Reisverhaal «Tasmanië, Hobart. MONA & Richmond»
Hobart
|
Australië
|
0 Reacties
15 Januari 2017
-
Laatste Aanpassing 30 Januari 2017
15 januari, Tasmanië, Hobart. MONA & Richmond
We zijn net met het vliegtuig aangekomen in Hobart, de hoofdstad van Tasmanië. Een leuke snuffelhond blijft rond ons valieske hangen dat op de transportband ligt. Ik weet meteen wat het probleem is: er zitten twee appels in wat niet mag worden binnengebracht, geen exoten, uitheemse zaden, planten of dieren. De hond krijgt zijn beloning terwijl ik de appels afgeef, we zijn allebei gehoorzaam.
De airport shuttle brengt ons naar het centrum van de stad. We hebben via airbnb een verblijf geboekt en volgens Google Maps kunnen we vanaf de benedenstad daar gemakkelijk te voet naartoe . Onze wandeling begint gestaag maar al gauw wordt het puffen én zweten. Op zo'n plan staat de hellingsgraad van de straten natuurlijk niet te lezen. Het gaat enorm steil, nog nooit gezien. We hijsen onszelf en onze bagage op. We doen dit maar één keer, de volgende dagen brengt Uber ons voor een paar dollar naar huis. Maar de moeite loont: het uitzicht over Hobart is adembenemend!
Aan de rand van de stad ligt een wat ongewoon museum: MONA. Museum of Old and New Art. De oprichter ervan, David Walsh, is een professionele gokker waarmee hij fortuinen verdient. En dat lukt hem aardig, hij is een idiot savant, zo een 'rain man' uit de film die alle kaarten onthoudt. In zijn carrière is hij vaak de toegang tot casino's geweigerd omdat hij zoveel geld opstreek. Hij heeft zijn gokdomein uitgebreid naar paardenraces en andere sporten en heeft nu een akkoord met de overheid, ze worden er allebei rijker mee.
David Walsh heeft met zijn gokgeld een reusachtige kunstcollectie opgebouwd. Seks en dood zijn de thema's die hem aantrekken, hij schrijft er boeiende artikels over. De tentoonstelling nu, 'On the origin of Art' gaat over de vraag waarom de mens creatief is, kunst maakt. Op de website van MONA kan je er alles over lezen. België wordt zeer goed vertegenwoordigd door Jan Fabre, Berlinde De Bruyckere en Wim Delvoye. Die laatste heeft meerdere grote installaties zoals de 'Kakmachine', de 'Kapel', en het levensechte getatoeëerde torso van Tim, 'The Human Canvas'. Die man zit daar te zitten, roerloos, op een sokkel, met om het uur een pauze. We weten niet hoe lang hij hier blijft.
MONA is bereikbaar met een eigen ferrydienst, een schitterende, zwarte catamaran die je binnen een half uur naar het museum vaart. Het regent, we staan lang aan te schuiven vooraleer de té kleine inkomsthal binnen te kunnen. De bewegwijzering is onduidelijk maar we geraken toch beneden waar het beginpunt van deze tentoonstelling is. Het ganse complex is uitgehouwen in de zandstenen kliffen. Ik krijg het benauwd, zo diep onder de grond maar vooral door té veel mensen om me heen. Met moeite krijgen we een iPhone te pakken om informatie over de kunstwerken te krijgen, ze zijn niet gelabeld. Het duurt even voor we door hebben hoe het werkt, waar we ons bevinden, wat er allemaal te zien is. En geleidelijk aan kan ik de drukte om me heen wegdenken, me open stellen voor de fantastische ruimtes, de zeer uiteenlopende werken, de ongewone manier van presenteren, de grote tijds- en stijlverschillen. Onbegonnen werk om alles te beschrijven, de foto's die ik heb genomen geven een beeld. We brengen de rest van de dag ondergronds door, het is bij momenten een zeer intense ervaring. In elk geval is MONA met geen enkel ander museum te vergelijken. Wanneer we terug buiten zijn is het te laat om de Kapel van Wim Delvoye te bekijken. Ik ben vooral geïnteresseerd omdat er met gebrandschilderd glas is gewerkt. Daar proberen we eerdaags voor terug te komen.
Bij onze terugkeer gaan we naar een klein park aan de haven van Hobart, de mensen genieten van de een muziekoptreden in de avondzon en van plaatselijk gebrouwen bier en lekkernijen. Nog even bekomen van de totaalervaring van het museum. Morgen verkennen we de stad.
We hebben enorm goed geslapen, het is in deze airbnb zó stil! Zalig. Ook het uitzicht vanop onze kamer is betoverend. We dalen af naar Salamanca Market, een gezellig gebeuren waar plaatselijke producten worden verkocht. De zandstenen huizen aan de Salamanca Place zijn mooi gerestaureerd en verkopen lokale, artisanale producten. We genieten van een prima lunch in een Libanees restaurant. Super vers en fraai gepresenteerd. We hebben alle tijd om de omgeving te verkennen.
De volgende dag zijn we mobiel en rijden naar Jackman and McRoss, een gekende bakkerij tussen Salamanca Market en Battery point. De rit er naartoe is al de moeite waard, de omgeving is ongemeen mooi. Schitterende huizen, gezellige woonbuurten en mooie vergezichten maken het boeiend. Eens gezeten aan de ontbijttafel denkt Cathy iemand te herkennen. Ze loopt gedecideerd op hem af en vraagt zijn naam, Martin McFarell. Het is hém, waarachtig. In 2008 verbleef deze man met zijn gezin voor 6 weken in Lepelbed. Zijn vrouw is atlete en kwam trainen voor de olympische spelen dat jaar. Hij herkent Cathy niet meteen maar weet precies waarover het gaat en vraagt direct naar Norbert en Bart. Té gek voor woorden. Ze praten gezellig heen en weer en nemen afscheid met 'see you somewhere around'! Een fantastisch verhaal toch!
Blij napratend rijden we weer naar MONA om de Kapel van Wim Delvoye te zien. Daar ben ik blij mee! De gietijzeren constructie lijkt een waar kantwerk, ook de vloer is op dezelfde manier kunstig uitgewerkt. Zes heel mooie glasramen tonen bizarre röntgenfoto's over onze ingewanden, ons geraamte. Uitgewerkt in vaal groene en blauwe kleuren met kleine rode accenten. Een beetje raar om te zien maar ik ben blij dat deze schijnbaar uitgestorven ambacht in de kunstwereld een weg heeft gevonden.
Het staat in groot contrast met de klassieke ramen uit een kerkje in Richmond die we een paar uur later te zien krijgen: St Luke's Church in Richmond, gebouwd in 1834. Ze werden gemaakt door O’Connor, uit London, en tonen een klassieke weergave van de apostelen, de profeten en de martelaren. Heel natuurlijk en sierlijk uitgebeeld, sprankelend van kleur en zeer gedetailleerd. Puur vakmanschap en gemaakt aan de andere kant van de wereld, in die tijd!
Wat een omgeving, dit kerkje ligt heel landelijk, tussen grote boerderijen in, er staan amper een paar huizen rond. In de bomen dartelen mooie vogels, het zijn roze kaketoes, een van de meest voorkomende en verspreide kaketoe soorten hier. Een vrolijk gekletter in een zeer stille omgeving. Hier is de tijd stil blijven staan, op de leefomstandigheden na, gelukkig. We bezoeken the Richmond Goal, een strafkamp voor de gedeporteerde Engelsen, opgericht in 1825. Té fraai gerestaureerd, er is heel wat fantasie voor nodig om een voorstelling te krijgen van die rampzalige periode. Ook vrouwen en kinderen werden hier overgebracht maar ook Aboriginals. Er zijn geen oorspronkelijke bewoners meer in Tasmanië, uitgestorven door ziekte en moord, uitgehongerd. Halfweg negentienhonderd is de laatste originele Tasmaniër overleden! Er zijn geen sporen van hun cultuur, geen gebouwen of nederzettingen. Het waren nomaden, leefden van jacht- en visvangst, sliepen onder de blote hemel. Nu is het land omgebouwd tot veeland, geploegd, ontbost, voorzien van exoten. Zelfs vossen heeft men hier uitgezet, voor de jacht. Die bedreigen nu de kleinere inheemse diersoorten. Het heuvellandschap glinstert goudkleurig in de zon, de kleine dorpen zien er zeer Brits uit. Er heeft zich een totaal nieuw leven gesetteld op dit wonderlijk mooie eiland.