Reisverhaal «Street Art ontdekken in Gent»
België
|
12 Reacties
03 Mei 2020
-
Laatste Aanpassing 20 Juni 2020
Verschenen in Reiskrant, Wegwijzer vzw, juni 2020
Het is de lange rij wachtenden aan de supermarkt die mij een doelloos blokje om doet lopen in de straten van Ledeberg. Ik bots in de Walstraat op een van de insecten van Pol Cosmo. De Gentse straatkunstenaar laat her en der op gevels en aan deurlijsten beestjes achter. Zijn zwart-wittekeningen met veel lijnen en patronen hebben een goed gedoseerde portie kleur. Fel en subtiel tegelijkertijd. Ik ben er al jaren fan van. Het zijn beestjes waar ik in het echt rillingen van krijg, ik denk spontaan terug aan gruwelijke ontmoetingen met kakkerlakken op reis, maar zo eentje van Cosmo zou gerust mijn gevel mogen opfleuren. Ik ben blij met deze ontdekking, maar ook ontzet. Ik kom hier wekelijks in de buurt voor boodschappen en besef dat mijn route abrupt stopt aan de winkel. Alsof ik nooit een meter verderzet. Alsof ik letterlijk kortzichtig ben. De wereldreiziger gedraagt zich thuis als een routineuze huismus. Tijd voor verandering. Ik moet me weer laten verwonderen door de stad waar ik al meer dan twintig jaar woon.
Pol Cosmo, Wasstraat - Pelikaanstraat
Hoe zou ik het aanpakken als ik ergens ver weg op reis zou zijn? Ik herinner mij eenzelfde soort ervaring in Georgetown. Op de muur van mijn hotel stond een gigantische mural van een ijshoorntje. Ik kreeg meteen zin in een ijsje en in meer muurschilderingen. Ik vond een online brochure met een stadsplan. Een toevallige ontdekking werd een georganiseerde zoektocht. Ook al wist ik hoe de mural eruitzag, ik was toch verrast bij elke vondst. Soms raakte ik gefrustreerd als ik in de juiste straat liep, maar de schildering niet kon vinden. Bij de meest populaire moest ik geduldig wachten tot alle samengetroepte toeristen weer verdwenen waren.
Mijn mond valt open als ik het Sorry, Not Sorry Street Art plan Gent bekijk. Honderdachtentwintig hotspots zijn er. Dit vergt een gestructureerde aanpak en alles afvinken wordt een meerdagenplan. Voor ik Gent platloop, start ik eerst in mijn buurt. Van het Zuid tot Macharius. Er zijn kunstwerken die ik al vaak gezien heb, maar waar ik nog nooit lang heb bij stilgestaan. Letterlijk dan. Ik ben wel altijd ergens naar onderweg. Ik beslis om te wandelen. Ik wil niet gehaast van punt A naar punt B fietsen. Met ruimte om zelf te ontdekken en tijd om te mijmeren. In tijden van light lockdown word ik niet afgeleid door winkels en cafeetjes. Alhoewel ik af en toe hunker naar een koffiepauze.
Op verschillende plaatsen in Gent krijgen jonge artiesten muren ter beschikking om zich op uit te leven. Graffiti Jam. De stad probeert zo ongewenste graffiti en tags tegen te gaan. Of het vandalen tegenhoudt, weet ik niet. Het stimuleert alleszins de creativiteit. Er zijn ook een aantal gedoogzones. De bekendste is de Werregarenstraat, beter gekend als het Graffitistraatje. Een week voor de lockdown was het straatje volledig wit geverfd. Een stunt voor de aankondiging van het GUM, het nieuwe Gents Universiteitsmuseum waarvan de opening is uitgesteld. Het zorgde voor controverse bij verschillende kunstenaars. Dezelfde avond al werd er een Graffiti Jam georganiseerd. Ik ben geen fan van het straatje. Je loopt er met je neus tegen de muren waardoor grote schilderingen niet tot hun recht komen. Op een paar mooie illustraties na is het in mijn ogen terug een kliederboel geworden.
Murals worden interessanter als ze in interactie gaan met de omgeving. Met de muur waar ze op staan, met de buurt waarin ze een plaats krijgen… of zelfs met een verkeersbord en bekabelingen. Dat de Tweebruggenstraat een fietsstraat is, zie je niet alleen aan de roodgeverfde rijstrook, op de meeste schilderingen staan fietsers. Maar wat doet in hemelsnaam Angela Merkel op een gevel in de Ferdinand Lousbergskaai? Ze staat afgebeeld als een reuzin die iets krachtig en zachtaardig tegelijkertijd uitstraalt. De mural is van SMOK. Het blijkt helemaal niet om Merkel te gaan. De dame moet de aandacht trekken op de aanwezigheid van het buurtcentrum dat huist in een gewone appartementsblok. Stad Gent stelde vast dat veel oudere buurtbewoners niet wisten dat ze hier terechtkonden. De stad koos niet voor saaie banners. Kunstenaar Bart Boudewijns portretteerde op drie naakte gevels van buurtcentra in de stad iemand van de bewoners, bezoekers of vrijwilligers. Verkozen via een wedstrijd. Benieuwd wie die Merkel-lookalike is.
Smok, Ferdinand Lousbergskaai
Voor ROA maak ik graag een omweg. Een van zijn vogels aan de Ketelvest passeer ik regelmatig; en ik weet dat ik er bijna elke keer mijn blik even laat op rusten. Het is nu dan ook de ideale gelegenheid om een paar andere Roa’s in de stad te zoeken. Er zit een konijn verstopt in het Buurtcentrum Dampoort en een gigantische reiger siert een muur in de Bastionstraat. Ik ben gechoqueerd dat ik deze prachtige vogel zelf nog niet gespot had. Op mijn doelloze wandelingetjes passeer ik vaak in de buurt, maar ik sla altijd een straatje eerder in. Dat stel ik ook vast aan Tempelhof. Ik bots op een hele familie konijnen. Rauw en puur tegelijkertijd. Ik denk eerst dat het ratten zijn. Lijkt mij in de stadscontext meer waarschijnlijk.
Roa, Tempelhof
Een nieuwe muurschildering op een garagepoort in de Tweebruggenstraat trekt mijn aandacht. Niet omdat de wanhopige blik van het afgebeelde meisje mij lokt, wel door de grote tag waarmee de mural gesigneerd is. Kitsune staat er. Het Japanse woord voor vos. Ik zie nochtans geen vos. Of moet ik in haar ogen een verdwaalde vos ontwaren. In Pekelharing is er nog een werk. De vossen stralen iets magisch uit. Het babyvosje zoekt de liefdevolle aandacht van haar mama, de moedervos zoekt de blik van de passant. Mijn belangstelling is gewekt.
Kitsune, Pekelharing - Tweebruggenstraat
Aan de Oude Dokken is het een paradijs voor graffitikunstenaars. Er zijn gedoogzones, graffiti jams en vooral kunstige murals op de fabrieksmuren. In straten met namen als Chinastraat, Aziëstraat en Australiëstraat voel ik mij een beetje op reis. Een Aziatisch meisje van Telmo Miel prijkt op de muur in de Chinastraat. Ik ben vooral onder de indruk van The Four Horsemen of the Apocalypse van Super A. Alsof de paarden elke seconde op je af kunnen stormen. Niet om je te verpletteren, maar om je te redden. Mijn gedachten gaan in lockdowntijden een vreemde richting uit.
Super A, Australiëstraat
Van Ecyk mag niet ontbreken in het straatbeeld. Een troost voor wie de tentoonstelling gemist heeft. Ik was nog bij de gelukkigen. Op een gevel in de Van Stopenberghestraat prijkt een Lam Gods van Smates van honderd vierkante meter groot. Je kan er niet onopgemerkt aan voorbijlopen. Op een muur van de Kuiperskaai – die je het best vanaf De Krook kan zien – heeft de Argentijnse kunstenaar Pastel een detail geschilderd van bloemen uit de kroon van Maria. De avondzon op de oudroze gevel tovert een warme gloed. Je kan natuurlijk niet overal op het juiste moment zijn. De mural van Hyuro ook uit Argentinië, bewonder je het best bij ochtendlijke zon. Een mooie link met de bloemen en gewaden van Van Eyck.
Smates, Van Stopenberghestraat en PASTEL, Kuiperskaai
Voor het kunstwerk van David Shrigley moet je snel zijn. Het hangt nog tot midden juli aan de façade van 019 aan Dok Noord 5L. De kunstenaar wil kunst toegankelijk maken door zijn werk uit de musea te halen en op straat te brengen. Een gigantisch reclamebord toont naakte billen met de dwingende boodschap Look at this. Ze zijn realistisch, maar door hun omvang en positie ook best surrealistisch.
David Shrigley, Dok Noord
Ik kan van het lijstje veel meer afvinken dan ik eerst verwacht had. Voor volwassenen is een street art wandeling een goed alternatief van de berenzoektocht voor de kinderen. In coronatijden duiken intussen ook raamtekeningen op. Alweer een reden om de wandelschoenen aan te trekken.