Reisverhaal «Vilcabamba, waar de mensen oud worden»

Het jaar van de zomer: deel 1 | Ecuador | 0 Reacties 17 April 2008 - Laatste Aanpassing 25 Augustus 2010

"Cuenca is wel leuk", zegt Alwara, wanneer we het tijdens ons dineetje het erover hebben dat we nog niet weten wat onze volgende bestemming zal worden. "Wel, dan gaan we morgen naar Cuenca" is ons antwoord. En zo gezegd zo gedaan. We pakken de volgende ochtend onze spulletjes en nemen de taxi naar de busterminal van Guayaquil. Het is heet. Even met je rugzak rondzeulen is al voldoende om nat in het zweet te staan. Bijna onmiddellijk vertrekt er een bus richting Cuenca. De rit gaat doorheen het Area Nacional de Recreación Caja. Een park in de hooglanden met hoge bergtoppen (tot 4450 meter), diepe dalen en honderden meren en lagunes. Vanuit de bus is al dit moois te bewonderen. Enkel op de hooste toppen is er de mist die het zicht beperkt maar des te meer de ijle en mystieke sfeer van dit prachtige gebied accentueert. Na 4 uur rijden arriveren we op de plaats van bestemming. We volgen de raad op van de mevrouw van de toeristische dienst en nemen onze intrek in een goedkoop, basic, maar degelijk hotelletje. Meteen verkennen we het historische gedeelte aan de Tomebamba rivier. Cuenca is een stad met een ver verleden (pre-inca), een mild klimaat en ze hebben er chocalade. Zelfs een chocolade café! Anita neemt chocolademelk met een straf extraatje en ik een chocolademelk met assortiment zout & zoet. Amaai, ik heb nog nooit in mijn leven zoveel zoetigheid in één keer gegeten. 't Was lekker maar op het einde was ik eigenlijk wel een beetje 'mottig' moet ik zeggen . 's Avonds eten we een bijzonder lekkere civiche in een gezellig restaurant. Ondertussen is het beginnen regenen. Dat gebeurt hier wel vaker naar het schijnt. En als we het zo eens navragen, elke dag zelfs. Nou, regen daar zijn we niet echt voor en als het morgen nog van dat is zijn we weg. En ja hoor de volgende ochtend, nog steeds regen. Even later zitten we al op de bus richting Loja. Omdat de bus meteen vertrekt hebben we zelfs geen tijd om te ontbijten. Geen probleem want ze komen hier om de haverklap toch iets op de bus verkopen zeggen we nog. Wel deze keer dus niet. We zijn weer hoog de Andes in gereden en veel volk is hier niet. Enkel de woeste natuur, een bijzonder hobbelige weg die veel te lijden heeft gehad van de overvloedige regen van de laatste weken en een knorrende maag. Rond de middag zijn we in Loja. Kopen wat fruit en koeken en hups, de minibus in naar Vilcabamba. Een korte rit, slechts anderhalf uur. We stappen over het centrale plein richting hostel Rendez-Vous en botsen op het Israelische koppel, dat we ontmoet hebben in Chugchilan. We hebben een leuke babbel en nemen onze intrek in het hotel. Wanneer we door het binnentuintje stappen horen we Anita haar naam. In de hangmat ligt Maya, een van de Zweedse meisje op Galápagos. It's a small world after all! 
Het kost ons maar 5 minuutjes verkenning om te weten dat we hier wel enkele dagen willen blijven. Het is een bijzonder aangenaam stadje met vriendelijke mensen en een lekker weertje. Is het omwille van de Mandango (sleeping Inca), een berg wiens aanwezigheid de omgeving zou beschermen voor aardbevingen en ander onheil of de "fountain of youth" in de nabijheid, die ervoor zorgt dat de meesten hier meer dan honderd worden? Wie zal het zeggen? Feit is dat er hier heel wat stokoude oudjes rondlopen. Misschien krijgen we er een beter zicht op langs boven. En daarom kiezen we de volgende dag voor de Mandango trail. Een tocht van 4 uur die ons boven op die slapende Inca moet brengen. Niet voor mensen met hoogtevrees staat er te lezen. Nou dat hebben we niet, dus beginnen we eraan. Het is een mooi tocht die ons tot het eerste kruis brengt. Daar vinden we Maya, die gezellig een boek zit te lezen. 'k Moet toegeven, een originele plaats. Lekker hoog, droog en rustig met een pracht van een view over de Vilcabamba en de omringende Andes. Na een siesta gaan Anita en ik verder, naar het tweede kruis. Maya gaat niet mee. Het duurt niet lang of we begrijpen wat ze bedoelen met "niet voor mensen met hoogtevrees"... Het gaat met momenten steil omhoog en terug naar beneneden over bergkammen en richels van amper 50 cm breed. Links en rechts van ons de diepten, boven ons de arenden en wat verderop een koe (hopelijk is het geen stier) die eigenlijk een beetje in onze weg staat te staan. Het is ook uitkijken voor vallende stenen langsheen de steile rotswanden. Omdat in de verte de wolken een dreigend karakter beginnen te krijgen kiezen we voor een pad terug naar beneden dat de afdaling wat moet inkorten. Of het korter was weet ik niet. Dat het niet vaak genomen wordt weet ik wel want we moeten ons heel vaak een weg banen door het struikgewas en iets hogere begroeing. Ik heb van mijn leven nog nooit zo vaak tegen spinnewebben (en zijn bewoners) aangelopen dan op deze tocht... Hijkes, daar heb ik nu een rothekel aan zie... We komen uiteindelijk in het midden van een oud kerkhof terecht ('t zal dus toch geen echt pad zijn geweest) en wat verderop is de weg naar het dorp. Die avond gaan we samen met Maya in een vegetarisch restaurant eten. De eigenares is een dame uit Brussel! We hopen op een Belgisch biertje (oh, ne goeie duvel zou smaken ) maar dat is er niet. Een goed wijntje en banane flambé verzachten al vlug de pijn.
En dan is het weer tijd om afscheid te nemen. Van de lieve Maya, van Vilcabamba met zijn 100 plussers en van Ecuador. We gaan naar Peru. We kiezen voor de grensovergang in La Balsa. Een minder bekende grensovergang, "off the beaten path" in reizigersjargon. De eigenares van het hotel maakt er niet echt een probleem van. Cruciaal voor deze route is de staat van de weg. De bus naar Zumba rijdt, dus dat zal wel betekenen dat de weg in redelijke staat is. Ok, dat is voldoende voor ons en dus, wijle weg! Om 6.15u al vertrekt de bus naar Zumba. De weg gaat door en langs het nationaal park Podocarpus. Dat ze het wel eens de 'Botanical Garden of America' noemen zal wel niet zo maar zijn. En dat we grote coniferen zien is ook logisch want daarvan heeft dit park zijn naam gekregen. Vrijwel geen mens te zien hier. Enkel de bus met enkele passagiers. Landbouwers (denk ik) die op plaatsen afstappen waarvan je geen idee hebt wat ze hier in hemelsnaam komen zoeken en twee gringo´s. Wij dus. Af en toe zie je in de verte een eenvoudig hutje. "Wordt hier geboren..." zeggen we tegen mekaar. Het is ook duidelijk dat we in de buurt van een grensovergang zijn want op een bepaald moment moeten die twee gringo´s (wij dus) er uit voor paspoortcontrole. De rest van de passagiers moet geduldig wachten. De weg is redelijk goed (niet te veel verzakkingen en modderstromen) en we komen al rond de middag in Zumba aan. Net als we op zoek gaan naar de chiva die ons tot in La Balsa moet brengen stapt een oudere man uit zijn pickup camion en vraagt of we naar de grens moeten. We mogen met hem mee als we willen. Normaal moeten we nog twee uur wachten voor de chiva vertrekt dus dat aanbod slaan we niet af. Onze rugzakken vliegen in de achterbak en wij op de voorbank. De kwaliteit van de weg gaat er niet echt op vooruit en meer dan eens denken we: "dat haalt hij nooit"! Maar telkens weer slaagt hij erin om de truck over de rotsen of uit de modderpoel te manouvreren. Het zal in kilometers niet echt veel zijn maar in tijd... Zie ons hier nu zitten. In the middle of nowhere, te hotsen en te botsen in een truck bij een wildvreemde - maar vriendelijke Ecuadoriaan - ver weg van ... ja van alles eigenlijk. Na nog een paspoortcontrole komen we uiteindelijk aan in La Balsa. Is het dat? Een rivier, een brug en enkele huisjes aan deze kant (Ecuador) en enkele huisjes aan de andere kant (Peru). Tussen twee happen door geeft de man van de immigratie onze uitstempel. Wij stappen over de brug (veel verkeer zal hier niet zijn want bijna over de volledige brug liggen de koffiebonen te drogen) en gaan op zoek naar de nodige Peruviaanse stempels. Het kantoortje is verlaten. Een politieagent wijst ons het huis waar de beambte woont. Na wat kloppen verschijnt uit het raam op de eerste verdieping een hoofd. We moeten even wachten want hij is nog aan het eten. Ok, wij terug naar het kantoortje en zetten ons op de grond. De taxibestuurder van de enige taxi die er te zien is heeft al duidelijk gemaakt dat hij op ons wacht. Hij heeft al enkele andere passagiers maar wil ons er ook graag bij. Uiteindelijk, nadat ook de taxibestuurder tot aan het huis van de beambte is gegaan, komt hij eraan en krijgen we onze in stempel. Hij bedankt ons omdat we zijn land komen bezoeken. Nou, graag gedaan hoor! Nog vlug even langs bij de politie en op naar de taxi. Er staat heel wat volk rond. Die zullen er toch niet allemaal in moeten denken we. Jawel hoor. Een gezinnetje (zwangere vrouw, vader en kind), een man, een politieagent, de chaufeur, wij twee, bagage en... een kip in een toyota stationwagon. Meer dan twee uur zit Anita vooraan bij me op de schoot. Van een weg is eigenlijk geen sprake. De keien knallen onderaan tegen het chasis en de modder spat alle kanten uit. In een klein dorp hebben we even pauze omdat de chaufeur iets wil eten en zijn wielen terug laat vast vijzen. Dan gaat het verder, putten en bulten, modder en stenen, gratis massage, af en toe een rivier die over de weg stroomt en slechts één keer maar moeten we ons uit de taxi wringen,  de auto uit de modder bevrijden en ons terug in de taxi murwen. Ondertussen is het merkelijk warmer geworden. De vegetatie krijgt terug een tropischer karakter en op een bepaald moment zien we zelfs terug van die grappige motortaxi´s. Niet veel later arriveren we in San Ignacio. Hier nemen we onze intrek in een eenvoudig hostel en drinken we onze eerste Inca kola. Een fluo geel (of groen) drankje dat redelijk zoet is, maar drinkbaar. Geld afhalen kan hier niet (ook niet met Visa), dus zullen we morgen weer verder moeten. Voor we in ons beddeke duiken drinken we ons eerste Peruviaanse pintje, praten we wat na over de voorbije dag, vinden we dat, ondanks sommige verhalen, de mensen hier heel vriendelijk en behulpzaam zijn, en duurt het niet lang voor we in dromenland zijn... 
De rest van het verhaal volgt later en zal te vinden zijn onder een nieuw vlagske. Dat van Peru.

 

 

 

 

Fotoalbums van Ecuador

Het midden van de wereld (9)

30 Oktober 2013 | On The Road up North | Ecuador | Laatste Aanpassing 31 Oktober 2013

  • Ecuador - 10302013 - Mitad del Mundo - DSC 0328
  • Ecuador - 10302013 - Mitad del Mundo - DSC 0375
  • Ecuador - 10302013 - Mitad del Mundo - DSC 0297
  • Ecuador - 10302013 - Mitad del Mundo - DSC 0380

Ecuador 16-20 (5)

17 April 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Ecuador | Laatste Aanpassing 17 April 2008

  • Galápagos - Isla Seymour Norte
  • Galápagos - Isla Santiago
  • Vilcabamba
  • Galápagos - Isla Santiago

Ecuador 1-15 (15)

17 April 2008 | Het jaar van de zomer: deel 1 | Ecuador | Laatste Aanpassing 17 April 2008

  • Galápagos - Isla Seymour Norte
  • Galápagos - Isla Seymour Norte
  • Galápagos - Isla Santa Cruz
  • Chugchilan

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking