Reisverhaal «Titicaca meer Peru en Bolivia»
Rond de wereld in 10 maanden: Toernee general
|
Bolivië
|
1 Reacties
25 Mei 2017
-
Laatste Aanpassing 25 Mei 2017
Titicaca Peru en Bolivia
20 mei De vloek van de kasteelheer van de duivel
Nadine voelt zich gans de nacht en de dag niet goed. We vermoeden dat de fles wijn die we gisteren dronken om onze succesvolle Colca trekking af te sluiten niet goed bevallen is. Het was een chileense wijn met de duivelse naam: Castillero del Diabolo.
Vandaag staat er een dubbele busreis van 2 en 6 uur op het programma.
De fanfare van Cabanaconde blaast ons uit en 2 uur later staan we in Chivay.
Daar nemen we een toeristen bus naar Puno aan het Titicaca meer. Daarvoor moeten we een pas over van 4900 m van waar we een beneveld zicht hebben op vele vulkanen. Ik vermoed dat het stof, afkomstig van de Savankay hier voor iets tussen zit.
Op de bus regelen we een tweedaagse op het Peruaanse deel van het Titicacameer.
Het is ondertussen al donker geworden en Nadine voelt zich al wat beter. We gaan ervan uit dat de vloek van de kasteelheer na 24 uur uitgewerkt is.
Erratum: Ik heb gemerkt dat de wijn in feite casillero ( zonder T) del diablo heet, maar het lijkt me leuk om het bij de kasteelheer te houden. Wat is een casillero eigenlijk?
21 mei Bij Silveria en Romulu op bezoek
We stappen voor twee dagen in de toeristische molen. Zo kunnen we een beetje recupereren terwijl we op het obligate Titicaca meer ronddobberen.
De groep is zo'n 15 man groot en we hebben een goede gids getroffen.
Eerst 'stomen' we op naar een van de tientallen drijvende rieten Uros eilandjes.
De kapitein van onze boot woont er samen met nog twee andere gezinnen. Het lijkt alsof we op een dikke rieten matras lopen als we het eilandje betreden. Na enkele toelichtingen kunnen we op een rieten 'kontiki' boot stappen en varen we naar een naburig eilandje waar er een schooltje staat.
Na dit leuke bezoek varen we 3 uur verder over het meer dat op 3800m ligt en bijna een derde van de oppervlakte van België beslaat, tot we bij het eiland Amantani toekomen. Hier zullen we ook overnachten.
Nadine:
Er zitten verschillende vrouwtjes te wachten (ondertussen wel aan 't breien of spinnen) en de toeristenverantwoordelijke van het dorp wijst aan wie bij wie slaapt. Silveria is een klein lief dametje dat gelukkig wel wat Spaans spreekt - voertaal is hier Quetchua.
Haar man Rumulu is ook een vlotte babbelaar.
Dirk voelt zich minder goed, en veel eten geraken ze dus niet aan ons kwijt...Wel krijgen we een lekker warme kom munja-cocathee: goed voor hoogteziekte en maagproblemen!
Na een uurtje rust is een bezoek aan de top Pachatata gepland, zo'n 300m klimmen, en dat ziet Dirk niet zitten.
De weg is zeer goed: zelfs geplaveid! Het uitzicht prachtig, alhoewel we over het meer al wat regenwolken ontwaren.
Onze gids vertelt een en ander over de gebruiken van het eiland. De 10 gemeenschappen die er wonen doen zoveel mogelijk alles in coöperatie. Zoals het aanleggen van de weg, maar ook de toeristen worden in een soort rotatie systeem onder de inwoners (zo'n 4000-tal) verdeeld.
Dirk slaat ook het avondmaal (vegetarisch) over. En vermits het ondertussen is beginnen onweren, gaan we niet naar de fiësta. Maar Silveria heeft beloofd dat ze me morgenochtend dan maar de typische kledij zal aantrekken!
Dirk:
Het is vreemd dat ik op slechts 3800 m last heb van de hoogte. Het is alsof mijn lichaam zegt: "Zeg manneke, even dimmen na al dat geklim "
We hebben een slaapkamer met drie dubbele bedden en ik kies het bed uit dat me in mijn penibele toestand toch nog een zicht geeft op het meer. Ik blijk het 'bed van Ronquieres' uitgekozen te hebben. Als Nadine later komt slapen rolt ze gewoon met dekens en al naar me toe. Ze besluit dan ook dit hellend vlak te verlaten en een ander bed op te zoeken.
22 mei. Jarig op het Titicaca meer
Als Nadine vanmorgen onze logeerkamer verlaat staat Silveria al te wachten om haar de typische kledij van dit eiland aan te trekken. Nadine is uiteraard in haar nopjes en ze verschijnt dan ook kleurrijk gekleed met een kort dik rokje in de kamer. Zie foto's. Ook ik krijg lokale kledij over mijn hoofd geschoven.
Het zijn hier echt fijne gezellige mensen. Als ik vertel dat Nadine jarig is vliegen ze rond haar nek en krijgt ze enkele vingerpopjes.
Al snel moet er afscheid genomen worden. We varen immers naar het nabijgelegen eiland Taquile. Alhoewel het maar een uurtje varen is, is dit weer een gans andere gemeenschap, met andere kleding, en die zich toelegt op textiel.
Mijn toestand is nog steeds zwakjes. In feite moet je afdalen als je hoogte ziek bent, maar alhoewel we op 3800 m zitten is dit het laagste punt in de verre omgeving. Het valt dan ook niet mee om naar het marktpleintje te klimmen, maar na een frisse picknick met forel gaat het al een stuk beter.
Op de terugweg naar Puno kan ik verder recupereren. We passeren de hoofdplaats van de Uros gemeenschap alvorens in Puno aan te komen.
Daar worden we wat later getrakteerd op een zondvloed van een paar uur.
23 mei Hagelbui op het eiland van de zon
We verlaten Peru vandaag door de bus naar Copacabana, Bolivië, te nemen. We gaan proberen om op Isla del Sol, het zonneneiland, te geraken. De naam is alvast veelbelovend.
We vinden vrij makkelijk tickets voor de boot en aangezien het weer veelbelovend is maken we de trip op het dak van de boot.....
Als we in het haventje toekomen moeten we op zoek naar een hotelletje. We besluiten om naar het hoger gelegen dorpje, Yumani, te klimmen.
Gelukkig zijn we beiden terug in vorm want met al onze bagage ( elk een kleine en een grote rugzak, dus een kleine 20 kg) moeten we via een Inca trap zo'n 200 hoogtemeters overwinnen.
Dat gaat vrij vlot en hetzelfde geldt voor onze zoektocht naar een nachtverblijf met mooi uitzicht over het meer en de bergen die er gisteren een sneeuwlaagje bij gekregen hebben. We horen dat het in de Colca Canyon ook gesneeuwd heeft...
We moeten onze verkenning van het dorpje even uitstellen wegens een korte hagelbui. Hopelijk doet het eiland zijn naam morgen alle eer aan want dan we willen het volledig gaan verkennen.
24 mei. Stakingspost
We hadden gisteren avond reeds vernomen dat een deel van het eiland niet bereikbaar was sinds 2 maanden ( està bloqueada). Men kon of wilde niet meer informatie geven. Een landslide?
We laten ons hier niet door afschrikken en gaan op stap over dit grillig gevormde eiland, vaak in terrassen die soms nog bewerkt worden. Weinig bomen of struiken.
We komen aan een klein hutje met een rode vlag er bovenop. Boleteria..... hier moet je tickets kopen voor het noordelijke deel van het eiland (dat eigenlijk tweederde van het eiland beslaat). Een lokaal koppel komt ons tegemoet. We mogen niet door.
"Waarom niet?"
"te gevaarlijk!"
"Wat is er gevaarlijk?"
We krijgen een uitleg die kant nog wal raakt en die we ook maar half begrijpen.
Het lijkt alsof er stevige ruzie is tussen bepaalde families op dit mooi eiland.
Ik maak me een beetje kwaad in mijn beste Spaans ( blijkt dat ik hier nog wat in moet oefenen) maar niets aan te doen. Ze blijven maar wijzen naar de rode vlag, ook als ik zeg dat ik speciaal uit België gekomen ben om het zonne-eiland volledig te bezoeken.
Aangezien we de juiste aanleiding van dit sociale conflict niet kennen besluiten we om ons maar geen doorgang te forceren ( later op de dag horen we dat een ander Belgisch koppel dit wel gedaan heeft) en we beperken ons dan maar tot het zuidelijke deel van het eiland. Gelukkig hebben we een mooi uitzicht over gans het eiland.
En de zon.... die staakt ook gedurende het grootste deel van de dag. We zien weer allerlei tinten grijs, een regenboog en, gelukkig als we binnen zitten, een stevige regen/hagelbui.
De koude begint ons nu toch wel wat parten te spelen en we hebben tijd om plannen te maken voor onze verdere reis doorheen Bolivië. Als alles goed gaat zitten we over enkele dagen op een vlucht naar het Amazonië woud.
Moeten we nog wel zien te boeken.
Het mag dan wel niet regenen, want de landingsbaan zou nog onverhard zijn, dus bij regen is landen niet mogelijk.
Ik kijk er al naar uit.
Maar nu eerst nog van dit eiland af geraken....
25 mei. Zonnig afscheid van het eiland van de zon
Terwijl ik dit schrijf zitten we in het zonnetje te wachten op de boot die ons terug naar het vasteland zal brengen. Door de stevige wind zullen we een deel per busje afleggen
Even terugblikken op het bezoek aan 3 eilanden op het Titicaca meer. Er is nergens gemotoriseerd vervoer omdat dit onmogelijk is op de smalle bultige wegeltjes, vaak zijn het zelfs trappen. Alles gebeurt hier dan ook te voet of met de alomtegenwoordige ezeltjes.
Op het eiland van de zon is er electriciteit, op de andere twee niet. Men heeft er vaak wel zonnecellen, voldoende voor karige verlichting, radio en mogelijk televisie.
De mensen leven er verstoken van enige vorm van verwarming en dat lijkt hen niet te deren.
Ze zien er allemaal goed doorvoed uit, het speklaagje is de enige isolatie die ik hier gezien heb.
Op de Peruaanse eilanden leken de mensen in harmonie met elkaar te leven. Dit is duidelijk niet het geval op het zonne-eiland waar er al 2 jaar een conflict is tussen de drie kleine dorpjes....spijtige situatie.
Mijmeringen over Peru
We hebben enkel een stuk van Zuid-Peru aangedaan. Dus heel vaak boven de 3000m hoogte. Als de zon schijnt is het aangenaam warm maar als ze verdwijnt duikt de temperatuur erg snel. En aangezien de mensen hier geen verwarming hebben is het binnenshuis vaak ook erg fris. Ramen en deuren blijven vaak openstaan en als je ze kan sluiten zijn er overal kieren. Isolatie? Nog nooit van gehoord.
De mensen lijken geen last te hebben van de kou. Ze hebben uiteraard hun dikke, vaak traditionele klederdracht, maar het zijn ook erg warme vriendelijke lui.
Je hebt al kunnen lezen dat de landschappen hier erg fascinerend en afwisselend zijn. Ook de Inca bouwwerken zijn indrukwekkend. Vooral de manier waarop ze de stenen perfect aan elkaar laten aansluiten is verbazingwekkend.
In de dorpjes en op het platteland zie je vaak kleine, leuke tafereeltjes:
een familie die samen op het veld maiskolven verwijdert, een vrouwtje met een dozijn schapen. Ezels die allerlei waren transporteren, honden die een heel eind met je meewandelen en je dan met die triestige ogen aankijken als je aan tafel zit.
Ook hier zien we nog veel vervuiling, al zijn Cusco en Arequipa hier een uitzondering op.
Dus, ben je van plan om naar dit deel van Peru te komen in mei (ideale maand, na het regenseizoen en nog voor de grote toeristen horde) breng gerust je ski-jas mee.