Reisverhaal «Mijn bloemlezing: Ukiyo-e - Jubelparkmuseum»

Schrijven en reizen onder mijn wolken | België | 2 Reacties 22 November 2016 - Laatste Aanpassing 07 Januari 2017

Er hangt eentje in het Rijksmuseum in Amsterdam, het British Museum in Londen en het Metropolitan Museum of Art in New York. Drie musea die ik ooit bezocht, maar zonder enige herinnering aan De golf van Kanagawa van de kunstenaar Hokusai. Alhoewel al lang Murakami-fan, was Japan toen nog geen van mijn idee-fixen. De tentoonstelling Ukiyo-e in het Brusselse Jubelparkmuseum zorgt ervoor dat ik het meesterwerk dicht bij huis kan aanschouwen. E is Japans voor prent, schilderij. Ukiyo betekent in het boeddhisme ‘een wereld van pijn’. In deze vergankelijke wereld doen onze verlangens lijden. De betekenis verschuift uiteindelijk naar het vlietende leven, het leven van alledag dat aan iedereen voorbij stroomt.

                                 

De golf is het uithangbord van de expositie. De overweldigende, schuimende golf die gulzig de roeiboten met bemanning opslokt, maakt de anders zo iconische berg Fuji tot iets nietigs. Ook al behoort het schilderij tot de reeks Zesendertig gezichten op de berg Fuji, het drama speelt zich af in de klauwen van de golf. De berg is slechts figurant. Als ik voor de prent sta, voel ik me nietig. Niet omdat het zo’n grote verschijning is. Wel uit respect voor dit kleine kunstwerk. En uitgelaten als een klein kind omdat ik het eindelijk te zien krijg. Niet dat dit het enige juweeltje is dat hier hangt.

“Alleen in de uniciteit van het kunstwerk zelf is

de betekenis en werkelijkheid van de kunst te vinden.”

Martin Heidegger, De oorsprong van het kunstwerk.

Ik kreeg ingeprent dat kunst uniek moet zijn. Met fotografie heb ik mijn grenzen al verlegd. Waarom zou er dan iets op tegen zijn dat een prent meerdere keren kan worden gedrukt? In de houtsnedekunst werd het ontwerp van de kunstenaar op een glad houtblok geplakt. Nadat hij de grove vorm had uitgesneden, werkte hij de details uit. Om tot een meerkleurig resultaat te komen, waren zoveel houtblokken nodig als kleuren in de prent. Het was precisiewerk. De verschillende kleuren vereisten op andere plaatsen uitsnijdingen. De drukker moest ervoor zorgen dat de verschillende kleurblokken goed na elkaar pasten. Iets kunstiger toch dan op de knop duwen van een digitale printer? Hokusai heeft van De Golf meerdere afdrukken gemaakt. Ook na zijn dood ging het kopiëren door. Dat zorgde voor grote en goedkope oplagen. Het was kunst voor het volk.

Ik sta met mijn neus tegen het glas gedrukt. De hoofden van de roeiers steken boven de boten uit. De tinten blauw zorgen voor diepgang. In plaats van het plantaardige indigoblauw gebruikte Hokusai Pruisisch blauw. Deze synthetische kleurstof werd in de negentiende eeuw uit het Westen ingevoerd. Als ik het werk vanop een afstand bekijk, verdwijnen de boten in de baren en zijn het de contouren van de wolken die opvallen. De besneeuwde bergtop springt als enige zowel van dichtbij als van veraf in het oog. Er kruipt zoveel precisie in dat elke vervaardiging een uniek werk is, ook al zien ze er identiek uit.

Geisha’s en courtisanes, kabuki-acteurs en sumoworstelaars waren de initiële thema’s. Zij waren in Japan populaire figuren en dat paste bij het imago van de houtsnedekunst. De courtisanes poseren als gewillige minnaressen. De geisha’s zijn rank en gracieus in hun sensuele kimono’s. Een groot contrast met de bonkige lijven van sumoworstelaars en de norse acteursportretten. De fans kregen wat ze wilden: prentjes van hun lievelingsacteurs. De mannen namen ook de vrouwenrollen op zich, met een travestietlook als resultaat.

               

Een bordje Parental Control moet waarschuwen voor het erotisch gehalte van de volgende zaal houtsnedeprenten. Tussen deze shunga hangen ook werken van Hokusai. Shunga betekent beeld van de lente. Een eufemisme voor seks. De wilde stoeipartijen worden nochtans niet veel verbloemd. Tenzij ik de fallussen vergelijk met gigantische stampers, de vulva’s met uitnodigende bloemkelken. Hokusai heeft alle genres doorlopen, maar werd beroemd met zijn landschappen. Dat zijn ook de prenten die mij het meest bekoren. Ik wandel dan ook graag door naar de werken van Utagawa Hiroshige. Hij brak door met zijn prenten van de Tōkaidō-route. Deze hoofdweg verbond Edo, het huidige Tokyo, met Kyoto. Langs deze route waren haltes waar de reizigers konden rusten. Hiroshige bracht deze 53 shukuba in beeld. De reiswoede sprak tot de verbeelding van kunstenaars. Ook de haiku-dichter Matsuo Bashō liet zich inspireren door reizen langs deze weg.

Kono michi ya          Along this road

yuku hito nashini      Goes no one

aki no kure               This autumn eve

Matsuo Bashō

De irissentuin te Horikiri uit de reeks Honderd gezichten op beroemde plaatsen in Edo is mijn nieuwe favoriet. Eerst springen de fiks opstaande irissen en hun priemende bladeren eruit, pas daarna zie je de gloed van de avondzon die over het meer en de wandelaars in het veld valt. De gedempte kleuren zorgen voor een serene sfeer. Bij Christie’s kan je een echte druk krijgen voor een kleine 4500 dollar. Ik zal met mijn fotootje tevreden moeten zijn. Zo volks is die kunst al lang niet meer.

               

Ik kan nog een tijdje doorgaan met werken van Hiroshige op te sommen. Ze spreken allemaal tot de verbeelding. Hij liet zich nadrukkelijk inspireren door Hokusai’s Zesendertig gezichten op de berg Fuji. Toch blinkt Hiroshige uit in een romantische benadering van het landelijke leven. Hokusai zou het niet graag horen. Hun leven lang waren ze harde concurrenten. Ik wil de vete niet aanwakkeren. Ik omarm beide.

De Tennō-tempel te Osaka uit Souvenirs van mijn reizen van Kawase Hasui en De grote lantaarn bij het Kannon-paviljoen te Asakusa van Kasamatsu Shirō dateren uit de 20ste eeuw. Ik vlieg terug in mijn reistijd en ben in gedachten op die plaatsen. Niet bij de winterse avondschemering die Hasui zo mooi weergeeft. Wel opgetogen om een oord van rust te vinden in het hyperactieve Osaka of Tokyo. Mooiere souvenirs dan herinneringen kan je niet hebben. Het laatste werk dat me raakt, is De reiger in de regen van Ohara Koson. Het gestileerde effect van de witte reiger op een zwarte achtergrond maakt het eigentijdser. Door de techniek van de blinddruk waarbij met een droog blok reliëf wordt aangebracht, krijgen de witte veren diepgang.

              

Als je wil kennismaken met mijn bloemlezing moet je er snel bij zijn. Op 20 december pakt het Jubelparkmuseum uit met de tweede collectie. De prenten zijn te lichtgevoelig om ze lang te exposeren. Wat met De golf? Wil je op zeker spelen, ga dan deze week nog langs. Toch lijkt het me commercieel oninteressant om De golf van Hokusai weg te halen. Ik voorspel, misschien een beetje overmoedig, dat hij de volgende ronde overleeft. Ze tikken wel een tweede exemplaar op de kop. Zo niet zijn er voldoende hoogwaardige houtsnedeprenten die ook zonder De golf van deze tentoonstelling een must see maken.

Praktische informatie:

Expo Ukiyo-e, tot 12/02/2017, €15 

Openingstijden: dinsdag - zondag : 10:00 - 17:00 

Jubelparkmuseum, Jubelpark 10, 1000 Brussel

http://www.kmkg-mrah.be/nl/node/3716

 

 

 

 

 

Plaats een Reactie

Anneleen @Els: inderdaad, ben ook al de tweede keer geweest. Veel nieuwe, maar er zijn er ook een aantal blijven hangen. In Tokyo is een Hokusai museum, maar vanaf 25 mei ook in het British Museum een Hokusai expositie! Dat is toch net iets dichterbij! Geplaatst op 15 Januari 2017
Els Rosseau Vandaag de tentoonstelling bezocht... Echt prachtige werken, en wat een hoeveelheid! De Golf hangt er nog ?? We hebben er zin door gekregen om eens naar Japan te gaan. Geplaatst op 15 Januari 2017

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking