Reisverhaal «La luna llena sobre el río Quiquibey - deel 4»

Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | 0 Reacties 22 Mei 2008 - Laatste Aanpassing 19 Februari 2011

jueves 22 de mayo

De geluiden van de nacht verstommen en maken plaats voor de hoorbare stilte van de dageraad. IJle nevelslierten hangen vrijwel roerloos onder de kruin van het woud.  Een met een pijl doorboorde vis ligt op een bedje van bladeren op de grond.
Ñaijoy! ¡Buenos días! Goede morgen!

De mannen zijn vannacht op jacht geweest en we hebben dus vis als ontbijt. Maar eerste gaan we 'deeten'. Oftewel, alle zichtbare huid inwrijven met dat smerig giftig goedje. Maar het is dat of meteen al overvallen worden door horden vliegende geile bloedzuigertjes. We vragen onze gids welk dier het was dat alles behalve geruisloos langs ons passeerde vannacht. De voetsporen brengen uitsluitsel. We hebben een volwassen tapir op bezoek gehad. Een 'anta' in het Spaans of 'chsí' in het Mosetén-Chimán leren we van Genaro. Het grootste dier in het woud en kan wel tot 230 kilogram zwaar worden.
De vis ligt ondertussen te stomen in een origineel stoommandje gemaakt van patujú bladeren en touw uit de jungle. Geserveerd op een bergje van rijst vormt het geheel een stevig en lekker ontbijt. Maar, ik heb een heel apart gevoel vanbinnen... Na het eten bespreek ik dit toch maar even met Genaro. Geen probleem. Ongemakken als gevolg van hyperactieve ingewanden zijn hun niet onbekend en onze vriend/dokter gaat straks een drankje voor me bereiden. In afwachting mag ik niets meer eten en drinken. We pakken onze spulletjes bij elkaar, installeren ons in de kano en zetten onze tocht verder.
Al meer dan vijf maanden zeulen we rond met van die lange smalle ballonnen. Tot nog toe hebben we er geen enkele kunnen opblazen maar met het pompje dat we in Rurre hebben gekocht moet het lukken. Alle ogen zijn op Anita gericht wanneer ze een blauw hondje met roze pootjes laat geboren worden. Joni is in de wolken. Lidia en de twee mannen een en al bewondering.
Na enkele uren varen houden we halt en klimmen de enkele meters hoge oever op. Voor zijn hut, in de schaduw van een citrusboom zit een man palmbladeren te vlechten. We worden welkom geheten door de tío (oom) van onze gids. Hij woont hier met zijn familie maar het eigenlijke dorp, Bisal, is een uur stappen meer landinwaarts. Eén uur voor hen, drie uur voor ons. Dus iets te ver eigenlijk om er een bezoek te brengen. We vragen of we onze kleren die we vanmorgen in de rivier hebben gewassen mogen te drogen leggen en nemen plaats. Anita nestelt zich in een hangstoel gemaakt van dierenhuid. Ik zet me op een stuk boomstam. Genaro vertelt aan zijn oom wie we zijn en wat de reden is van ons bezoek. Bolivianen en zeker hun indianen zijn over het algemeen vrij gereserveerd en introvert. Geen uitbundigheid, geen poppenkast maar  wel eerlijk, onversneden en oprecht. In deze uithoek is de kennis van de Spaanse taal gering. Gelukkig hebben we Genaro die deze kloof voor ons overbrugt. Ook mijn 'intestum' probleem komt ter sprake. Even is er overleg en dan gaat onze gids op zoek. Lidia bereidt de maaltijd en trekt thee van de schors die mij inwendige rust zal bezorgen. Een baby aapje kleeft op Joni's rug. Gefascineerd door mijn blonde haardos, wipt een kwartel achtig vogeltje op mijn hoofd en claimt deze zachte warboel meteen als nieuwe nestplaats. Tot groot jolijt van onze indiaanse vrienden. Ik mag niet mee aanschuiven aan de tafel, alé aan de grond want een tafel is er uiteraard niet, en moet me beperken tot mijn jungle medicijn dat eigenlijk beter smaakt dan het er uit ziet. Wat ze absoluut niet kunnen vatten is dat we geen kinderen hebben en het duurt niet lang of de tío wordt ook van dit probleem op de hoogte gebracht. Er is een oplossing. Yep, een drankje. "Ja, dat gaan we hem geven" beslissen ze eensgezind. "Anita zal geen oog dichtdoen die nacht" verzekeren ze mij met een vette knipoog. "Het zal dan wel lukken!" Zij genieten er nu al van blijkbaar en worden, als je het mij vraagt, er zelf al een beetje opgewonden van. We hebben nog een heel eind voor de boeg en dus nemen we afscheid van Genaro's tío en zijn familie. Gestaag kabbelen de uren voorbij.


Heel af en toe treffen vreemdsoortige blikken uit twee werelden elkaar wanneer enkele van hen, gelokt door het geluid van de peque peque (kano), vanaf de rand van de oever zich verwonderen over onze aanwezigheid. Ons handreikend gebaar van goede bedoelingen wordt aarzelend beantwoord. Een onalledaagse dag voor iedereen. Een poos later meren we aan. Hier moet ergens een weduwe wonen met vier kinderen die het helemaal alleen moet zien te redden. Zelfs geen kano heeft ze en is dus volledig afhankelijk van wat de aarde haar geeft. Om haar een beetje te helpen gaan Lidia en Genaro vruchten van haar kopen. Op onze blote voeten volgen we hem maar eenmaal hij dat in de gaten krijgt mogen we niet meer verder en moeten wachten. En gelijk heeft hij. In het gras liggen stukken schors van een palmboom die vol staat met vijftien tot twintig centimeter lange flinterdunne dorens. Die dingen gaan los door je voet als je niet uitkijkt. De vrouw is nergens te bespeuren en dus varen we een stukje terug. Daar vinden we een familie met een zeer goedlachse man en even later ook de weduwe. We nemen een jute zak propvol vers geplukte sinaasappelen en zoete pompelmoes mee en laten 'la viuda', met tijdelijk enkele kopzorgen minder, achter. De vrolijke man roept ons na dat we zeker moeten binnenspringen op de terugweg. Ondertussen heb ik al heel wat van dat sapje gedronken en hey, ik voel me eigenlijk al een heel stuk beter. Het gesputter en gepruttel, het geborrel en gebroebel, het gepreutel en gereutel... is voorbij. Dat drankje werkt dus echt!

Onderhand hebben we er weer zo'n kleine acht uur varen opzitten maar dan, a la vuelta de la esquina (achter de bocht), liggen een vijftal kano's aan de linkeroever. We meren aan en klauteren de bruinrode oever op. Misschien is het toeval of misschien is het geluid van de motor ons vooraf gegaan maar we worden welkom geheten door Don Felipe. Felipe Huallata, corregidor (stamhoofd) van 'La comunidad de San Luis Chico'. De ontvangst is hartelijk. Ook voor Genaro en Lidia is het alweer drie jaar geleden dat ze nog eens tot hier zijn gekomen. Op vraag van het stamhoofd klautert Genaro de boom in en gooit enkele appelsienen naar beneden. Met zijn grote machete ontdoet Felipe de sinaasappel van zijn schil. Het sap vloeit rijkelijk langs zijn polsen. "¡Señor médico!, ¿puedo?" roep ik naar Genaro. "Ja, je mag" klinkt het vanuit de boom. "Para chupar" zegt het stamhoofd en geeft ons de vrucht. De sinaasappelen hier zijn lekker sappig en erg zoet. Zacht vruchtvlees, maar stevige vliezen tussenin. Daarom is het makkelijker om al dat lekkers er uit te zuigen (chupar). Lurkend aan het verse fruit en met enkele kinderen in onze kielzog volgen we Don Felipe naar het dorp. De hoge begroeiing maakt plaats voor grassen die tot onze schouders reiken. Na een tiental minuutjes stappen zien we de eerste palmbladeren daken opdoemen uit het groen.

Een cirkelvormige boomgaard omsluit de kern van het dorp. Hutjes met en zonder muren. Hangmatten in de schaduw van citrusbomen. Hier en daar een smeulend vuurtje, her en der zwartgeblakerde kookpotten. Spelende kinderen en scharminkels van honden. En verder kleren, heel veel kledingstukken die hangen te drogen, in de hutten en op staketsels allerlei. Onze gastheer is duidelijk trots op hun rijk assortiment aan fruitbomen en terecht. De hoeveelheid lekkers boven onze hoofden is indrukwekkend. We krijgen een hutje toegewezen waar we met veel plezier onze rugzak neerploffen. Bloedheet is het weer. Straks gaan we praten, zegt hij maar eerst gaan jullie rusten en hij laat een mat leggen in de schaduw van zijn hut. Hij doet teken dat we ons moeten zetten. Met één haal van zijn machete hakt hij de hoofden af van twee oranje kleurige kokos bolster en beiden drinken we het witte sap om onze dorst te lessen. We zitten, kijken om ons heen. Gevoelens wervelen als in een melange van roes en droom. We kijken naar mekaar en gelijktijdig lippen we die ene zin uit dat nummer van de Kaiser Chiefs. "Oh my god I can't believe it I've never been this far away from home". Kijken naar de vreemde wereld om ons heen. Af en toe een nieuwsgierige blik in onze richting maar niemand zoekt echt contact. Het leven hier pauzeert niet door onze komst. Onze verbazing ruimt al vlug plaats voor het verlangen meer te weten en niet veel later zetten we onze eerste voorzichtige stappen in San Luis Chico. In het centrum van het dorp staat de grootste hut. Ze doet dienst als school en raadhuis voor belangrijke samenkomsten. Dit is een van de grotere dorpen uit de regio. Ongeveer eenentwintig families, voornamelijk Chimane indianen. In tegenstelling met de kleintjes, zoals het dorp van onze gids, is er een radio aanwezig. Elektriciteit is er uiteraard niet en dus moet een generator de nodige stroom leveren. Een batterij in het schooltje vangt de spanning van een zonnepaneel. Volledig operationeel dit keer. Genaro had me eerder het zonnepaneel laten zien dat een of andere NGO in zijn dorp had gedropt. Netjes ingepakt in een doos met een handleiding in het Japans maar niemand die er blijkbaar aan had gedacht om dat ding te installeren...

Niet zo heel ver van onze hut staat een grote waterton, waarschijnlijk verbonden met een of andere bron aangezien er constant water over de rand vloeit. Vannacht slapen we niet op de grond maar op enkele dunne wankele plankjes, dertig centimeter boven moeder aarde. Ons bedje (matjes + muskietennet) is nog maar net klaar wanneer Genaro ons komt halen voor het avondeten. De zon heeft ons al verlaten en in volslagen duisternis volgen we Genaro naar zijn hut. Een matje op de grond. Lidia gehurkt voor het houtvuur. Genaro zit naast ons, de stuurman enkele meters verder. Joni in de buurt van Anita. In het licht van enkele kaarsjes delen zij hun eten met ons. En we praten. Het is te zeggen, zij praten en wij luisteren. "Het is tijd" zegt Genaro. Tijd om met Don Felipe en de andere dorpsoudsten kennis te maken. Een beetje nerveus toch volgen we onze gids. Het is ten slotte de belangrijkste man van het dorp, die Don Felipe. En aan het respect te zien dat Genaro - die tenslotte ook corregidor is van zijn dorp - toont voor deze man, is hij ook buiten de grenzen San Luis Chico een voornaam iemand. "Buenas noches, Don Felipe. Gracias por su hospitalidad." Hij doet teken dat we mogen gaan zitten. Genaro geeft hem de grote zak cocabladeren. Don Felipe's Spaans is voor ons sowieso al erg moeilijk te begrijpen maar met die coca bol tussen zijn wang en kiezen snappen wij er geen bal meer van. Heel subtiel weet Genaro het belangrijkste voor ons te vertalen. "Morgen zullen we verder praten" zegt hij "maar nu is het tijd om samen te komen." Curieus en gedwee volgen we de twee naar het schooltje. De generator is opgestart voor de gelegenheid en een lampje brengt enig licht in de duisternis. Don Felipe zet zich samen met enkele dorpsoudsten aan een van de schoolbanken. Anita en ik hebben geen flauw idee van wat er nu moet gebeuren en tot overmaat van ramp is Genaro er niet meer. De Don doet teken dat we naast hen op het schoolbankje moeten zitten. De zak met coca komt tot stilstand voor ons. Gelukkig hebben we op dat vlak al wat ervaring opgedaan. Alsof we dagdagelijks niet anders doen strippen we, tussen onze tanden, het blad van de hardere nerven. Kneden we met tong en kiezen het loof tot de juiste vorm en manoeuvreren we de pulp tot tegen onze wang, waar het rustig zijn werk mag doen. 'Pijchar' coca heet deze activiteit. Telkens wanneer de zak langs komt groeit de bol in mijn mond. Wordt mijn kaak meer en meer gevoelloos. En net wanneer ik me al iets meer op mijn gemak begin te voelen kijkt Anita me verschrikt aan. Ik probeer uit haar ogen te lezen wat er loos is maar zie geen antwoorden. "Wat is er?" lip ik. Ze wijst naar haar mond. "Wat?" fluister ik ongerust. Haar hand gaat even langs haar mond, haar vingers even tussen haar lippen. "Mijn tand is afgebroken!" fluistert ze. Discreet toont ze me het stukje ivoor. "Doet het pijn?" vraag ik. "Nee, eigenlijk niet." "Gelukkig!" Hmm, daar zou de coca wel eens voor iets kunnen tussen zitten. Maar soit, voorlopig is alles nog onder controle. Ondertussen is er al heel wat meer volk in het schooltje samen gekomen. Ook vrouwen en kinderen. Het lijkt er dus op dat het 'officiële' gedeelte voorbij is. De leraar komt naar ons toe en vertelt ons maar wat graag zijn verhaal. In goed verstaanbaar Spaans trouwens. Dat gaat dus al een stuk makkelijker. "Morgen moeten we zeker eens langs komen tijdens de les." "Maar al te graag" antwoorden we.
Entonces..., een complete verassing. Hier, in 'the middle of nowhere', waar zo goed als niets is.

Waar geen auto's, brommers, fietsen, asfalt of stoepranden zijn.
Waar geen stenen huizen staan ook geen bakkers, cafe's of shoppingcenters welteverstaan.
Geen stoelen en geen tafels, geen kasten of dressoirs.
Noch stofzuiger noch magnetron.
Geen badkamer, douche en ook geen koffiezet.
Geen broodrooster of internet.

Waar geen dokters, tandartsen, vroedvrouwen, hospitalen of poliklinieken zijn
Waar geen flitspalen staan en ook geen  groene, oranje of rode lichten aangaan.
Geen wifi en geen wok, geen computer of prikklok.
Noch iPod noch keukenrobot.
Geen badeend, Shiatsu massagekussen en ook geen genocidewet.
Geen inductiekookplaat of chocolade fondue-set.

Waar voorzeker geen verzekeringen voor zekere onzekerheden bestaan.
Waar geen GSM masten staan, geen stank, geluid of andere overlasten toeslaan.
Geen afkoeling en geen airco, geen huwelijks of arbeidsbureau.
Noch mosselen noch friet.
Geen riolering, sapcentrifuge en ook geen anti-stress fontein.
Geen pintje of glas wijn.

Geen water uit de kraan die er niet is.
Zelfs geen toilet, gemak of plee.
Maar wel... een TV!

"Wat is het eerste dat je geeft aan mensen die nog niets hebben?" moeten de hulpverleners gedacht hebben... En zo kwam het dat we op een zwoele tropische zomeravond samen met de inwoners - groot en klein - van San Luis Chico aan de río Quiquibey, naar Jaws - versie weet ik hoeveel - zaten te kijken. Met acteurs en een haai die in een waas van witte stipjes, traag vertikaal over het beeldscherm rolden. Het publiek, een en al aandacht verbazing en emotie. De stroomgenerator hoorbaar pruttelend op de achtergrond. Na Jaws kwam 'The Hils Have Eyes II' Een horror film waar zelfs menig geoefend westerling de haren van ten berge rijzen.
In stilte verlieten we dan ook dit zonderlinge schouwspel.

Onder een hemelgewelf met minstens een miljoen sterren wandelen we langs de houten hutjes. In de gloed van hier en daar een smeulend vuurtje tekenen zich de silhouetten af van enkele dapperen die aan de roep van de beeldbuis weerstaan en stilletjes praten in het licht van de maan. Het is zalig warm. De geluiden van de 'beschaving' in het schooltje ebben weg en maken plaats voor het eeuwenoude jungle gezang. In ons hutje onder het muskietennet trachten we met zalf de jeuk op ons lichaam te verzachten. Benieuwd of voor de 'jeuk in ons hoofd' een nachtje slaap zal volstaan.
Yomoy! ¡Buenas noches! Goede nacht!

Naar: " La luna llena sobre el río Quiquibey - deel 5"

 

 

 

 

Fotoalbums van Bolivië

Bolivia - Aguas Calientes (7)

19 Juni 2013 | On The Road up North | Bolivië | Laatste Aanpassing 19 Juli 2013

  • Bolivia - 06162013 - Agua Calientes - DSC 0168-1
  • Bolivia - 06192013 - Agua Calientes - DSC 0222-1
  • Bolivia - 06162013 - Agua Calientes - IMG 3496
  • Bolivia - 06192013 - Agua Calientes - DSC 0192-1

Bolivia - Algemeen (43)

19 Juni 2013 | On The Road up North | Bolivië | Laatste Aanpassing 19 Juli 2013

  • Bolivia - 05312013 - Parque Nacional ToroToro - DS
  • Bolivia - 05252013 - Sucre - IMG 2766-1
  • Bolivia - 05192013 - Sucre (onderweg naar) - IMG 2
  • Bolivia - 06012013 - Parque Nacional ToroToro - DS

PN ToroToro (48)

01 Juni 2013 | On The Road up North | Bolivië | Laatste Aanpassing 04 Juni 2013

  • Bolivia - 05302013 - Parque Nacional ToroToro - DS
  • Bolivia - 05302013 - Parque Nacional ToroToro - DS
  • Bolivia - 05302013 - Parque Nacional ToroToro - DS
  • Bolivia - 05302013 - Parque Nacional ToroToro - DS

Valle Hermoso (39)

20 Oktober 2008 | Het jaar van de zomer: deel 2 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Elk huisje heeft zijn oventje

Tupiza (6)

19 Oktober 2008 | Het jaar van de zomer: deel 2 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Onderweg naar Tupiza

Cochabama - Villa Tunari (11)

16 Oktober 2008 | Het jaar van de zomer: deel 2 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Letterlijk een blok aan Nat zijn been

Lago Titikaka: Copacabana - Isla del Sol (19)

13 Oktober 2008 | Het jaar van de zomer: deel 2 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

Rio Quiquibey (18)

27 Mei 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Río Beni

Rurrenabaque - Madidi (47)

19 Mei 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Een van onze kampplaatsen
  • Een chancho op een paar meter van ons

Rurrenabaque - Pampa (26)

08 Mei 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Een paradijsvogel
  • Kiss me ...

Potosi (16)

05 Mei 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Kopen wat edele metalen uit de mijn

Salar de Uyuni (29)

30 April 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Herderinnen op de flanken van de Godin Tunupa
  • Warm vulkanisch bad bij min ´heel veel´
  • Kausay Wasi begraafplaats
  • Laguna Verde

La Paz (10)

27 April 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Bolivië | Laatste Aanpassing 23 Mei 2011

  • Bolivia - La Paz
  • Bolivia - La Paz
  • Bolivia - La Paz - Mercado de Hechicería (heksenma
  • Bolivia - La Paz - Tiahuanaco

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking