Reisverhaal «van Saint-Paul naar Saint-Pierre»

de Mascarenen | Reunion | 3 Reacties 05 November 2022 - Laatste Aanpassing 12 November 2022

IV.c. van Saint-Paul naar Saint-Pierre 

kaart waarop Saint-Paul en Saint-Pierre zijn aangeduid

Tussen beide plaatsen is er heel wat te zien. Eerst overnachten we nog 4 maal in Saint-Paul, in Le Caillou Blanc, daarna 4 nachten in Saint-Pierre in Happyhome

Saint-Gilles-les-Bains is het eerste plaatsje dat we aandoen. Het behoort nog tot de gemeente Saint-Paul en ligt aan de kust. Het vlakkere gedeelte werd gevormd door het water uit de Ravine-Saint-Gilles. Hier hebben de rivieren niet de naam ‘rivière’ maar wordt wel de ravijn vernoemd.

de rivier door de ravijn Saint-Gilles

Deze locatie was helemaal afgesneden van het centrum van Saint-Paul door enkele kapen

de kapen tussen beide locaties

Lange tijd bleef Saint-Gilles (les Bains) een klein dorpje dat leefde van landbouw en visvangst

Het ganse gebied van Saint-Gilles was ooit eigendom van de familie Panon-Desbassyns, waarvan we de bewoning enkele dagen geleden bezochten. Het waren zeer rijke grondeigenaars die zowel katoen als koffie, als vooral suikerriet verbouwden.

Het kleine dorpje was of via de zee met een bootje of via een pad over land, vanuit Saint-Gilles-les-Hauts bereikbaar.

Bij de monding van de ravijn was een kleine haven van waaruit de producten van het bedrijf Panon-Desbassyns werden verscheept.

Het gebied bij de zee werd verder ontsloten door het water uit de ravijn waardoor katoen en suikerrietvelden konden bewaterd worden. Saint-Gilles bij de zee werd welvarender.

Rotsen langs de helling werden vanaf 1830 gebruikt om een soort haventje te vormen, maar pas in 1960 was de huidige haven werkelijkheid.

nu is hier helemaal geen vissershaven of overslagplaats minder. De goed beschutte haven wordt gebruikt door jachten, verhuurbootjes, bootjes waarmee duikers verplaatst worden, ….

grote jachten liggen hier niet, de bootjes zijn relatief klein en worden lokaal gebruikt

Nog enkele van de zwarte lavarotsen liggen hier in de zee, het gevormde strandje tussen het einde van de ravijn en de zee, wordt dan ook Roches noirs genoemd.

het water van de ravijn mondt niet direct in zee uit. Hier bevindt zich een relatief klein strandje enkel voor zonnekloppers

de enkele zwarte lavastenen die in zee liggen, geven de naam aan het strand. Het is hier absoluut verboden om in het water te gaan, om welke reden dan ook

wat verder noordelijk loopt het strandje nog wat verder, het is hier echter smal en nogal steil

over de lengte ten noorden is er een korte promenade aangelegd

Vanaf 1861 werd er een weg langs de kust tussen Saint-Paul en het dorpje Saint-Gilles-les-Bains gebouwd, en vanaf 1882 was hier een spoorlijn. Hierdoor werd Saint-Gilles-les-Bains goed bereikbaar. Welvarende families ontdekten de plek als vakantiebestemming of om er, op doktersvoorschrift, te komen kuren.

Vanaf 1963, met de bouw van de nieuwe kustbaan tussen Saint-Denis (hoofdstad, noordelijker gelegen) en Saint-Gilles, was het mogelijk voor vele inwoners van La Réunion om naar het plaatsje Saint-Gilles-les-Bains te komen en te genieten van de zee en de lagune met talrijke watersportmogelijkheden.

langs de westkust van Réunion is er echter een marien natuurgebied ingesteld om zee-organismen te beschermen. Vissen is slechts op beperkte plaatsen mogelijk, maar ook duikers moeten zich aan de regels houden

een bootje met duikers en uitrusting vertrekt

het zijn vooral zeezoogdieren die in dit gebied van de Indische Oceaan voorkomen, die bescherming genieten; hiertoe behoren verschillende soorten dolfijnen en walvissen.

Tijdens de jaren 1780 bouwde hier de familie Desbassyns een opslagplaats voor hun waren in afwachting van verscheping. In 1858 gaf de schoonzoon van Ombline Desbassyns (de echtgenote en de wrede slavendrijfster) het gebouw aan de lokale bisschop (aflaten verdienen …). Die bisschop vormde het gebouw om tot een kerk zodat de lokale bewoners niet meer naar Saint-Paul moesten om hun godsdienstige plichten te vervullen. De kerk kreeg de naam ‘Stella Maris’ (ster van de zee)

de opslagplaats, omgebouwd tot kerkje is nu niet meer als dusdanig in gebruik. Kinderen krijgen hier vandaag godsdienstlessen

beeld van Stella Maris

er is vlakbij een nieuwere en grotere kerk gebouwd

een grote bougainvillea staat hier in bloei

door beton en grote rotsblokken wordt het haventje beschermd

er is mogelijkheid om hier op te wandelen, een enkele visser zit hier met zijn lijn

er zijn enkele voetgangersbruggen die het haventje en de ravijn overspannen, ze geven ook toegang tot de betonnen wandelpaden

net ten zuiden van het haventje is er nog een strand, een stuk langer en breder, Plage des Brisants. Hier mogen blijkbaar surfers en bootjes in het water (geen baders), de vlag is groen

hier liggen stukken koraal op het strand, een eindje voor de kust, op een diepte komen hier enkele koraalriffen voor, de beschermde gebieden

Daarna bezoeken we het aquarium met vissen en koralen van het Réuniongebied met vooral ook heel wat uitleg. Enkele beelden (de kleuren van de vissen zijn op de foto’s veel valer dan in werkelijkheid door het blauw-violette licht

Iets ten zuiden van Saint-Gilles-les-Bains ligt het kustplaatsje L’ Ermitage-les-Bains. We zijn echter nog steeds in Saint-Paul

kaart waarop L’Ermitage-les-Bains aangeduid is

Er bevindt zich hier de Jardin D’Eden, een plantentuin. Niet zo groot, wel gevarieerd.
Jardin D’Eden is ontstaan als gevolg van een droom van een Fransman, van oorsprong uit Lotharingen, hij woonde in Quimper (Bretagne), geboren in 1941. Hij studeerde landbouwingenieur in Rennes en specialiseerde zich in tropische landbouw. Hij werkte in verschillende tropische landen waaronder Cuba, Tjaad en Madagascar, maar het leven in La Réunion beviel hem zo erg dat hij besloot hier te blijven. Gewassen die hij kende uit Frankrijk, inroduceerde hij hier, hij zocht de best aangepaste variëteiten van aardbeien, asperges, meloenen en oesterzwammen. Zijn uiteindelijke droom om een tuin te creëren dreef hem tot het starten van een eigen boomkwekerij. Hij verzamelde planten van overal ter wereld. In 1990 startte hij zijn project met vooral planten die een aroma verspreiden en die vogels aantrekken. Echter begin 1992 stierf hij. Zijn vrouw en zijn 2 kinderen hebben zijn droom verder afgewerkt, zelf heeft hij het nooit gezien of gehoord

eerste aanblik van de tuin. Bij heel wat planten ligt er een grote gekleurde kei met een nummer. Via een audiofoon krijgt men meer info (enkel in het Frans)

er is een gebied met een waterpartij waar allerlei waterplanten kunnen gedijen. De lotus heeft al blad, bloemen komen pas later op het jaar

een mooie verzameling papyrus

weer een lekker geurende Frangipani (Plumeria rubra), wordt ook wel Tempelboom genoemd. Er staan heel weinig bladeren op de kleine boom, wel hee veel bloemen

er is een bamboetuin met enkele soorten (van de meer dan 100 bestaande soorten)

de meeste planten bloeien pas later in de zomer (de Europese winter), maar er is toch hier en daar een bloem te zien

hoog op een kamferboom zit een kameleon, moeilijk te fotograferen tegen het licht in. De foto is onscherp, de Panterkameleon (Furcifer pardalis). Is endemisch in Madagaskar maar uitgezet zowel in Mauritius als in La Réunion

verschillende agaves, waaronder ook de Aloë vera, komen hier voor

nog steeds een schitterende bloem, Fakkelgember (Etlingera elatior), in het Frans Rose de porcelaine, is een tweejarige plant afkomstig uit Indonesië

Sterlizia

de kapokboom of Ceiba, een heilige boom voor indianen. We zagen deze boom veelvuldig in het Amazonegebied. Omdat hij als heilig aanzien wordt, wordt de boom niet gerooid, noch afgezaagd

Rode Latanpalm (Latania lontaroides), endemisch op La Réunion

en hier dan de Baobab (Adansonia digitata), een Zuid-Afrikaanse boom, maar komt al sinds de 18de eeuw voor op La Réunion. Het hout van de baobab heeft niet veel waarde, kan gebruikt worden in de papierindustrie. Het houtweefsel is sponsachtig waardoor de boom vaal water kan opslaan en lange tijd droogte kan weerstaan

de vrucht van de baobab bevat veel zaden en is eetbaar, ze heeft de afmeting van een grote kokosnoot

Woestijnroos (Adenium obesum)

en hier dan de zoetste ananas die we ooit in tropische landen hebben gegeten

de Victoria-ananas (Ananas comosus), de vruchten worden niet erg groot, maar zijn super lekker

Ananas is afkomstig van Latijns-Amerika en met Colombus meegebracht. In 1668 al werd de Victoria-ananas ingevoerd in Mauritius en La Réunion. Door de vulkanische grond groeit de ananas snel.
De naam Victoria zou verwijzen naar Queen Victoria

vrouwelijke agame (Calotes versicolor)

een Ixora bloem (geen Nederlandse naam, Ixora finlaysonia)

Kalebasboom (Crescentia cujete) heeft vruchten welke uitwendig op de kalebas gelijken. De vrucht is echter niet eetbaar. De buitenzijde echter wordt gebruikt om in te kerven om bvb lampenkappen te maken

Goudstofdaggekko (Phelsuma laticauda) komt van Madagaskar en is in 1975 op La Réunion ingevoerd

Het dorpje zelf is een verzameling van villa’s, appartementsgebouwen en een Carrefour. Aan de zeezijde is er een lang strand, gescheiden van een weg door casuarine-bomen. Tussen de bestaande bomen zijn er al nieuwe aangeplant, elk voorzien van een stevige steunpaal.
Niet zo heel ver van de kust bevindt zich hier een koraalrif, wat ervoor zorgt dat de golven van de zee niet op de kust rollen. Het rif houdt ook haaien tegen, en het gebied tussen het strand en het rif noemt men een lagune. Hier mag gezwommen worden. Het is hier ook zeer goed om te snorkelen. Zelfs dichtbij het strand liggen al mooie en verschillende koralen en zwemmen er verschillende soorten kleurrijke vissen rond.

Saint-Leu ligt nog iets zuidelijker langs de westkust. Het Creoolse stadje is langgerekt langs de zee. Eerst wandelen we rond in het centrum. Oude ,Creoolse gebouwen hebben geen golfplaten of dakpannen, maar singlets gemaakt van tamarindehout.

dak bedekt met tamarinde-singlets

De tamarinde (Tamarindus indica) is een loofboom die oorspronkelijk in Oost-Afrika voorkwam. Al in de prehistorie kwam de boom in India terecht, vandaar verspreidde de boom zich over alle tropische streken ter wereld. Eens de boom goed aangeslagen is, kan hij zowel tegen droogte als tegen hitte. Het hout is hard, wordt o.a. gebruikt in de meubelmakerij, en hier dus als dakbedekking.

De boom behoort tot de Vlinderbloemigen en vormt dus ook peulen. Die peulen bevatten zaden, ze worden zowel rijp als onrijp gebruikt in de keuken. De bladeren, schors en vruchten worden op vele plaatsen medicinaal gebruikt.

Het stadhuis werd tijdens de 18de eeuw gebouwd in opdracht van de Oostindische companie om er kruiden en koffie op te slaan. Het gebouw is opgetrokken in zwarte vulkaansteen en het dak is bedekt met tamarinde-singlets. In 2013 werd het gebouw volledig gerestaureerd.

het stadhuis is het zwarte gebouw op de achtergrond

zijdelings van het plein voor het stadhuis is er een monument waar in nissen een beeltenis te zien is van zwarte mensen

ook hier een herdenking van slaven, zij die in opstand kwamen tegen hun totale onvrijheid

een lijst van hun namen , merk op enkel een christelijke voornaam

Niet ver van het stadhuis is er de kapel en de kerk Notre-Dame-de-la-Salette. Volgens de legende werd Saint-Leu van de pest en de cholera in 1859 gespaard door deze heilige. Elk jaar op 19 september komen nog steeds pelgrims naar hier.

het kerkje Notre-Dame-de-la-Salette, de kapel ligt een eindje hoger, buiten het centrum

de mis van 8u (’s morgens) zit al vol, om 10u is er nog een mis

verschenen in 1846, de Notre-Dame-de-la-Salette

er was te weinig geld om de kerk te bouwen, het heeft vele tientallen jaren geduurd voor ze klaar was. De toren heeft een eenvoudige constructie

een life-muziekensemble speelt en zingt, de mensen zingen luidkeels mee

Tegenover het stadhuis is er een parkje. Op zondagnamiddag is er optreden, we gaan er even langs.

toeschouwers

Er is een promenade gemaakt langs de zee, met op het einde een kleine, kunstmatig aangelegde haven.

hier en daar staat er iemand te vissen, veel zien we hen niet vangen

hier zijn geen beschermde riffen, de zee beukt tegen de opgeworpen lavastenen

Waarom zijn er riffen rond Mauritius en bijna geen rond Réunion? Koraalriffen ontstaan in ondiepe en heldere, warme waters? Ze groeien meestal op een stenige bodem. De meeste koralen groeien zeer traag, enkele mm per jaar. Mauritius is al een veel ouder eiland dan La Réunion. Rond het eiland zijn er gedurende vele miljoenen jaar koraalriffen ontstaan. La Réunion is nog maar enkele miljoenen jaar oud waardoor er nog niet voldoende tijd geweest is om echte koraalriffen te vormen.

wat verder liggen vele resten koralen op het strand. Ze zijn van groot belang voor de flora en fauna van het mariene ecosysteem. Het is absoluut verboden om ook maar een klein stukje mee te nemen.

het kleine haventje
Ook hier vertrekken bootjes met duikers.

De promenade is gescheiden van de straat door een parkje met vooral casuarine-bomen

deze loofbomen zijn van oorsprong uit Australië. Ze zijn goed bestand tegen zoute bodems, waardoor ze zowel op Mauritius als hier aangeplant zijn. Ze zorgen voor schaduw

al van vroeg tijdens de voormiddag worden tafels bezet voor de picknick,  en genieten van de schaduw

soms zijn er grote groepen, met hun eigen stoelen, picknickdeken, …

heel wat mensen op een plank proberen te surfen op de golven …

Iets verder zuidelijk zijn de 2 stranden. Ze liggen deels wat beschut door een koraalrif, wat verder in zee.
Hier mag men in de zee, er is echter bijna geen toezicht.

Hoog in de lucht zijn paraglijders te zien. Saint-Leu is immers bekend voor de funsporten.

Wanneer we wat later parkeren bij Kelonia, zien we dat de paraglijders hier op het strand landen.

Kelonia is geopend in 1978 als zeeschildpaddenboerderij, eerst voor het commerciële gebruik van de schildpadden. Sinds de aankomst van de kolonisten werden de zeeschildpadden gevangen en voor allerlei doeleinden gebruikt.

gebruik van het materiaal van de schilden

een voorbeeld, enkele eeuwen oud

Maar al snel werd die activiteit verboden en werden de dieren beschermd

’s nachts komen schildpadwijfjes op het strand, ze slepen zich voort tot bij de vegetatie, graven daar met hun poten een holte en leggen er 200 tot 300 eieren af, op een diepte van 70cm. De incubatie van de eieren duurt 45 tot 90 dagen, afhankelijk van de temperatuur en de vochtigheid van het zand (dit is een voorstelling, de eieren zijn niet echt)

Vanaf het uitsluipen uit de eieren, zijn de zeeschildpadden in gevaar en zijn ze een prooi voor verschillende dieren. Wanneer de schildpadjes ’s nachts uit de eieren komen, is de kans groter dat een deel van hen toch de zee bereikt zonder al verorberd te zijn

belangrijke predatoren zijn fregatvogels. De kleine schildpadjes dienen om de kuikens van de vogels te voederen (ook dit is een voorstelling, geen echte vogels)

sommige soorten krabben, die hier in grote aantallen kunnen voorkomen, …

…graven gangen zodat ze de kleine schildpadjes, nog voor die zichzelf uit het zand kunnen bevrijden, al oppeuzelen

Vissers die een zeeschildpad in hun netten, of aan de haak hadden, brachten de dieren over naar hier. Ondertussen is het centrum uitgegroeid te bescherming van zeeschildpadden en voor wetenschappelijk onderzoek.

De dieren, welke door vissers of anderen hier of daar gevonden worden en nog in leven zijn, worden naar Kelonia gebracht. Er zijn verzorgers, maar ook een dierenarts is verbonden. Gewonde dieren worden behandeld of zelfs geopereerd. Wanneer ze goed hersteld zijn worden ze voorzien van een zendertje en terug in zee uitgezet.

schildpadden die hier verzorging krijgen worden in aparte tanks gehouden zodat elke mogelijke vorm van besmetting vermeden wordt

Dieren die niet meer in de natuur kunnen overleven blijven hier in het centrum, er zijn 3 vaste gasten.

De kleine schildpadjes die de zee bereiken, laten zich dagen meedrijven met stromingen tot ze ver verwijderd zijn van hun vijanden. Dan pas beginnen ze zich te voeden met planton, terwijl ze zich jaren en jaren laten meeslepen met zeestromingen.

Alle zeeschildpadden die hier verzorgd worden, worden helemaal onderzocht en gefotografeerd. Wanneer ergens in het gebied van de Indische Oceaan een zeeschildpad om een of andere reden opgemerkt wordt, wordt die vergeleken met de database van Kelonia.
Hierdoor weet men dat heel wat zeeschildpadden uit de wateren van Réunion later in Oman eieren komen leggen. We hebben enkele jaren geleden dit centrum in Oman bezocht.
Een nieuw gegeven voor wetenschappers, men dacht dat zeeschildpadden niet tussen het noordelijk en zuidelijk halfrond reisden.

Pas wanneer ze 20 jaar zijn, komen de vrouwelijke zeeschildpadden waar aan land, daar waar ze zelf geboren zijn, om hun eieren te leggen

er bestaan 7 soorten zeeschildpadden, de meest bekende is (nr 1) de Soepschildpad of de Groene Zeeschildpad (Chelonia mydas). Deze soort heeft de naam gegeven aan dit centrum Kelonia
(
https://nl.wikipedia.org/wiki/Soepschildpad). 4 paar platen op het pantser

Soepschildpad, zo genoemd omdat deze soort veelvuldig gebruikt werd om er soep van te maken, een delicatesse tijdens de koloniale tijden

is de Lederschildpad (Dermocelys coriacea) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Lederschildpad)
behoort niet tot de groep van de Zeeschildpadden. Ze heeft geen schilden op haar pantser, voedt zich met octopussen en houdt er een andere levenswijze op na. Het is de grootste van alles

is de Onechte Karetschildpad (Caretta caretta) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Onechte_karetschildpad) (5 paar schilden op de rug

is de Echte Karetschildpad (Eretmochelys imbricata) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Karetschildpad), 4 paar schilden op de rug

de Warana, dwergzeeschildpad) (Lepidochelys olivacea) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Warana)
een soort die momenteel niet met uitsterven bedreigd is. 6 of 7 paar schilden op de rug

Kemps Zeeschildpad (Lepidochelys kempii) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Kemps_zeeschildpad), de allerkleinste en het sterkst met uitsterven bedreigd. Komt enkel in de Golf van Mexico voor

de Platrugzeeschildpad (Natator depressus) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Platrugzeeschildpad)

Maar niet alleen weetjes over de zeeschildpadden worden via de zender doorgestuurd, ook metingen ivm bijvoorbeeld temperaturen van zeewater en … komt men te weten. Temperaturen hebben immers een invloed op de levenscyclus, niet alleen van zeeschildpadden. Deze gegevens worden gebruikt ivm klimaatveranderingen.

Er waren vroeger (voor de menselijke aanwezigheid) veel zeeschildpadden die op La Réunion hun eieren kwamen leggen, nu zijn er welgeteld nog 2, Emma en Maya. Wetenschappelijk onderzoek ivm temperaturen van het zand en het water, het geslacht, de snelheid van ontwikkeling van de eieren, … bieden betere kennis van zeeschildpadden in het algemeen.

In Kelonia worden er nog steeds voorwerpen vervaardigd van de schilden. Echter het materiaal is nog van voor 1984. Het is nochtans verboden om ook nog maar iets van beschermde diersoorten te verkopen, invoer in België (en Europa) is dus ten strengste verboden

Er wordt verder nog heel veel info gegeven, onder de vorm van panelen, films, …

toch nog heel belangrijk, in de magen van elke schildpad die hier binnen komt worden massa’s plastiek gevonden. Soms sterven schildpadden doordat hun spijsverteringsstelsel door plastiek geblokkeerd wordt

Een heel eind boven Saint-Leu, op 515m hoogte, ligt het dorpje Colimaçon. Het behoort tot Saint-Leu

We houden halt bij het kerkje, net zoals de vele andere kerkjes uit lavasteen gebouwd.

het kerkje vanop de parking gezien

hier hebben we een uitzicht op Saint-Leu en de kust, bomen verhinderen wel een totaalzicht

De deur staat open, we gaan even binnen

naast enkele ramen met klassieke figuren, zijn er ook enkele glasramen die beter aangepast zijn

naast het kerkje bevindt zich een botanische tuin bij het kasteel van de familie D’Armand de Chateauvieux

de familiestamboom

In 1990 heeft Marie-Thérèse het domein verkocht, waarna het is omgevormd tot botanische tuin. Zij was zeer lang burgemeester van Saint-Leu, ze was bijna 102 toen ze in Parijs stierf. Ze ligt begraven in Saint-Leu.

de versiering rond de ramen

het gebouw is opgetrokken in hout. Mooie vloeren, hier en daar nog een enkel meubel te zien

de achtergevel

Het is een mooie tuin, met meerdere botanische gebieden zoals planten endemisch in de Mascarenen, planten welke door de pioniers werden meegebracht en aangeplant, Creoolse planten, een bamboevallei, een palmentuin en een succulententuin (cactussen, vetplanten, …). Europa heeft gesponsord in het kader van de ontwikkeling van achtergestelde gebieden (zoals er in België ook wel wat zijn)

We wandelen hier bijna 3u rond, op een gebied van 9 ha. Hier wat beelden om de kleurloze aanloop naar de Europese winter wat op te fleuren

een waterlelie

de vijver aan de achterzijde van het huis

rond het huis heel wat bougainvillea’s

we starten onze wandeling, een plannetje helpt om ons te oriënteren

een passiebloem zo genoemd omdat de doornenkroon en de nagels van het kruis te herkennen zijn. De vruchten zijn de passievrucht of maracuja, ze kunnen geel of paars zijn. Binnen in de vrucht zitten zaadjes en een vloeistof. Lekker

een plant die zowel in Azië als in Afrika voorkomt, we zagen ze al enkele malen. Gomphocarpus fruticosus (geen Nederlandse naam) heeft blaasvormige vruchten. Daarin zitten zaden met zijdeachtige pluizen die ook gebruikt worden voor de vulling van kussens (zoals kapok)

nagebouwd, een van de eerste bewoningen op het eiland (de allereerste waren grotten). Alle delen van de hut zijn afkomstig van planten

hier zijn een hele reeks koffievariëteiten te zien (allemaal van de soort arabica), zoals ze vroeger werden geïntroduceerd

er wordt natuurlijk verwezen naar de cultuur van suikerriet

en deze van de geurstof van de geranium (in feite een Pelargonium)

de bamboevallei

een al wat betere bewoning

bij de planten gebruikt in de voeding is er de papaja (zelf vinden we die niet zo lekker)

en de bananen. Het is de eerste maal dat we rijpe bananen zien hangen aan de plant. Zowel op Mauritius als hier worden lokale bananen verkocht, maar nergens zagen we al kwekerijen

de Victoria-ananas

en de passievrucht

overal staat de jacaranda nog in bloei, hoewel er al veel bloemen afgevallen zijn

blijkbaar start de paragliding nog wat hoger

in het gebied van de succulenten zien we heel wat van deze soort

hier zijn heel wat soorten met vruchten te zien

in tegenstelling tot de gebieden op aarde waar succulenten voorkomen, en waar het dus erg droog is, groeien hier allerlei (mooie) onkruiden tussen de planten

bovenop een nieuw blad van een palm zit een Madagaskarfody

2 heel hoge bomen, de Kapokboom (Ceiba pentandra)

de stam is helemaal niet glad, maar bezet met stekels. Hierdoor is het moeilijk voor vele dieren om omhoog te klimmen, een beschermingsmechanisme van de Ceiba (heilige boom van de Indianen)

op de top van een andere plant strijkt een libel neer ..

een endemische struik op de Mascarenen Foetidia mauritiana (geen Nederlandse naam), de bladeren zijn niet groen maar bruinachtig. Het hout heeft een niet zo beste geur, verschillende delen van de plant worden gebruikt in de geneeskunde als o.a. laxeermiddel, als braakmiddel, om wormen te verdrijven, …

de vruchten van deze palm worden gelust door vogels. De pit en het buitenste vlies blijft hangen, de binnenzijde wordt gegeten. De Rode Lantan (Latania lontaroïdes) is inheems op Réunion

varens en orchideeën zijn te zien onder een beschutting. Het zijn immers planten die onder een bladerdak in de natuur groeien. Er is maar 1 orchidee in bloei

eveneens onder beschutting en nieuw zijn de vleesetende planten. Ze komen hier van nature niet voor

hiertoe behoren ook de Nepentes(kannen)

deze morgen nog helemaal gesloten, nu, enkele uren laten open gebloeid, een mooie blauwe iris

op het einde van onze wandeling krijgen we weer zicht op een stukje kust

Ten zuiden van Saint-Leu werd in 2007 een oude zoutwinning opnieuw leven ingeblazen. Er bevindt zich ook een zoutmuseum. Het zeewater wordt in eerste bekkens geleid en vandaar naar volgend, ondiepe, bekkens. Dor de warme lucht verdampt het water en kristalliseert het zout uit. Saint-Leu is de enige plaats op La Réunion waar nog aan zeezoutwinning wordt gedaan.

we hebben geproefd, net zoals iedereen. Het smaakt heel erg zout ….

Andere plaatsen in de (grote) omgeving waar zeezout wordt gewonnen is Madagaskar (verschillende plaatsen), Mauritius (één plek die we bezochten) en Mayotte.

Sel (Frans-Réunion), Sira (Malagassisch, de officiële taal van Madagascar), Shingo (Shimaoré, één van de twee voornaamste talen op Mayotte)

Mayotte is een Frans departement (en behoort dus niet tot het Frans-Overzees-departement). Het bestaat uit verschillende eilanden en behoort geologisch tot de Comoren, maar niet tot de staat Comoren. Het is het 101ste departement van Frankrijk.

Het Pointe du Sel ligt op een kaap, een heel eind boven de zee op rotsen. Beneden zien we heel wat mensen. Er zijn enkele beschutte waterbekkens. Hoge golven beuken hier op de kust.

Helemaal ten zuiden van Saint-Leu, ook weer hoger gelegen, bevindt zich het Museum Stella Matutina (Ochtendster) in een voormalige suikerfabriek

het gebouw oogt nieuw, maar binnenin is er nog heel wat bewaard gebleven van de voormalige suikerfabriek die actief was vanaf 1850 tot 1978

buiten zijn er nog enkele grote stukken te zien

en zelfs hele systemen. Binnen zijn er maquettes die uitleggen waarvoor welk toestel dient

de tentoonstelling en de zeer interessante uitleg, start met een suikerpot uit de tijd dat enkel de rijken suiker aten (en dus al de basis vormde voor allerlei kwalen en ziektes). Hij werd in Parijs vervaardigd door een zilversmid tijdens de 2de helft van de 19de eeuw

Wat dan blijkbaar erg normaal was, is dat de suikerpot gedecoreerd is met slaven die het suikerriet snijden onder toeziend oog van de opzichter

We leren hier nog steeds nieuwe zaken, hoewel dit zeker niet de eerste suikermolen is die we bezoeken:

De eerste vermelding van rietsuiker komt uit Nieuw-Guinea (ligt ten noorden van Australië), al op het einde van de prehistorie. Later werd het gewas verspreid over Azië, Afrika, Europa en Amerika. De eilanden in de Indische Oceaan leerden pas in de 17de eeuw suikerriet kennen.
Prehistorische mensen leerden het wilde gras, suikerriet kennen in Nieuw)Guinea. Tijdens de Neolitische tijd brachten Austronesiërs (volkeren die in Zuidoost Azië en eilanden zoals Micronesië leefden) suikerriet naar naburige eilanden. Rond ca 6000 v.C. bereikte suikerriet Zuid-Azië. Rond 3000 v.C. was er in China sprake van suikerproductie uit suikerriet. In de antieke tijd bereikte suikerriet Perzië (ongeveer het huidige Iran), en daarna verspreidde het naar het Middellandse Zeegebied zo ongeveer tijdens de Middeleeuwen. De Spanjaarden en de Portugezen plantten suikerriet op hun zuidelijk gelegen eilanden (Canarische eilanden, Azoren, ..) en brachten het naar de Caraïben en Amerika tijdens de 16de eeuw. Een eeuw later voerden Europeanen suikerriet in op de Mascarenen.

de weg van het suikerriet voor de jaren 1800

en een grotere wereldkaart met de verspreiding

De primitieve suikermolens bestonden uit molensteen of een molen om het suikerriet te pletten, een vuur en enkele grote pannen. Tijdens de loop van de jaren en eeuwen verbeterde de materialen en werd de productie van suiker meer geperfectioneerd. De familie Panon-Desbassyns was pionier in de aanschaf van betere toestellen.

Tijdens de 16de eeuw was het enkel de elite die suiker gebruikte, als medicijn, als bewaarmiddel en om desserts te maken. In de 18de eeuw kon de middenklasse zich suiker permitteren, en in de 19de eeuw was suiker beschikbaar voor iedereen.

De aanvoer van suikerriet bij de suikermolen

met kar en os

met een tractor die de kar trok

met een kleine vrachtwagen

nu gebeurt de invoer van suikerriet in de fabriek met een kraan, in Mauritius zagen we nog mensen het werk manueel verrichten

film met simulatie van de invoer van suikerriet in de persen

Hoe verliep de suikerproductie in de 18de eeuw?
Eerst was er de suikermolen, aangedreven door ossen of ezels. Cilinders draaiden rond zodat de stengels rietsuiker werden geperst.

zicht op de installatie van de voormalige suikerfabriek. Helemaal onderaan zijn de machines om het riet te persen en het sap op te vangen

Het sap, dat nog veel onzuiverheden bevatte, werd in open kanalen naar de suikerfabriek geleid waar het een tijdje in vaten bleef staan om een deel van de onzuiverheden te laten bezinken.

Daarna kwam het ietwat gezuiverde sap in de batterij terecht, een opeenvolging van grote pannen die verhit werden. De opeenvolgende pannen verkleinden, de temperatuur verhoogde.

Om het sap verder te zuiveren werd er kalk en beendermeel toegevoegd. Water verdampte en er ontstond siroop. Wanneer er nog meer water verdampte kristalliseerde de suiker

Kalk werd gehaald in de koraalriffen. In een kalkoven werden beurtelings rijen hout en rijen koraal gelegd. Gedurende 3 dagen werd er gestookt voor aleer het koraal omgezet was tot kalkpoeder. Dit zorgde er voor dat de koraalriffen onder druk kwamen te staan. Op een bepaald moment, einde vorige eeuw, kwam het verbod om nog koraalkalk te gebruiken. Nu komt de kalk van ergens anders, waar is niet te lezen.

De vloeistof kwam dan terecht in grote vaten die langzaam werden gekoeld om de suiker verder te laten kristalliseren.

grote tanks waarbij het water moet verdampen en uiteindelijk de siroop moet afkoelen om kristalsuiker te verkrijgen

De gekristalliseerde suiker werd in grote conische vaten gebracht waarbij nog resterend vocht werd verwijderd

De suiker werd uit de conische vaten opgeslagen voor transport

Er wordt nog heel wat verteld over de geschiedenis van de ontdekking en kolonisatie van Réunion, met alles erop en er rond.

Nog een interessant gegeven gaat over Edmond Albius. 

geboren op La Réunion in 1829 als wees en zoon van een slaaf . Zijn meester ontfermde zich een beetje over hem. Edmond was als kind al zeer geïnteresseerd in planten, en dan vooral in de vanille-orchidee. Het grote probleem was dat de vanille-orchidee op de Mascarenen en Madagaskar geen natuurlijke bevruchting kende. Edmond, als kind van 12 jaar, in 1841, ontdekte hoe hij manueel de vanille-orchidee on bevruchten. Het nieuws ging rond en de jonge slaaf moest op elke plantage gaan uitleggen hoe het kunstmatig bevruchten in zijn werk ging. Bij de afschaffing van de slavernij 7 jaar later in 1848, kwam hij vrij en kreeg hij de familienaam Albius. Hij heeft echter nooit enige vorm van erkenning of beloning gekregen voor zijn vondst. In 1880 stierf hij, anoniem en in alle ellende. Zijn vondst heeft echter wel gezorgd voor rijkdom en welvaart op de Mascarenen (dan toch voor de plantage-eigenaars

Vanaf de 16de eeuw koloniseerde Europeanen eerst de Caraïbische eilanden en later het Amerikaanse vasteland. Daar produceerden zij allerlei luxeproducten voor de Europese elite zoals daar zijn kleurstoffen, specerijen, koffie, thee en suiker. De kolonisatie was gebaseerd op landbouwplantages, grote eigendommen waar al het werk werd uitgevoerd door slaven, eerst de lokale bevolking en later ingevoerd uit Afrika.

Slavenhandel bestaat al sinds de oudheid, steeds waren het zwarte mensen die in de slavernij geraakten. Lange tijd waren het zwarte Afrikanen die eigen mensen als slaaf verkochten. Er waren dan ook de Arabieren. Zij dreven handel in slaven in het gebied van de Indische Oceaan tot in China. Het verplaatsen van de slaven gebeurde in karavanen die door de woestijnen trokken.
Europese slavenhandelaars vervoerden de slaven in het ruim van schepen. De lading werd ‘transport van ebbenhout’ geheten, en de slaven zelf ‘objecten uit India’. Nooit werden ze als mens benoemd of behandeld.

Tijdens de periode van de Franse Oost-Indische Companie, waren het vooral mensen uit Madagaskar die als slaaf werden gebruikt. Vanaf 1767 verkochten slavenhandelaars liever slaven uit Oost-Afrika, ze waren in groter aantal beschikbaar en vooral goedkoper in aankoop!

Vanaf 1848, het einde van de slavernij, werden werkers onder contract aangenomen. Ze kregen een contract voor 3 of 5 jaar. Er waren vrijwilligers, aangetrokken door valse beloften, maar de meeste werkers onder contract, werden min of meer op dezelfde wijze geronseld als slaven. Het waren vooral Indiërs die werkten onder contract. Het grote verschil was dat de arbeiders onder contract hun godsdienst konden behouden en zich mochten verplaatsen. Zij konden ook met hun gezin komen.

In 1844 kwamen ook de eerste Chinezen werken onder contract. Na hun contract bleven velen en startten ze een eigen handel, veelal Chinese winkels.

In 1937-1938 werd ‘arbeid onder contract’ afgeschaft. Maar daarmee waren problemen niet opgelost. In feite was La Réunion een derde wereldland, al behoorde het tot Frankrijk. Door betere wetten zijn de leefomstandigheden wel verbeterd, maar nu nog verdienen veel mensen gemiddeld 20% minder voor hetzelfde werk als in het moederland, maar zijn de kosten en taksen minstens even hoog.

terwijl (voor de internettijd) de rijken op de Mascarenen alles konden kopen wat ze wilden -er waren catalogi waar men alles kon bestellen, het werd dan enkele maanden later geleverd – bestelling was enkele maanden onderweg, de levering ook.

De minder begoeden moesten zich tevreden stellen met het recupereren van goederen die werden weg gegooid en het gebruik van natuurlijke materialen.

Zelfs in de 20ste eeuw waren de werkomstandigheden bar slecht en zeer slecht betaald. Tussen 1950 en 1970 kwamen er stakingen en kwamen er wetten die het werk van de arbeiders moesten verbeteren. Arbeiders hadden zelfs dan nog weinig rechten. De fabriek moest voor hen woningen bouwen (slechte kwaliteit) en de mensen waren geen eigenaar. Pas in 1993 konden de arbeiders eigen land kopen, een eigen huis hebben, ... en hun opbrengst verkopen

veel plichten, weinig rechten

Nu is hier alles te koop, maar niet voor iedereen bereikbaar.
We zagen enkele dagen geleden een aantal stakers die hoger loon en betere omstandigheden vroegen.

Wat betreft infrastructuurwerken gaat er veel geld van het moederland Frankrijk naar La Réunion. Ook Europa sponsort heel wat.

waar tot 1956 er enkel een aardenweg langs de kust van Saint-Dennis tot Saint-Paul liep, is er op 7 jaar tijd een betere verbinding aangelegd.

Door de steile rotsen echter kwamen heel regelmatig brokstukken naar beneden, waardoor de weg soms lang onderbroken was.

In 2003 werd gestart met de aanleg van een nieuwe weg langs de westelijke zijde , de N1, de Route des Tamarins. Deze snelweg verloopt enkel in het noorden boven de kust, verder gaat ze een eind landinwaarts. Door de geologie echter telt dit gebied de ene ravijn na de andere, waarbij er telkens bruggen moeten gebouwd worden om de ravijnen te overspannen, rekening houdend met windsnelheden tot 240km/uur. Meer dan 50% van de bouwkosten werden aan deze bruggen gespendeerd. In totaal heeft de route 1,125 miljard euro gekost voor een weg van 24 km., wat per km op 34 miljoen euro komt! In 2009 is de weg open gesteld.

Saint-Pierre is de voornaamste stad in het zuiden van het eiland.

Saint-Pierre is op de kaart van La Réunion aangeduid

Rond 1715 kwamen hier kolonisten toe vooral voor de aanplant van koffie. In 1731 was de stad een feit en genoemd naar de toenmalige gouverneur Pierre-Benoit Dumas. Momenteel wonen er minder dan 100.000 inwoners, het is de op 2 na dichts bevolkte stad van het eiland (na Saint-Denis en Saint-Paul).
Saint-Pierre heeft een vliegveld, een universiteit, een haven en hier huist de Franse dienst voor de Zuidpool.
Bij Saint-Pierre komen de drie snelwegen samen, de N1 van het westen, de N2 van het oosten en de N3 door het binnenland.

Ten westen bezoeken we eerst het Domaine du Café Grillé. Het gebied is een Creoolse plantentuin van 4 ha groot, annex kleine koffie-plantage. Het domein ligt maar op enkele meter boven zeeniveau.

er is een hele tentoonstelling van allerlei mogelijk toestellen om koffie te maken

hier wordt de op één na duurste koffiesoort ter wereld verkocht (de duurste is de Luwak koffie in Indonesië, die we ooit al proefden), de café Bourbon Pointu (enkel de rijpste bessen elke dag met de hand geplukt, alle gebroken of iets kleinere koffiebonen verwijderd, van de 25kg geplukte bessen-één arbeider, één dag) nog 2,5 kg gebrande koffiebonen over, meer vraag dan aanbod)

een kopje van deze dure koffie drinken kost hier 4€

Wat mij betreft, ik ben helemaal geen koffiekenner, smaak ik een verschil met “wereldkoffie”. Maar het is zeker niet de beste die ik ooit dronk.

de nog onrijpe bessen van de café pointu.

Café Bourbon Poitu is een variëteit van de Arabica-koffie. Tijdens de 18de eeuw waren de eigenaars van gronden verplicht om koffie te verbouwen. Eén van de soorten was de Bourbon Pointu, ontdekt in 1771 op La Réunion. Bourbon Pointu is een genetische afwijking, en bevat minder cafeïne dan andere Arabica-soorten (Robusta koffie bevat nog meer cafeïne, maar wordt algemeen als minderwaardig beschouwd ….). Verder zijn de bladeren van de plant iets ronder en de vrucht wat puntiger, vandaar de naam.

een droge bes, opgeraapt van de grond onder een Bourbon Pointu plant

Echter door enkele hevige cyclonen in het begin van de 19de eeuw, werden alle koffieplantages verwoest. Nadien, op bevel van het moederland, werd de grond gebruikt voor de teelt van suikerriet. Toch zijn er nog enkele planten van de Bourbon Pointu over gebleven, hoger in de bergen.

Op het einde van de 20ste eeuw kwam een Japanse koffiekenner aan op La Réunion. Daar proefde hij Bourbon Pointu koffie. Hij was zo in de wolken van zijn ontdekking dat het beetje Bourbon Pointu opgekocht werd door Japan. Ondertussen is de oppervlakte waarop Bourbon Pointu wordt gekweekt sterk vergroot. Het overgrote deel van de productie gaat naar Japan waar het voor meer dan 1000€ per kg verkocht wordt.

Domaine Café Grillé is een zeer kleine producent, er wordt enkel lokaal verkocht, wanneer de productie voldoende groot is.

een antieker toestel om de koffie te branden

We bezoeken de plantentuin met een gids, die gedurende 2u heel wat info geeft. De tuin is in 12 zones verdeeld en op verschillende plaatsen zijn er bloeiende orchideeën.

mooie bloemen, echter uiterst giftig, zoals de gehele plant …

een mooie Sterlizia bloem, de gekko komt ze ook bewonderen

Kattestaart (Acalypha hispida) behoort tot de Wolfsmelkachtigen, het sap is giftig en kan uitslag en jeuk veroorzaken bij aanraking

hier is een open vrucht van de katoenplant. De witte watte zit rond het zaadje. Om de katoen te gebruiken moeten de zaadjes eerst verwijderd worden

hier is de vrucht nog gesloten

één van de weinige orchideeën die in de grond wortelt

een Vanda orchidee

de Panama-palm (Carludovica palmata) wordt gebruikt om o.a. de Panamahoed te maken

meestal is het blad rood of roze, nu wit

nog een orchidee

een roze gemberbloem

een rode

en zeldzaam, een witte

een vanille-orchidee in bloei

De gids toont hoe de stamper manueel kan bestoven worden door gebruik te maken van een stekel van een andere plant. Ze doet het tweemaal voor, voor de derde en laatste bloem geeft ze de stekel aan mij. Misschien kan er hier nog geld mee verdiend worden ….

het onderste lipje moet naar boven gewreven worden , daarna wordt de bovenzijde samen gedrukt

dit is een kluster stampers van uitgebloeide vanille-orchideeën

Wanneer men hier (en op Madagaskar) mooie, grote vanillestokjes wil bekomen, mogen er per kluster maar een drietal bloemen bevrucht worden. Worden ze allemaal bevrucht dan krijgt men veel, kleine vanillestokjes. Tussen de bevruchting en de oogst van de vanillestokjes is er een periode van 9 maanden

nog een orchidee, nog nooit gezien

Ten noorden van het centrum van Saint-Pierre is er het rum-museum en rum-bedrijf Saga du Rhum. Dit is de beroemdste en oudste rum-stokerij van het eiland, gesticht in 1845, het familiebedrijf Isautier

een mooi laag gebouw op het grote domein van het bedrijf

We krijgen in het werkende bedrijf via panelen weer een hoeveelheid info. Zo lezen we dat er op de wereld meer rietsuiker dan bietsuiker geproduceerd wordt en dat La Réunion de Europese markleider is in de productie van rietsuiker (chauvinisme is niet ver weg …)
Hier is ook wel wat uitleg te lezen over insecten, schimmels, virussen, … die suikerriet aantasten. De Suikerrietboorkever vreet aan de bladeren, de larven echter vreten de wortels waardoor planten in grote getale kunnen afsterven. Andere insecten boren tunnels in de stengels en voeden zich met de suiker, …

Wanneer de stengels gesneden worden, moet dit zo laag mogelijk bij de grond gebeuren omdat het onderste deel van de stengel meest suiker bevat. De stengels moeten zo snel mogelijk na de oogst verwerkt worden omdat het suikergehalte vanaf het afsnijden daalt

samenstelling van het suikersap

Het gebruik van soorten gisten is deels bepalend voor de smaak van de rum, elk bedrijf heeft zijn geheim …

bovenaan deze hoge kolom wordt de rietsuikerwijn binnengebracht

de kolom bestaat uit een opstapeling van een soort zeven, waarbij op elke opening een kap aangebracht is.

Onderaan wordt er verwarmd, de alcohol stijgt (kookt bij 78°C) en de alcohol uit de wijn wordt meegenomen. Helemaal bovenaan komt alcoholdamp (gemengd met waterdamp), onderaan wordt de alcoholvrije wijn naar buiten afgetapt. Zo bekomt men bovenaan een alcoholpercentage van ongeveer 40%. Maar voor de specifieke rumsmaak worden sommige stoffen (concentreren zich op een bepaalde hoogte in de kolom) geïsoleerd en aan de alcohol toegevoegd.

Tijdens de tweede helft van de 19de eeuw kende de productie van wijn in Frankrijk grote problemen door plantenziektes. Ook andere alcoholische producten stegen enorm in prijs. Daardoor was de geïmporteerde rum plots relatief goedkoper geworden. Rum kende toen een grote verspreiding in Frankrijk, van wijndrinker werd het land rumdrinker

Op het einde is er weer mogelijkheid tot proeven

mengsel van rum met andere vloeistoffen afkomstig van vooral noten, zoals kokos, aardnoten, …, alcoholgehalte 17%

hier wordt de rum gemengd met fruitsappen, het eindproduct bevat 24% alcohol. We proeven (in een miniglaasje met een hoge bodem) deze met ananas, erg lekker

rum arrangé, rum gemengd met een mengsel van sappen, smaken, alcoholgehalte30%. We proeven de volcanique waarbij er een mengsel van o.a. ananas, guave en straffe pepertjes is toegevoegd

de rode kleur is afkomstig van de guave-bessen

nog rum arrangé, maar hier worden de bladeren, vruchten, toegevoegd en later weer verwijderd, waarbij de rum de smaak heeft opgenomen. 40% alcohol

En dan is er nog de rum die op oude eiken vaten (vooral oude wisky vaten) heeft gelegen voor 6,7 of 10 jaar

deze producten smaken 100% naar rum, helemaal niet mijn smaak

voor mensen in een rolwagen, ze kunnen ook het ganse parcours volgen, en voor de degustatie zijn er lage tafeltjes voorzien

En dan de prijs in het winkeltje

we merken op dat de beste een hogere prijs hebben

en voor wie het iets meer mag kosten ….

De gewone basisrum om punch te maken kost dan erg weinig en wordt in 10l plastiek containers verkocht. Blijkbaar is er geen taks op dat product

buiten het gebouw zien we nog de opslagtanks, en er zijn er al nieuwe geleverd.

Wanneer we weg rijde zien we dat dit een groot bedrijf is, we waren enkel in de distillerie annex museum.

Zaterdag bezoeken we het stadje Saint-Pierre, het is dan marktdag

We, en de gasten uit de andere kamer, worden voor het ontbijt uitgenodigd bij de eigenaars van Happyhome, gezellig met heel veel fruit, eigen gemaakte confituur en een leuke babbel.

de eigenaars van Happyhome

Saint-Pierre is een langgerekte stad. Het centrum is aan het ene uiteinde, de zaterdagmarkt aan het andere. We hebben meer dan 19.000 stappen op onze teller staan.

De wekelijkse markt wordt georganiseerd op de boulevard, dichtbij de zee.

te zien dat we in Frankrijk zijn

de peulen van de Tamarinde. Uit de pulp van de vruchten wordt tamarindesiroop bereid. Uit de siroop wordt frisdrank gemaakt. De pulp is ook een bestanddeel van verschillende sauzen, waaronder worcestersaus, en is een belangrijk ingrediënt inAziatische en Antilliaanse keuken.
Vruchten, schors en bladeren worden vaak medicinaal gebruikt. Bij verschillende volkeren heeft de tamarindeboom een mystieke betekenis of geldt de boom als heilig.
Bij ons kunnen de vruchten van de tamarinde worden gekocht in toko's en zelfs in sommige grote supermarkten.

er zijn enkele vishandelaars, vooral tonijn en zwaardvis worden hier verkocht

zelfs een orgelspeler heeft zijn instrument meegebracht

passievruchten

mango’s

en kleurrijke katoenen kledij

juwelen

gevlochten manden

gekleurde doeken met de kaart van La Réunion

en hanen/kippen, allemaal te koop op de markt….

bijna alle vanillestokjes zouden op La Réunion geteeld zijn… en Madagaskar dan, de grootste producent van Bourbon-vanille

Iets in het binnenland is er een Tamil-tempel, Shri Maha Badra Karli, gebouwd in 1972 en in 1988 gerestaureerd door kunstenaars uit India. Het zou de mooiste Tamil-tempel van La Réunion zijn.

heel kleurrijk

we mogen niet in de tempel, maar met een telelens kunnen we toch een foto nemen

het moet gezegd worden, als bezoeker moet er meer textiel rond het lichaam zijn dan bij al deze figuren

De volgende halte is de begraafplaats, langs de boulevard

verschillende stalletjes met bloemen buiten de begraafplaats. De lokale mensen kopen hier (bijna) allemaal bloemen

overal bloemen, planten en hier en daar een kapel. Ook hier wordt gevraagd om geen water in de vazen te doen omwille van mogelijk gevaar voor dengue (wordt overgebracht door muggen, en die leggen hun eitjes in stilstaand water)

ook hier weer veel Chinezen, ze hebben meestal een duurder graf dan vele andere. Veel Chinese graven hebben ook een kruis. Het is een bevolkingsgroep die zich qua huwelijk, niet mengt met andere groepen

Er zijn enkele stranden die beschut zijn door koraalrifjes. De stranden zelf liggen vol stukken koraal, helemaal geen zandstranden dus

veel grote lavastenen in het water, koralen op het strand, weinig aanlokkelijk voor zonne-aanbidders

de bollen in het water zijn koralen

Wat later komen we bij de haven, ook helemaal beschut tegen de golven uit de Indische Oceaan. Bij de haven mondt de rivier Abord in de oceaan uit. Deze rivier is slechts 20,3 km lang en bevat maar water tijdens de regen- en cycloonperiode. Het gebied van de monding bevat continu zeewater

bij de pier een reeks waarschuwingen

hier is de golfslag veel groter

de bootjes liggen goed beschut in de haven

spijtig dat men de techniek om de energie uit de golfslag te gebruiken, niet verder ontwikkeld heeft

de monding van de Abord rivier

We steken wat verder de rivier over, we komen terecht in de oude visserswijk van Saint-Pierre. Vele oude huizen zijn nu gerenoveerd tot eetgelegenheden en overnachtingsplaatsen. Hier is ook een klein strand.

op de pier langs deze zijde staat er een kleine vuurtoren

hier is de golfslag nog sterker

op de rotsen, die frequent overspoeld worden, zien we vliegende vissen

met oude foto’s toont men hier het leven van weleer

mooi bebloemde en opgeknapte vissershuisjes

het lokale strandje

We komen voorbij de straat Saint-Expedit. Een heel merkwaardig verhaal hoe heiligen kunnen ontstaan. Saint Expedit is de patroonheilige een hele reeks, werklieden, scholieren, reizigers, …. Ook bij de Hindu’s wordt hij vereerd. Een groep religieuzen kreeg rond 1910 een pak met beelden uit Rome, waar het woord Expedito (afzender) vermeld stond. Het pak bleef een tijdje liggen, waarna het werd geopend. De beelden kregen de naam Saint Expedit. Sinds 1938 heeft de verering een eigen leven gaan leiden, er werden zelfs kerken voor gebouwd. Kanttekening er bestaat nergens een relikwie van een heilige Expedit, en dit is blijkbaar nodig om als heilig erkend te worden

We keren terug over het bruggetje en wandelen weg van de zee de stad in. Het stadhuis bevindt zich wat verder. Het gebouw werd tussen 1767-1777 opgericht als opslagruimte voor landbouwproducten (koffie, suikerrriet, …). Het gebouw is beschermd monument en is stadhuis sinds 1825

Door enkele winkelstraten komen we bij de Attâyab-Ul-Massâdid moskee. We stappen er binnen, eerst even met een gids, daarna kunnen we vrij rondwandelen

mooi bewerkte houten deuren

de grote gebedszaal voor mannen (maar vrouwelijke bezoekers mogen er ook in)

hier wordt niet tot gebed opgeroepen ….

Wat noordelijker is er een Chinese Pagode, Guan-Di, genoemd naar een Chinese generaal uit de 2de-3de eeuw, die als god van de soldaten wordt vereerd. De pagode is in 1955 gebouwd en heeft dringend een opknapbeurt nodig.

We dalen weer af richting zee en komen langs de mediatheek

dit gebouw is gesloten

hier is dan de bib

het is hier rustig, airco, geen zon … ander publiek dan op het strand …

de kinderbib oogt aantrekkelijk

Dichtbij is de overdekte markthal, sinds 1998 als beschermd monument erkend. De metalen constructie is typisch voor de 2de helft van de 19de eeuw. Het ronde dak heeft een diameter van 36m en een hoogte van 13m. Vroeger was het bedekt met singlets in hout, nu met zink.

een beter zicht op de metalen constructie

waarschijnlijk wordt hier niet veel meer verkocht

En dan het laatste gebouw is het voormalige station van Saint-Pierre. Dit was in 1880 het einde van een 120 km lange spoorlijn. Het gebouw is beschermd monument, 3 jaar geleden was de restauratie een feit. Nu wordt het gebruikt als brasserie.

zo was het ooit …

de oude, bijna in elkaar stuikende, wagon. Hij wordt nog getoond langs de beste zijde

oef … even zitten en uitblazen…

 

Print Friendly and PDF

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Katrien ja , genieten jullie daar nog maar even voor jullie terugkeer naar onze wintermaanden! ( hier al 2 nachten vorst gehad). Hartelijke groeten! Geplaatst op 14 November 2022
Lieve Een heel verhaal opnieuw. Rum en vanillestokjes en koffie. Allemaal in huis te halen voor desserts enzo voor de gezellige feestdagen die komen.... En ev. met receptjes uit die andere Stella Matutina. Dank u wel en geniet van de warme zon. Geplaatst op 13 November 2022
Cecile Goeie zondagmorgen ( hier mist,geen toren te zien) Ja, dat pintje op die laatste foto zal gesmaakt hebben….hier warme soep straks Weeral wat bijgeleerd….verhaal van Albius Edmond en ook Saint Expedit…… Slavenverhaal ginder, hier in de media Nepalese bouwvakkers hebben als slaven de 7 voetbalstadions gebouwd in Quatar ( niets veranderd in 500 J) Mooie foto van brug over ravin….zo heb ik beeld van de speciale diepe korte rivierbeddingen daar waar je al naar verwees….. Geniet verder daar Gr. Cecile Geplaatst op 13 November 2022

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking