Reisverhaal «Mongolië»

Oost Europa en Centraal Azië | Mongolië | 1 Reacties 07 September 2018 - Laatste Aanpassing 20 September 2018

‘s Morgens vroeg vertrekken vanuit Ulan Ude naar de Mongolische grens. Eerst moeten we bij de Russiche grens passeren. Een uur lang aanschuiven vooraleer we aan de grens de poort binnen mogen rijden. Dan nog een uur aanschuiven om ons paspoort te registreren en de auto uit te schrijven. Als we uit het gebouw komen zien we dat iedereen zijn auto uitgeladen heeft. Vooraleer je de Russische grens mag passeren komen ze de volledige auto controleren. We zien er geen beginnen aan om onze auto volledig uit te laden en halen enkel de grootste dingen uit. En we zetten al onze laden open. Kwestie om te tonen dat we toch van goeie wil zijn. De inspectie die we krijgen is de grondigste die we ooit kregen.

Uiteindelijk mogen we alles weer inladen en dan naar het volgende kotje. Het kotje om de paspoorten uit te stempelen. Na bijna 4 uren zijn we Rusland buiten.

Dan eindelijk Mongolië binnen. Daar verloopt alles veel vlotter en controle van de auto doen ze niet (waarschijnlijk omdat ze weten dat de Russen de controle al gedaan heeft)

Nadat we onze visa hebben laten afstempelen rest er alleen nog de autoverzekering die we moeten regelen. Net aan de grens is er een verzekeringskotje en na een goeie 5 uur zijn we eindelijk in Mongolië!!!

Het is ondertussen al bijna donker en net over de grens vinden we in het bos een mooi plaatsje om te kamperen.

‘s Anderdaags bezoeken we eerst een artisanale “pijl en boog fabriek”. De enigste die er nog is in Mongolië. Daar mogen de kindjes ook met pijl en boog schieten.

Na de fabriek gaan we naar het Amarbayasgalant Khiid. Dit is een oud monatsry waar er nog altijd monniken verblijven. Door de hevige regen van afgelopen dagen is de weg naar het monatstry één modderpoel. Voor Toyo geen probleem om er door te geraken. Maar lokale mensen zitten wel vast. Kasper die is dolenthousiast dat we eindelijk eens de winch mogen gebruiken om de andere mensen uit de modder te helpen.

Na enkele uren bereiken we eindelijk Amarbayasgalant Khiid. Op ons gemak bezoeken we het monastry en daarna de tempels die op de heuvel liggen. ‘s Avonds kamperen we een beetje verderop in de heuvels. Samen met de broers maken ik ‘s avonds nog een prachtige wandeling naar boven.

Volgende dag rijden we dan naar de hoofdstad Ulaan Bataar. Het verkeer is daar één grote chaos en we hebben 2 uur nodig tegen dat we onze kampeerplaats bereiken. We kamperen aan het Oasis guesthouse. Daar is het een krappe bedoening en is het precies een bijeenkomst van overlanders.

Langs de andere kant hebben we geluk. Aan het guesthouse kunnen we de bus nemen naar het centrum van de stad. Zo bezoeken we het dinomuseum en verkennen we de stad. We vinden er ook een handige boek over de nauurparken van Mongolië met GPS coördinaten. Terug aan de tent kruisen we al de parken aan die wat op onze route liggen. En al gauw blijkt dat de 30 dagen die we met ons visum hebben niet genoeg zullen zijn om alles te bezoeken.

Vooral omdat we ook te horen krijgen dat een deel van het zuiden rond Dalanzagad overstroomt is door de hevige regen van voorbije dagen. En dat sommige delen dus zeer moeilijk tot niet toegankelijk zijn.

Na 2 nachten hadden we gehad van de drukke stad en rijden we richting zuiden. Eerste bestemming was de Zorgol Khairkhan mountains. En al gauw blijken de GPS coördinaten die in het boek staan goud waard te zijn. Want je hebt de hoofdweg naar het de zuidelijke stad Dalanzagad die asfalt is . En daarrond zijn 1001 aardewegen die overal naartoe leiden.

Onderweg zien we gazellen, veel marmotjes, valken, gieren, enz… en uiteindelijk komen we aan Zorgol Khairkhan mountain. Net tussen 2 bergen vinden we een mooi kampeerplekje uit de wind. Het is tevens ook een gebedsplaats voor de lokalen mensen waar er ook een waterbron is. Samen beklimmen we dan een deel van de berg en hebben we een prachtig uitzicht.

De dag erop rijden we verder naar het Khar Nuur lake. En meer vol prachige kleuren en veel kuddes geiten, paarden en schapen. En ondertussen worden wij opgegeten van de zandvliegen waardoor we beslissen om verder te rijden naar Baga Gazriin Chuluu mountian. Onderweg daarnaar toe komen we (tot vol enthousiasme van de kinderen) de eerste kamelen tegen.

Aan Baga Gazriin Chuluu mountain klimmen we eerst naar boven naar een natuurlijke waterbron. Deze zou heilig zijn omdat ze goed is voor je ogen (?!?!?) Echt spectaculair vinden we het niet en we gaan een beetje verder naar de ruines van een tempel. We wandelen via een kloof naar de ruines. En als we verder naar boven klimmen krijgen we spectaculair zicht op de omgeving . En op de vele gebedstorentjes die overal rondom staan. Overal zijn er kleine waterpoelen waar de broers verfrissing in zoeken. Vooral Kasper smelt bij iedere inspanning die hij moet doen in de hitte.

Laatste halte aan het park is dan de camelrock.

Omdat het nog niet te laat is rijden we nog door naar volgend park een beetje verderop , Ikh Gazaryn Chuluu. De weg is verschrikkelijk slechte conditie en we rijden uren voor het kleine aantal kilometers. Pas tegen donker komen we er toe. We zoeken een plaatje tussen de rotsen om wat beschut te staan. Maar blijkbaar niet beschut genoeg wat ‘s nachts krijgen we een zéér hevig onweer en storm over ons heen. We twijfelen om de tenten op te plooien. Maar we merken al gauw dat dit geen mogelijkheid is. Met de sterke wind zullen het nooit kunnen houden om de tenten te plooien. Dus wachten we af in de hoop dat onze tenten het niet begeven. En na die storm is het bewezen dat onze daktenten veel aankunnen.

Veel wandelen kunnen we niet doen in het park . We klimmen en klauteren wat tussen de rotsen en bezoeken het theater die ze in het park gebouwd hebben.

We vinden een dirtroad die we nemen naar het zuiden, naar het volgend park , Tsagaan Suvarga. Door de hevige regen van de vorige nacht is de weg herschapen tot één modderpoel en is het een weg zoeken om nergens vast te zitten.

Opnieuw is het weer bijna donker tegen dat we Tsagaan Suvarga bereiken. We kamperen bovenaan de klif waar we een schitterend zicht hebben op al de kleuren beneden aan de klif. De dag erop rijden we naar beneden en maken we een toffe wandeling over kleurrijke heuvels. Volgens de kinderen lijken de heuvels op alle soorten ijscrème , chocola, frambozen, vanille,..

In de namiddag rijden we dan naar de volgende klif , Ulaan Suvarga. In tegenstelling tot de vorige klif bestaat deze vooral uit rode kleuren. De weg ernaar toe is een ramp. Vele delen van de weg is overstroomt en uiteindelijk geraken we via een grote omweg bovenop de klif. Het zicht is er schitterend en we besluiten om hier te kamperen. Vanuit ons kampeerplaatsje kunnen we naar beneden wandelen tussen de kliffen en de heuvels.

‘s Avonds begint het te overtrekken en zien we in de verte onweren. De wind wordt steeds heviger en we besluiten om onze tenten op te plooien. Net als we ze opplooien krijgen we het onweer over ons heen en al vlug wordt de kampeerplaats één grote modderpoel. Het lukt ons nog net om er uit te rijden en wat verder op de stenen te parkeren. Verder rijden is geen optie want de weg staat volledig onder water. Dus voorlopig zat er niets anders op dan in de auto te slapen. Aangezien het onweer vlak boven ons zit komt er van slapen niets in huis. Pas om 1 uur ‘s nachts stopt het wat met waaien en regenen en kunnen we de tenten weer openzetten.

De volgende morgen zien we pas hoe ernstig het onweer was. Zeer moeizaam geraken we er weg en we hebben geluk dat we “maar” 60 km van de asfalt hoofdweg zitten. Na enkele uren ploeteren door de modder bereiken we de hoofdweg richting Dalanzagad.

Als we aan de rand van Dalanzagad komen merken we dat er nog grote delen onder water staan. De zijwegen zijn niet berijdbaar en de hoofdweg staat ook nog gedeeltelijk onder.

Eerst doen we inkopen in de stad en daarna passeren we aan een toerist info center. Daar informeren we naar de wegen die naar de Khongoryn Else sanddunes leiden. Volgens hen zijn deze bereikbaar maar is de toestand , door de hevige regen , zeer slecht.

Vooraleer we naar de sanddunes gaan rijden we nog eerst naar de Yolin Am canyon. Naar de ingang van het park ligt er normaal gezien een goeie asfaltweg. Maar door noodweer is er groot deel van de asfaltweg weggespoeld. Via wat omwegen geraken we aan de ingang en éénmaal in het park blijkt dat er ook daar delen van de aardeweg weg zijn.

Uiteindelijk bereiken we de parking van het begin van de wandeling in de canyon. We besluiten om de wandeling nog te doen. Een mooie wandeling naar de canyon maar éénmaal in de canyon staat het water zo hoog dat je er niet met droge voeten doorgeraakt. Maar toch is het de moeite om de wandeling te doen en we wandelen door tot we terug uit de canyon zijn.

Omdat het al laat op de avond is besluiten we om op de parkeerplaats van de canyon te slapen.

Als we de volgende morgen opstaan zien we dat de lucht pottoe zit. Vlug ruimen we alles op en rijden we terug naar de ingang. En we zijn net op tijd want weeral begint het water te gieten.

We twijfelen even of we naar de Khongoryn Els sand dunes gaan of niet. Maar het begint alweer op te klaren en we besluiten om door te rijden.Met het gedacht dat we nog steeds kunnen terugkeren als we er niet door geraken.

De duinen bereiken we door eerst een prachtige bergroute te rijden waar de weg in redelijke goeie staat is (voor zover Mongolische wegen kunnen zijn). ‘s Avonds net voor we de duinen bereiken zien we in de verte een zandstorm aankomen. Kindjes zijn helemaal in de ban van de “slurven” van de storm , vooral als deze aan onze auto voorbijkomen. Verder rijden kunnen we niet meer want we zien niets meer van de weg. Naast ons zien we een ger kamp (oftewel yurts). Daar kunnen we blijven overnachten (want de tenten kunnen we toch niet opzetten) en kindjes supercontent dat ze eindelijk eens in een ger kunnen slapen. Veel slapen doen we wel niet. Want éénmaal de zandstorm over is krijgen we ‘s nachts nog een hevig onweer over ons heen. De bedden in de ger zijn meer planken waarop je slaapt dus Dries en ik zijn ‘s anderdaags geradbraakt. Kindjes niet want die hadden gisteren gezien dat er kamelen waren op de plaats waar we sliepen. En dat je met de kamelen tot aan de duinen kon gaan. We hadden de kinderen de vorige dag beloofd dat we dit gingen doen. Dus ze waren al (veel te ) vroeg wakker, klaar om op een kameel te rijden.

Tja kameelrijden, ok het is leuk om dit eens te doen maar Dries en ik vonden het niet echt voor herhaling vatbaar (kindjes natuurlijk wel). Misschien dat onze souplesse er wat mee te maken had. Wat je moet je benen en knieën in een hoek wringen om er op te bijven zitten. En die kamelen laten dan nog voordurend scheten die stinken naar de bieslook.We gaan alleszins nooit geen bieslook meer kunnen eten zonder aan de kamelenscheten te denken.

Na de kamelenrit rijden we een stukje verder naar de Khongoryn Else dune, de hoogste die er is in de Gobi. Eerst goed eten en dan beklim ik samen met de kids de duin. Het laatste deel is zo steil dat het op handen en voeten te doen is. Maar éénmaal boven is het zicht fenomenaal en is het puur genieten.

Naar beneden gaan gaat natuurlijk een stuk vlotter dan naar boven. Ondertussen begint het weeral goed te waaien en besluiten we om wat door te rijden. Kamperen lukt hier toch niet.

We proberen een andere route dan dat we gekomen zijn om zo naar Bayanzag (flaming cliffs) te gaan. Zoals de meeste routes die we nu al gereden hebben is het vooral steppe, steppe en nog eens steppe. Uiteindelijk komen we ‘s avonds aan de flaming cliffs. Waar we bovenop de cliff kamperen.

De volgende morgen gaan we s’morgens op de cliffs wandelen en dan ook nog eens ‘s avonds. Met de zonsondergang krijgen de cliffs een felrode kleur (daarom ook de naam flaming cliffs).

Aangzien het al een dag of 2 droog is besluiten om via een dirt road naar het noordwesten te gaan, naar Arvaikheer. Maar na 40 km komen we op een stuk weg die veranderd is in één groot stuk drijfzand. Als Dries nog maar zijn voet erin zet zakt hij er onmiddellijk al in weg. We rijden nog een aantal kilometers parallel met het zand maar er is geen doorkomen aan. Overal zie je ook bandensporen die gewoon rechtsomkeer maken. Dus we doen dit ook en rijden tot we weer op de asfaltweg van Dalanzagad naar Ulan Bataar komen. Via de asfaltweg rijden we terug naar de hoofdstad.

In de hoofdstad laten we voorste silent blocks vervangen, want de wegen in Mongolië eisen toch hun tol. Nadat dit gebeurd is beginnen we aan deel 2 van Mongolië, het westelijke deel.

Eerste stop is Kharkorin, dit is de voormalige hoofstad van Mongolië. Daar bezoeken we het Erdene Zuu Monastry. Een mooi tempelcomplex maar veel toeristen.

Na het bezoeken van de tempel rijden we naar de Orkhon river en waterfall. Ook deze weg heeft geweten van de hevige regen en we doen er 5 uur over om de 60 km te rijden. We kamperen aan de rand van het park en de volgende dag maken we een wandeling naar de waterval en de rivier. Overal zie je hier ,zoals wij ze noemen, pluchen koeien. Een soort Yaks.

Omdat we vrezen dat we opnieuw regen zullen krijgen besluiten we in de late namiddag nog een stukje door te rijden.

De weg na de waterval is er nog een stuk erger aan toe dan de weg ernaar toe. Het is de ene riviercrossing na de andere. En om te weten hoe diep ze telkens is binden we Kasper vast aan een touw om de rivier eerst eens over te steken om de diepte te meten.

Kasper wijt zich met veel enthousiasme aan deze taak. We doen veel tijd over deze weg ( vooral als je weet dat we toch meer dan 10 keer de rivier moesten oversteken). Maar Toyo doet dit uitstekend, alleen spelen we onze nummerplaat kwijt door de sterke rivierstroming .

2 dagen later komen we dan eindelijk aan in het volgend nationaal park, Khorgo Terkhiyn Tsagaan Nuur. Dit is een vulkaan die je kunt beklimmen. Net als we bovenaan de krater zijn krijgen we (weeral) een onweer over ons heen. Een beetje verder komen we aan een ger kamp en we besluiten daar te overnachten. Want we weten al uit ervaring dat de onweders in Mongolië niet in een uur over zijn.

Volgende dag doen we dan deel 2 van het park, de lavagrotten. Maar eindelijk is er van de grotten niet veel meer te zien want ze zijn ingestort.

Voor het volgende park doen we weer enkele dagen vooraleer we het bereiken. Dit keer bezichtigen we Khasagt Kharikhan mountain. Dit is één van de uitlopers van het Altaï gebergte. We rijden door een kleurrijk berglandschap om uiteindelijk een mooie kampeerplaats te vinden in de vallei, Valley of North Uliastai River. We kamperen vlakbij een riviertje waar de kinderen niet uit weg te slaan zijn (ondanks het ijskoude water). We blijven daar enkele dagen kamperen en doen oa een mooie dagwandeling doorheen de vallei.

Ondertussen nadert Kasper zijn verjaardag. Hij zou graag zijn verjaardag vieren in de bergen en we zoeken een geschikt park. De parken helemaal in het westen van Mongolië zijn geen optie.Want die liggen tegen de Chinese grens en daarvoor moet je een permit aanvragen in Olgii.

We besluiten dan maar naar Kharkiraa mountain te gaan , dit ligt tegen de Russische grens. Zo zitten we al vlakbij de grens want ons visum verloopt bijna.

Eerst slaan we in Khovd de verjaardagsmaaltijd in. We vinden er diepvriesfrieten en appelmoes! De menukeuze van Kasper is dus snel gemaakt. We vinden er ook pancakemix maar die blijkt achteraf bijna niet te vreten… Maarja als je honger hebt eet je alles,..

Kharikaa mountain is er prachtig en je kunt vanuit Ulaangom meerdaagse trekkings doen naar Kharikaa en Turgen mountain. Maar aangezien ons visum binnen enkele dagen verloopt is dit jammergenoeg geen optie. Het is wel één die we zeker zullen onthouden voor als we ooit terugkeren naar Mongolië.

We kamperen dan maar aan de Goojuuryn waterfall. Fantastisch zicht op de bergen en een rivier waar de gastjes kunnen spelen.

Enkele dagen later verlaten we met pijn in het hart Mongolië.

Het was een lange rit van België naar Mongolië . En we hebben op voorhand lang zitten twijfelen of we het zouden doen. Achteraf bekeken was dit een

uitstekende keuze. Mongolië is één van de landen die onze favorieten landenlijst komt te staan. Zowel van Dries als ik als van de kinderen. De wegen maken het moeilijk en lastig om er te rijden (nog geen 10 % van de wegen in Mongolië zijn asfaltwegen). Je weet nooit op voorhand hoe lang je over een bepaalde afstand zult doen. Maar de natuur is er prachtig (als je tenminste niet teveel let op de lege vodkaflessen langs de weg).

Aangezien de bevolking nomaden zijn kun je er zelf overal kamperen. Ze komen dan eens op hun brommertje kijken en laten je dan met rust. Wel kom je dan eens wakker van een kudde koeien , schapen of geiten rond de tent. 

 

 

 

 

Fotoalbums van Mongolië

West Mongolië (48)

07 September 2018 | Oost Europa en Centraal Azië | Mongolië | Laatste Aanpassing 07 September 2018

  • vallei tussen Turgen en Kharkiraa mountain
  • DSC 3203
  • DSC 3078
  • wandeling naar Orkhon waterval

Gobi woestijn - Zuid Mongolië (42)

05 September 2018 | Oost Europa en Centraal Azië | Mongolië | Laatste Aanpassing 05 September 2018

  • DSC 2250
  • DSC 2676
  • Op de top van de hoogste zandduin
  • DSC 2750

Noord Mongolië - Ulan Bataar (25)

05 September 2018 | Oost Europa en Centraal Azië | Mongolië | Laatste Aanpassing 05 September 2018

  • DSC 2185
  • DSC 2134
  • DSC 2062
  • DSC 1995

 

Plaats een Reactie

Els ja Mongolie ziet er veel mooier uit op vlak van natuur ! Geplaatst op 23 September 2018

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking