de geschiedenis van La Réunion (zoals elk land wel zijn zwarte bladzijde heeft ….)

Het koppel Panon-Desbassyns had 11 kinderen.

de stamboom van het koppel

Er werd op het domein een kapel gebouwd, Chapelle Pointue.

gebouwd in de jaren 1830 om de slaven een godsdienstige opvoeding te geven en om een plaats te bieden aan de dorpsbewoners om hun godsdienst te beoefenen, werd een eerste kapel gebouwd. In 1841 werd een tweede en grotere kapel opgericht. Door de cycloon van 1932 werd de kapel bijna volledig verwoest en werd de huidige, een bijna volledige kopie, opgericht

zij ligt begraven in de kapel

en ook een aantal nakomelingen

We bezoeken het huis met 2 verdiepingen en achteraan telkens een groot terras dat uitgeeft op de tuin.

bureau van de eigenaar, wordt meegenomen wanneer hij reist (handvaten aan de zijden)

een paar handboeien voor de slaven tooien de schrijftafel …..

tekening van een slaaf

er bevinden zich hier nog originele meubels (maar helemaal gerestaureerd)

het sanitair dat gebruikt werd in deze wereld

en een bidstoel ….

het terras boven

Wanneer men het terras verlaat kan men rechts naar de keuken wandelen. De keuken was immers altijd verwijderd van het huis. Bij houten huizen had dat zijn reden: in een keuken is er vuur, waardoor het huis zou kunnen afbranden.

Verder is er een slavenhospitaal, waar men nu bezig is om een slavenmuseum in te richten. Eén kamer is al te bezichtigen

vermelding van alle slaven van het jaar 1824 met hun (katholieke) (voor)naam, de kaste waartoe ze behoren, hun taak (beroep), hun leeftijd en aanduiding of ze gevlucht zijn

bovenzijde van de lijst

men is hier druk bezig om de gebouwen grondig op te knappen, hier komt het slavenmuseum

De voormalige slavenverblijven zijn volledig verdwenen, het waren hutten gemaakt uit waardeloos materiaal.

Verder is er nog een ruïne van de suikerfabriek.

Midden de voormiddag gaf een man uitleg (bijna 1 uur, buiten onder een boom) over de slavernij hier op La Réunion.

de jacaranda’s staan in bloei op dit voor de rest zeer droge gebied

Het Réserve Naturelle étang de Saint-Paul is opgericht in 2008. Het omvat het grootste natte kustgebied van de Mascarenen, meer dan 440 ha groot. Het gebied ligt tussen de baai van Saint-Paul en het plateau Grand Bénare, een bijna helemaal droog gebied, meer in het binnenland.
Het meer zorgt voor een specifieke flora en fauna.

Sinds de eerste mensen in dit gebied aankwamen, nog in de 17de eeuw, is het gebied door menselijke invloed sterk veranderd. Om de natuur opnieuw te beschermen is het gebied in 2008 Nationaal Natuurreservaat geworden. In het binnenland is het gebied omzoomd door een toeristische weg ‘Tour des Roches’. We rijden de route van noord naar zuid, aan onze rechterkant ligt het natuurgebied, aan de linkerkant zien we vooral veel, zeer veel grote rotsen met hier en daar een bron. Een deel van dat bronwater wordt opgevangen voor de drinkwatervoorziening hier rond Saint-Paul.

We gaan eerst langs bij het kantoor voor wat info en een kaart.

Op het hek ‘vandaag gesloten’ (dat lezen we nu al elke dag). Een man komt naar het hek en gaat binnen, dus wij mee. In het kleine museumpje komt wat later een parkwachter. Hij geeft ons een kaart en voldoende info

kaart van het gebied

Hier kunnen we een wandeling maken, eerst in het droger gebied, daarna in het meer begroeide gebied.

bij elke padsplitsing staan er wegwijzers

het droger gebied

zicht richting binnenland

vogels horen we wel, maar zien we niet, een enkele bloem wel

het binnenland ziet er erg droog uit

een volgend pad is erg stenig, we keren terug

in het vochtiger gebied lopen we als het ware op een verhoog met links en rechts water

we horen regelmatig een waterhoen roepen, we kunnen het dier echter nergens vinden. Ze zoeken beschutting tussen de vegetatie

we zien hier regelmatig papyrusplanten

We rijden verder langs de weg ‘Tour des Roches’. Bij het bord ‘Bassin Vital’ maken we een korte wandeling

het eerste deel van het pad ligt zandig, nadien wordt het stenig

Bij onze terugkeer zien we een kudde koeien, nooit gezien in Mauritius

runderen zoals in India

Wat verder is er een belangrijke bron, en iets verder een (stilstaande) watermolen. Hier stroomt het water over de baan

de bron

het water stroomt hier over de weg

het waterrad, niet meer in gebruik

Nog wat verder is de bron Bouillon (genoemd naar het gelijknamig gehucht of omgekeerd)

Op het einde van de weg ‘Tour des Rocher’ komen we in Saint-Paul. We rijden terug richting noorden, Saint-Paul wordt immers begrensd door het meer. Hier maken we de grootste wandeling. Het natuurgebied van het meer sluit aan bij het gemeentebos van Saint-Paul dat aan de zee grenst.

een oude spoorwegbrug overspant het meer

nu is de brug voor fietsers en voetgangers

vanop de brug, het meer, richting binnenland

en richting zee

we zijn nu in het gemeentebos van Saint-Paul

wat later komen we bij de oceaan

Zicht voorbij Saint-Paul, richting Cap La Houssaye (richting zuiden)

het strand bestaat hier uit grote keien, veel ervan zijn met de rivier vanuit de bergen meegesleept en via het meer van Saint Paul op het strand geworpen. Tussen het meer en de zee is er een gebied van deze keien

Ondanks de grote omtrek van La Réunion, heeft het eiland maar 25 km zandstrand, waar mensen komen zonnebaden en in het water kunnen (maar opgelet voor haaien!)

we keren langs hetzelfde pad terug

Rond 14u zijn we terug in ons verblijf, wat later regent het weer. Elke natuurbezoek moet hier ’s morgens vroeg gebeuren (een museum of stad kan ook nog later op de dag), want de wolken en de regen komen vrij snel.

Saint-Paul is bekend om 2 redenen, eerst het Cimetière marin, de oude en nog steeds in gebruik zijnde, begraafplaats bij de zee, en ten tweede zijn wekelijkse markt, op vrijdag de ganse dag, en zaterdag enkel tijdens de voormiddag.

De begraafplaats is gestart in 1788 op en in het zwarte zand aan de kust, dat hier en daar bedekt was met wat gras, zo schreef de dichter Charles Leconte de Lisle. In 2011 is de begraafplaats herkend als historisch monument. Naast anonieme graven zijn er monumenten van families, oude en ook recentere.

Wat ons opvalt is , naast het overlijden van hier en daar iemand jonger, er vele mensen meer dan 90 jaar geleefd hebben.

Slaven werden niet op een begraafplaats bijgelegd. Echter na de cycloon Gamede in 2007 zijn een groot aantal botten in het zand op het strand bloot komen te liggen. Archeologisch onderzoek in 2011 dateerde de ‘graven’ uit de eerste helft van de 19de eeuw (slavernij is afgeschaft hier in 1848). Bij verder onderzoek zag men dat er bewerkte tanden te vinden waren, typisch voor Afrikaanse rituelen in Zuid-Tanzania en Noord-Mozambique. Op 2500 m2 heeft men van meer dan 2000 slaven botten gevonden, simpel onder het zand begraven

op deze plaats heeft men symbolisch gedenkstenen geplaatst om de duizenden slaven te herdenken, ook zij die schipbreuk hebben geleden

een gedicht en het werk van Jacques Beng-Thi uit 2013 is een ode aan de slaven en een dikke vingerwijzing naar de uitbuiting van hen ten behoeve van de eigen (westerse) welvaart

iets verder is het verzamelde graf van al de botten die hier vrij gekomen zijn bij doorgang van de cycloon in 2007

Voor we de ommuurde begraafplaats binnen gaan, zien we hier een groot waarschuwingsbord om om geen enkele reden, in de wateren van de Indische Oceaan te gaan. Hier komen immers haaien voor, ze vallen ook mensen aan

zowel in Engels als in Frans

De begraafplaats heeft vandaag veel bezoekers, niet alleen toeristen, maar ook mensen die bloemen komen leggen bij een graf.
De graven van beroemde personages zijn aangeduid, het is geen zoekwerk zoals we ooit het graf van Evita Perron moesten vinden

Het eerste graf, dichtbij de toegang is dat van La Buse

Piraten (zeerovers) waren afgeschrikt door het harde optreden van Portugezen en Spanjaarden in het Caraïbische gebied. Anderzijds werden ze hier in de Indische oceaan aangetrokken door de grote rijkdom waarmee schepen beladen waren. De zeerovers ruilden de Caraïben voor de Indische Oceaan. Hun hoofdkwartier was het noorden van Madagaskar waar ze zelfs een eigen republiek hebben opgericht. De piraten moesten maar een enkel Hollands of Frans schip veroveren om voldoende voedsel te hebben voor generaties piraten, zo blijkt uit overleveringen.
Maar ze kwamen in conflict met de bevolking van Madagaskar, daarom verlegden ze hun hoofdkwartier naar de Mascarenen. Op Île Bourbon (de toenmalige naam voor La Réunion) kregen ze zelfs burgerrechten.
De man die weigerde om een brave Franse burger te worden was Olivier le Vasseur, die tijdens zijn leven ‘Le bussard’ of La Buze (de buizerd, een roofvogel) werd genoemd. Hij was de beruchtste en rijkste zeerover in die tijd, op zijn hoofd stond een zeer grote geldsom.
Zijn leven als piraat dreef hem uit de Caraïben weg, hij verplaatste zich naar de Indische Oceaan in 1720. Zijn expedities als zeerover rond de Seychellen, Oost-Afrika, La Réunion en Mauritius brachten hem enorme rijkdom. De Fransen konden hem echter gevangen nemen en hij werd op 7 juli 1730 op La Réunion ter dood veroordeeld. Diezelfde avond werd hij in Saint-Paul opgehangen.
Aan de voet van de galg zou hij geroepen hebben “Mes trésors à qui saura comprendre”, en een cryptogramboodschap zou een hint geven

maar nog steeds heeft geen mens de sleutel gevonden om de enorme schat te ontdekken
(
https://www.pirates-corsaires.com/levasseur-la-buse.htm)

Wat zeker is, is dat de jarenlange zoektochten naar de schat al zeer veel gekost hebben…

Aan de achterzijde van het graf van La Buse bevindt zich een omheining waarin enkele graven van de familie Panon Desbassyns te vinden zijn

het voornaamste graf is dat van de eigenaar van het zeer grote domein Lavillèle, we bezochten het enkele dagen geleden. Zijn vrouw ligt in de kapel bij het domein begraven, de kapel is echter maar gebouwd vele jaren nadat de man is overleden

Bij vele oude graven is de inscriptie verdwenen. Ze zijn dus onbekend, maar blijven aanwezig op de begraafplaats

vogels vliegen hier aan en af, hier de Madagaskarwever die we ook op Mauritius zagen

een graf voor de slachtoffers van de schipbreuk van de Ker-Anna, een driemaster uit Nantes die op 9 december 1894 op een koraalrif gestrand is. 8 van de 14 opvarenden zijn verdronken en hier begraven

een graf van een tamil-familie (India)

het graf van dichter Charles Leconte de Lisle (Saint-Paul 1818- Louveciennes 1894). Zijn assen zijn overgebracht naar deze begraafplaats (https://nl.wikipedia.org/wiki/Charles_Leconte_de_Lisle)

een half ingezakt graf van een kapitein ter lange omvaart. De man maakte met zijn schip een tussenstop op Bourbon in een hotel. Hij had echter de slechte gewoonte om zijn toiletpot door het raam naar buiten te ledigen. Kwam nu de inhoud terecht op het hoofd van een lokale edelman die natuurlijk gekrenkt was. Er volgde een duel. Het wapen van de edelman echter was geblokkeerd, de kapitein schoot in de lucht, maar de edelman greep naar de laatste zijn wapen en schoot hem dood

originele Chinese graven met een weinig zichtbare Chinese tekst

moderne Chinese graven

Heel wat graven met Chinese namen bevatten een kruis, blijkbaar was de ‘bekeerwoede’ groot

de graven met de Indische Oceaan op de achtergrond

heel wat nieuwere graven zijn vol geplant met allerlei sierstruiken en zonder grafsteen

eigenlijk een kleurrijke bedoening

in verschillende graven, meer dan 100 jaar oud, liggen mensen van verschillende generaties

Naast vogels leven hier ook hagedisachtigen

wijfje of jong van de Kolonistenagame, nog maar sinds een tweetal jaar via de haven (hier relatief dichtbij) geïmporteerd

en het mannetje, veel groter en kleurrijker

Hierna rijden we richting centrum. Omdat we overal al mensen te voet zien gaan, parkeren we ons zodra we kunnen

bij het centrum staan er nog heel wat Franse kanonnen opgesteld, echter nooit gebruikt

het stadhuis van Saint-Paul

gelegen aan een parkje met een fontein

en een kiosk

We wandelen rond in de voornaamste straten van de stad

in een koloniaal gebouw is nu een hotelschool gehuisvest

het is druk, veel mensen komen van verder en zoeken een parkeerplaats (die niet te vinden is). Vele gebouwen zijn nog (deels) in hout

In tegenstelling tot Mauritius waar er een samenleving is van mensen waar hun voorouders van verschillende herkomst zijn, maar deze groepen mensen nog huwen met mensen van dezelfde herkomst, ze hun eigen taal nog kunnen studeren en gebruiken, zien we hier op La Réunion dat mensen van verschillende herkomst een mix gevormd hebben. Mensen spreken La Réunion Creools, de officiële taal is Frans. Er zijn geen andere talen meer, de huidskleur gaat van blank naar zwart met alle mogelijke tussenkleuren. Mensen hebben voorouders van allerlei verschillende landen van herkomst (1/4 een land, 1/8 ander land, ...)

bijna op de markt, heel uitgebreid, met veel groenten en fruit, specerijen, allerlei prullaria, juweeltjes, gebruiksvoorwerpen, … voor toeristen, eetkramen… heel kleurrijk

Enkele beelden

allerlei gefrituurde en erg vette hapjes, ze verkopen zeer vlot

maniok, kleine wortels echter

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Cecile Hallo Outre Mer… Weeral heel verslag… in Grace in France ook alleen oude destilleer kolven, wel palaces van familie bedrijven parfumerie ( grond waar bloemen op gekweekt werden is overal verkaveld en brengt meer op…..) geen idee waar nu nog natuurlijke essences gemaakt worden……… Wonen rijke Fransen niet op Réunion ? Op privee eilanden….. Hier nu week van 11/11 , kerkhofweer…..koud, winderig Hou jullie goed daar Geplaatst op 07 November 2022

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking