Reisverhaal «Aperol Spritz-sfeer in Bologna»

De hopelijk misschien naar Parijs en Italië-reis | Italië | 2 Reacties 09 Augustus 2021 - Laatste Aanpassing 30 December 2021

Mijn aankomstpatroon herhaalt zich ook in Bologna. Van het station stap ik eerst naar mijn hotel. Het enige wat verschilt, is dat ik na elk stadsbezoek iets meer souvenirs op zak heb en dus elke keer meer gebukt ga onder het gewicht van mijn rugzak. Tussen de steden die ik bezoek, zit hoogstens twee uur treinen. Daardoor kom ik steevast te vroeg aan om in te checken. Geen idee of ze hier zo strikt zijn of mijn kamer effectief nog niet klaar is. Ik drop mijn rugzak en laat mij een lunchadresje in de buurt adviseren waar ik de aanbevolen tagliatelle al ragù bolognese bestel. De vleessaus op basis van rundergehakt is krachtig, het vleugje tomatensaus is net genoeg om de pasta te bevochtigen en de groenten zijn zoek geraakt, de Parmezaanse kaas haalt het zoutgehalte naar het juiste niveau. Niet te verwarren met onze spaghetti bolognaise. En nog minder met mijn versie die meer lijkt op een ratatouille. Omdat dit pastagerecht een voorgerechtje is, heb ik mij niet overeten.

Daarna wandel ik rond zonder doel of plan. Alweer ben ik verbaasd dat de stad niet heel groot is. Voor ik het weet, loop ik in het historisch centrum langs mooie pleinen en grote toeristische straten. Ik keer op mijn stappen terug, terug naar de studentenbuurt, waar ook mijn hotel, met bijpassende naam Accademia, ligt, om in te checken en er een rustige zondag van te maken.

In de buurt van de Alma Mater, wanneer ik onder de booggalerijen loop, is het duidelijk dat er in augustus weinig tot geen studenten zijn. Een snelle blik op een stadsplan leidt me naar een groene stip op de kaart. Het lijkt contradictorisch. Ik hou van de natuur in een stad. Ingeperkt, niet ongebreideld, maar in de vorm van een park of een tuin. De botanische tuin van de universiteit is open voor het publiek, met uitzondering van de serres en kassen met tropische planten. Door corona. Achtergebleven studenten keuvelen wat of lezen een boek. Ik struin door het grasgroene perk onder gigantische esdoorns, walnotenbomen en bomen met poëtische namen als weeping pagoda tree. De bankjes lonken, maar voor mij is het moment om te verpozen nog niet aangebroken.

Een andere, groene vlek in de buurt, nog net binnen de stadsgordel, trekt daarna mijn aandacht. Het Montagnolapark ligt op en rond de ruïnes van een middeleeuws kasteel. Het is er zondags gezellig en dus ook druk met gezinnen die picknicken, joggers die zich uitsloven onder de late middagzon en uitgelaten jeugd met muziek en veel drank. Ik wandel even rond, absorbeer de sfeer en kies een plaatsje aan een rustige kiosk waar ik een Aperol Spritz bestel. Het is de eerste keer dat ik bezwijk voor het drankje dat een mix is van Aperol, het minder sterke broertje van Campari, prosecco en bruiswater. Het bubbelt en is bitterzoet. Ik doe liever geen suiker bij de wijn, en ook geen water. Toch smaakt het. De zon weerkaatst in mijn knaloranje drankje.

Zo gemoedelijk mijn eerste dag verliep, zo gealarmeerd ben ik vandaag wanneer ik mij realiseer dat mijn enige dag in Bologna een maandag is en het MAMbo, of Museo d'Arte Moderna di Bologna, gesloten is. Het gevolg van zonder al te veel voorbereiding deze reis aan te vatten. Mijn frustratie wijkt snel voor kalme aanvaarding. Ik trek richting centrum en wandel rond door de oude straten van de stad. Zoals eerder op deze reis voel ik me tevreden met alles te bekijken zonder te bezoeken en zonder al te veel kennis te hebben over de achtergrond en de geschiedenis. Mijn blik wordt keer op keer getrokken door de Due Torri, twee slanke, middeleeuwse torens die hoog boven alles uitsteken, maar wel duidelijk last hebben van verzakkingen. Zowel de hoogste als zijn kleinere metgezel staan scheef. Ze hellen elk naar een andere kant voorover zodat het effect versterkt wordt. Om de bijna vijfhonderd treden naar boven te klimmen, moet je door corona op voorhand een ticket reserveren. Ik kan ermee leven dat ik het iconische uitzicht over de rode gevels en daken van Bologna, la rossa, zal missen. Ik ben er nog niet echt uit of dit een reden is om naar de stad terug te keren.

Op het Piazza Maggiore wandel ik langs middeleeuwse paleizen. Voor de basiliek zijn trappen die heel uitnodigend zijn om te verpozen en te genieten van het grote plein. Jammer dat hekkens die een podium en stoelen in coronaproof rijtjes afschermen, het zicht belemmeren. Wat verder lokt de Neptunusfontein alle toeristen. Of zijn het eerder de zeemeerminnen die de bezoekers naderbij lokken om te checken of het geen zinsbegoocheling is dat ook uit de tepels van de zeemeerminnen water sproeit.

Kleine, gekleurde details in de buitengevel zorgen ervoor dat ik de Basilica di Stefano binnen ga. In de hoop dat er binnen nog meer te zien zijn. Ook het allegaartje van verschillende gebouwen met een drietal torens trekt me aan. Of is het de pater in zijn zwarte pij die mij intrigeert? Wanneer ik binnen rondkijk, zijn het ook niet de kerk en de sarcofagen die mij interesseren. Wel zijn er zijn voldoende mooie details en ook binnentuinen met zuilen en bogen. Intussen heb ik ook de pater gevonden, verstopt in het annex klooster. In een van de bijgebouwtjes zit een winkeltje waar door de paters vervaardigde producten verkocht worden. Ze geven uitleg aan de toeristen. Ik snuister rond, maar beslis om me niet te laden met stukken zeep of flesjes kruidendrank.

Op mijn wandeling door de stad merk ik dat veel kleine winkeltjes en restaurantjes gesloten zijn. In augustus gaan de Italianen zelf op verlof. Ik loop door een straat waar op een paar restaurantjes na alle winkelluiken naar beneden zijn. Nu kan je wel de graffiti zien waarmee de houten luiken zijn beschilderd. Ik ontdek een glimlachende Dalai Lama. Bij het bezoeken van een stad hou ik van de afwisseling tussen bezienswaardigheden bezichtigen en winkeltjes binnen en buiten wandelen. Vandaag is het pover. De lokale zaakjes die wel open zijn, zijn alleszins vandaag een klant rijker.

Als tijdverdrijf ga ik uitgebreid lunchen. Ik kies nog een keertje de tagliatelle al ragù als voorgerecht en parmaham met meloen als hoofdgerecht. Ik vind het nog altijd een vreemde volgorde. De portie pasta is op zich groot genoeg voor een hoofdmaaltijd. Toch geniet ik bij een wit wijntje van de zilte ham met de zoete meloen. Omdat ik de stad intussen wel voldoende heb doorkruist, en meer dan genoeg genoten heb van het ene na het andere prachtige, oude gebouw, van de gewone huizen, vaak geverfd in felle kleuren, en van de overdekte gaanderijen, trek ik naar het Park Giardini Margherita, aan de andere kant van de stad en net buiten de stadsgordel. In het midden ligt een grote vijver met fonteinen. Ik heb het gevoel dat ik eerst de pasta en de wijn er moet afstappen om daarna met een gerust geweten aan een foodtruck mijn tweede Aperol Spritz te bestellen. Het smaakt en verfrist. Ik vermoed dat er weinig alcohol in zit.

 

 

 

 

Fotoalbums van locatie «Bologna»

Warme sfeer in Bologna (89)

09 Augustus 2021 | De hopelijk misschien naar Parijs en Italië-reis | Italië | Laatste Aanpassing 30 December 2021

 

Plaats een Reactie

Anneleen Voor jou en John ook een mooie afsluiter en goede start van 2022! Geplaatst op 31 December 2021
Cathy Heerlijk uitstapje naar Italië! Fijne laatste dag van 2021 en een heel goed 2022! Geplaatst op 31 December 2021

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking