Reisverhaal «Onze laatste week Australië...»

Onze wereldreis | Australië | 2 Reacties 03 Juni 2014 - Laatste Aanpassing 13 Juni 2014

3 - 9 juni.

Onze laatste nacht in ‘the red centre’ was een ijskoude geweest, en de laatste in de halfkapotte tent. Eerste werk die ochtend, na het gebruikelijke opkraam-ritueel, was een nieuwe tent gaan kopen. En we hadden geluk, we vonden een ruime, snel-opstelbare- 6 persoonstent, waar de bedjes dus zeker in zouden passen, en dit nog eens met 40% korting! De verhuurmaatschappij die de tent zou betalen zal kunnen tevreden zijn. Daarna, terwijl Bart boodschappen gaat doen, laten ik en de kinderen ons haar nog eens knippen. Deze keer van niemand geen klachten.
Laatste stop in Alice Springs is Anzac Hill. Een heuvel met een militair gedenkteken op, vanwaar je een mooi uitzicht hebt over de stad, en de omliggende MacDonald Ranges. In het boek Swartwater die we beiden gelezen en uitgebreid besproken hebben komt dit ook aan bod, dus het leek ons wel leuk om hier ook eens te staan. Nuja, laat ons zeggen, dat het gelukkig geen al te grote ommeweg is…
En dan dus op naar het warme noorden (heel vreemd dat je dat hier zo moet zeggen… de noordenwind is hier ook de warmere wind)! We willen de 1200km tussen Alice en Katherine zo snel mogelijk afleggen, want zoveel bezienswaardigheden zijn er niet echt.
Het vermelden waard: Barrow Creek. Een simpel roadhouse waar we even halt houden om een stuk fruit te eten. Omdat we overwegen om de dag erna een tocht te paard te doen (waardoor we dan toch wel langer onderweg zouden zijn, maar wel een leuke onderbreking zouden hebben), wil ik telefonisch contact hebben om wat extra informatie te krijgen, en eventueel al te boeken. Ik heb echter geen bereik en dus ga ik de roadhouse binnen in de hoop dat ze een publieke telefooncel hebben. Haha, je zet hier 1 stap binnen en je bent precies in een andere wereld. De muren zijn hier volledig volgehangen met geldbriefjes van over de hele wereld, pasfoto’s, krantenartikels,… Heel curieus. Er staat een toog met een oude vent achter, en zo’n drie even oude venten voor, en al heeft het geheel nu niet echt het gevoel dat je hier met plezier eentje wil drinken, je bent ook niet op je ongemak. Ik vraag of ik kan telefoneren, en hij verwijst me naar zijn eigen vaste telefoon. Paardrijden zal niet lukken, jammer maar helaas. Intussen is de rest van mijn gezinnetje ook binnengekomen, en staan ze verwonderd te kijken. Allemaal nog even naar het toilet, en intussen wil de man niets hebben voor het telefoontje of het toiletgebruik. Eigenlijk wel de moeite om hier even te stoppen! Wat minder de moeite is, is het ufo-center waar je onderweg veel reclame van ziet staan. Onze nieuwsgierigheid was geprikkeld, maar uiteindelijk bleek het gewoon een camping te zijn die een interessante invalshoek gevonden had. Galaxy-park in het echt bijna.
Daarna rijden we nog even door naar Devils Marbels. Dit is een piepklein nationaal parkje, vlak aan de weg waarop we rijden, en dus een ideale stop. Jammergenoeg blijken we niet de enigen te zijn met dit gedacht… Wanneer we de kampplaats oprijden, staat die helemaal vol met caravans! We weten nog net het allerlaatste plekje te bemachtigen, die groot genoeg is om ook onze nieuwe aanwinst uit te zetten. Het is een plezier! Eigenlijk moesten we van in het begin met zo’n extra tent geslapen hebben. Het opzetten en afbreken gaat ook redelijk snel, en je heb heel wat meer vrijheid doordat je de daktent pas moet opzetten zo’n 5 minuten voor je wil slapen.
Deze avond laten we de mooie natuur rondom ons voor wat het is, en genieten we vooral van de nieuwe tent, en van de rust die het met zich meebrengt (we horen de kinderen niet meer:-)).
Maar de ochtend erop willen we toch wel eens wat meer zien van die duivelse knikkers. We maken een korte wandeling die door het vele fotograferen toch langer dan voorzien uitvalt. Het ligt hier vol met grote ronde rotsen, waar het een plezier is over, tussen en onder te klauteren! Zelfs als je hier niet blijft slapen, zeker een leuke korte stop!
Na onze ochtendgymnastiek dan maar weer verder. We hebben even de hoop dat we al in Katherine zouden kunnen geraken, of toch al in het Elsey National Park dat we ook willen bezoeken, maar met wat pauzes onderweg zullen we toch eerder moeten stoppen. We houden halt in Daly Waters Pub, enkele kilometers van de grote weg. Het blijkt er enorm druk te zijn, de grote camping staat bijna helemaal vol, en bovendien zijn ze hier ook aan het filmen. We weten ons toch een plekje te bemachtigen, en beseffen al snel waarom dit hier zo’n toestroom kent, het is hier weer zo’n plek die je gewoon gezien moet hebben. Heel erg goedkoop om te slapen, maar ze weten iedereen te strikken (ons inclusief, maar we hebben dan ook niet veel overtuiging nodig…) voor hun ‘world-famous barra-beef barbecue’. Eerst genieten we sinds lang nog eens van een pintje van het vat (waar we wel wat licht in het hoofd van worden…) en daarna mogen we in de tweede shift gaan genieten van de barbecue. Zalig hoeveel tijd er opeens vrij komt als je je geen zorgen hoeft te maken om het eten! En weer eens kunnen eten zolang je maar wilt, in plaats van tot alles op is. En tijdens dit alles kunnen we ook nog eens genieten van enkele optredens van een paar lokale oude rakkers (genre Seasick Steve, maar met het meer klassiekere golden oldies programma ). Niet echt een plek waar je moet komen voor de rust, maar des te meer als bezienswaardigheid:-).
De laatste etappe richting Katherine onderbreken we in Elsey National Park, waar we willen gaan zwemmen in Bitter Springs. Ongelooflijk hier! Je stapt in het water, dat een zalige temperatuur heeft van zo’n 30 graden, en je laat je gewoon meevoeren met de stroom tot aan het punt waar je niet meer verder mag, en je langs een laddertje uit het water moet. Onderweg passeer je een tropische begroeiing, heel wat mega-grote spinnen in hun web helemaal over het beekje, en hier en daar een afgebroken boomstronk onder het water, die dan voor het nodige verschot zorgt natuurlijk… Maar het is bovenal echt zalig! En het water is zo helder dat je meer dan 3m diep kan kijken! Wanneer we dan nog eens van die lange isomo-buizen (noodles) ter beschikking krijgen van een oudere man, kan de pret helemaal niet meer op! Gewoon drijven en je laten meevoeren…
En dan naar Katherine! Hier installeren we ons op een camping bij de hot springs van de stad. Die we dus al vlug eens gaan uittesten! Niet zo zalig als de Bitter Springs, maar wel nog steeds heel erg de moeite waard!
De dag erna gaan we voor de laatste keer grote boodschappen gaan doen, en trekken dan naar de Edith Falls. We hadden heel graag Katherine Gorge ook gaan bezoeken, omdat die heel hoog aangeschreven bij Brigit (de schrijfster van de reisgids die ik gebruik), maar blijkbaar is het meest toegankelijke deel overgecommercialiseerd, en begint het pas de moeite te worden als je iets verder stapt of kanovaart, of zelfs een meerdaagse trektocht ervan maakt. We overwegen even onze mogelijkheden, maar besluiten dan maar gewoon dit over te slaan, liever dit dan helemaal niet doen, dan enkel het eerste deel te bezoeken en er een slecht gevoel aan overhouden. En dus hebben we meer tijd om de Edith Falls te bezoeken. We besluiten om hier ook te blijven overnachten, ondanks de heersende drukte, zodat we helemaal op ons gemak zijn. We vragen wat uitleg aan de mevrouw van het kleine winkeltje/receptie over de wandeling die je hier kunt maken, maar ze maakt ons duidelijk dat het toch wel veel gemakkelijker is om gewoon hier beneden te blijven en 150m te stappen om bij de zwempoel te komen. Wanneer we echter hele groepen en families met opblaasbedden en speelgerief zien passeren, spreekt het ons toch meer aan om even te wandelen en te klimmen en bij de bovenste poel te gaan zwemmen. We vertrekken en na een korte maar degelijk klim staan we redelijk snel bij de zwempoel. Hoe kan iemand dit niet de moeite vinden??? Er zijn hier misschien een man of 8 (waarvan 5 tot een groepje behoren waar we al eerder mee gekampeerd hebben en fijne babbels mee hadden) en verder hebben we alles voor ons alleen! Al gauw zitten we allemaal in het water, en proberen we tot onder de stromende waterval te zwemmen. Onderweg zijn er ook verschillende natuurlijke glijbanen te vinden en hier en daar een stroomversnellingetje. Voor elk wat wils dus. Zalig met een hoofdletter Z!!!
Terug naar beneden langs een heel mooi weggetje, waar we af en toe moeten halt houden om het machtige landschap tot ons te laten doordringen, en dan komen we uit bij de benedenpoel. Intussen is het hier al heel wat kalmer, en hebben we ook dit praktisch voor ons alleen, maar deze kan toch geen lap leggen aan de bovenste poel hoor! Het feit dat hier constant vissen aan mijn voeten komen knabbelen (terwijl ik een interessant gesprekje met enkele locals probeer te voeren…) helpt ook al niet…
We hadden weer een groot dilemma… Kakado, or Kakadon’t… Kakadu is het grootste Nationaal Park in Australië, en volgens velen een must-do. Maar aan de andere kant hoor je ook vaak dat het een beetje overroepen is, dat je heel wat kilometers moet rijden om in feite bijster weinig te zien… Aan de andere kant van de Stuart Highway heb je Litchfield NP, een veel kleiner park, maar daar hoorden we nog niets slechts over, enkel van onze Brigit, die het al een beetje te toegankelijk geworden vindt… Nu ja, kiezen is verliezen zei mijn pépé altijd, dus laten we het lot beslissen, en dit is dat de locals waarmee ik probeerde, terwijl ik zowat de helft van mijn eelt aan mijn voeten kwijtspeelde aan de vissen, te praten vertelden dat we Litchfield echt het einde zouden vinden. En eigenlijk vinden we het ook wel een goed idee om 1 park echt goed te kunnen ontdekken, dan een ander park, of allebei half en half…
De volgende dag dus, met toch een lichte twijfel, voorbij de afslag naar Kakadu, en verder naar Litchfield. Weer een serieuze afstand, maar we sterken ons met het gedacht dat dit de laatste echte auto-dag is. Wanneer we in Buley Rockholes (een onderdeel van Litchfield) arriveren, de kampplaats waar we wilden overnachten, weten we nog net het laatste plekje te bemachtigen…
Nadat we ons geïnstalleerd hebben gaan we even de Rockholes verkennen. Een kort wandelingetje verder komen we precies in een andere wereld terecht. Waar de kampplaats wel volzet is, maar toch een algehele rustige sfeer uitstraalt, is het bij de rivier druk, luid en … nuja, vooral druk! Een beetje zoals een tropisch zwembad eigenlijk, maar dan met echte planten ipv plastieken, en met echte overvliegende vogels, en zonder redders in te krappe zwembroekjes.
Maar we begrijpen wel waarom iedereen hier wil zijn. De rivier stroomt hier via verschillende hoogteverschillen naar beneden, en na ieder klein watervalletje of stroomversnellingetje heb je een kleine poel waar in gezwommen en, door de waaghalzen, zelfs kan gesprongen worden. Iedereen probeert een plekje te bemachtigen in en rond het water, en dan is het gewoon genieten van het frisse water. We wandelen door tot helemaal bovenaan, waar we na een beetje wachten de plek van een bende zwaarlijvige blikjes-bierdrinkende mannen (enja, ook vrouwen) kunnen innemen, en weten het natuurlijke zwemparadijs ook wel te waarderen. Vooral de kinderen dan, die glijden langs de stroomversnellingen en krijgen er geen genoeg van! Jammer van de overdaad aan (marginaal) volk, maar eigenlijk wel een leuk plekje!
Een ideaal plekje eigenlijk om Stef zijn verjaardag te vieren!!! Geen wifi hier om kaartjes en skype-groeten in ontvangst te nemen, maar wel een waar kinderparadijs! En Stef is vooral al blij dat we eens 2 nachten op dezelfde plek blijven slapen.
Maar eerst moeten we nog ons avondmaal klaarmaken. Ik ben van dienst om te koken, en opeens gaan alletwee de vuurtjes op hetzelfde moment uit… Geen goed teken, en jawel, onze tweede gasfles is leeg… Hmm, eventjes overleggen, maar het lijkt ons dan toch het beste om nu nog vlug een nieuwe gasfles te gaan zoeken. Zo moet er morgen, als alles een beetje rond Stef moet draaien, geen extra uitstap gedaan worden. Bart dus op weg (we zitten gelukkig ‘maar’ een 40km van enige vorm van beschaving) en ik probeer intussen ons avondmaal verder klaar te maken op het kampvuurtje… Heel erg handig is dat niet, maar qua beleving kan het wel tellen, we vonden het wel lekker stoer van ons;-). Eens het donker begint te worden beginnen we toch wel weer wat zenuwachtig te worden… Vreemd hoe we hier precies niet meer zonder elkaar kunnen… Of zou het misschien meespelen dat we in geval van nood elkaar helemaal niet kunnen bereiken? Soit, we zijn allemaal supercontent wanneer Bart, na een geslaagde, maar toch wel moeilijker dan verwachte missie, aankomt en de benen onder tafel kan steken. Kip-curry, traag gegaard, héérlijk! Nog wat nabespreking en dan allemaal naar bed, er volgt een belangrijke dag voor Stef!
Wanneer hij dus de volgende dag, temidden de ballonnen, wakker wordt, staat hij al snel op ons ‘bed’ te springen, en kan de feestdag starten! Hij wordt bedolven onder de cadeautjes, tekeningen, liedjes, zoenen, knuffels, en geniet van de eerste minuut tot de laatste!
In de voormiddag gaan we nog eens naar het riviertje, maar ook nu is het weer zoeken achter een plekje, en moeten we uitkijken op bier en/of wodka drinkende ouders die hun kinderen proberen mee te sleuren naar een andere ideale plek, waar ze dan al liggend in een natuurlijk brubbelbad nog een sigaretje aansteken. Maar weer trekken de kinderen het hen niet aan en zijn het natuurlijk vooral Bart en ik die ons storen aan de ‘verstoorde’ omgeving… We kunnen soms zoveel leren van onze kinderen!
De namiddag blijven we bij onze tent, en spelen wat spelletjes, eten nog wat verjaardagscake, en genieten dubbel van ons jarig ventje. Hij staat maar al te graag in de spotlights! We zijn heel erg benieuwd hoe hij zal zijn wanneer we terug zijn in België… Blijft hij deze (over)spontane, grappige clown, die hele zinnen uit luisterspelen of voorleesverhaaltjes reproduceert op de meest onverwachte momenten, en dit dan combineert met een breed gala aan gezichtsuitdrukkingen? Of zal hij toch wat moeten aanpassen, en zich wat meer terugtrekken en onder de indruk zijn van vreemde ogen? We zullen zien… Laat ons misschien (toch voor de rust in het eerste leerjaar) maar hopen op een tussenweg:-). Hij heeft zoveel geleerd deze reis, en is op zoveel vlakken reuzesprongen vooruit gegaan, maar toch heeft hij hier en daar wat in te halen. Zo zat hij 10 maanden niet op een fiets, en zal hij in de vakantie nog wat privé lessen bij zijn meetje moeten nemen om te leren zwemmen. De watergewenning kan hij wel al overslaan!
’s Avonds, nadat we het extra gezellig gemaakt hebben bij het kampvuur en een extra lang verhaaltje voorgelezen hebben, gaat hij helemaal uitgeteld gaan slapen… Wat een dag!
De volgende dag willen we het risico niet lopen om op onze gehoopte kampplek geen vrij plaats meer te hebben, en rijden dus rechtstreeks door naar Sandy Creek. We moeten weer langs een vrij gemakkelijke 4x4-weg, maar het is leuk om weer eens ‘off-road’ te rijden. Precies of je bent direct wat meer weg van de wereld… Onze angst was niet echt nodig, want we hebben de plekjes hier voor het kiezen, ook al zijn er maar 7. Heel erg leuk hier, en vooral heel erg rustig! In de namiddag besluiten we tot actie over te gaan, en doen we de korte, maar leuke wandeling naar de watervallen hier dichtbij. We moeten doorheen een prachtig stukje tropisch woud, en belanden uiteindelijk op een magisch plekje! Een grote zwempoel, omgeven door tropische planten, varens, en rotsen, en aan de andere kant van waar wij arriveren, een reuze waterval! Echt heel heel mooi! Het is echt op karakter dat we het ijskoude water ingaan, maar eens dat obstakel overwonnen, is het puur genieten! Hoe zalig zeg! We zwemmen tot aan de overkant van de poel, waar we op de rotsen klauteren en ons nestelen in het zonnetje. Intussen zijn er enkele groepen jongeren bijgekomen, en we kunnen ons amuseren met het bewonderen van hun pogingen tot waaghalzerij, wanneer ze de hoogste klif zoeken om van daar in het (hopelijk diep genoeg) water te springen…
Als allerlaatsten keren we terug. Dit is alvast weer een plekje om te koesteren!
We genieten van onze laatste avond in de vrije natuur. Morgen gaan we naar Darwin en zullen we wellicht op een betaalde camping staan, tussen allerlei caravans en mobilhomes in (maar mèt douches en spoeltoiletten…). We fantaseren er op los welke fratsen we met de grootouders zullen uithalen eens we terug zijn, en maken een medley van de grootste hits van de wereldreis. Niet om aan te horen, maar we hebben ons wel geamuseerd:-).
En de volgende ochtend dus nog eens alles opkramen, voor de voorlaatste keer, want we zullen nu 3 nachten op dezelfde plek blijven, in de stad. We willen van onze laatste dag in Litchfield echter nog een toppertje maken, en we kunnen zeggen dat het gelukt is.
Bij het wegrijden uit Sandy Creek, rijden we nogal impulsief de zijweg op naar een restant van een oud huisje hier, dat bewoond werd tussen de jaren ’20 en ’60. We zijn er helemaal alleen, en kunnen via informatieve borden een idee krijgen van het leven van de familie die hier woonde. We begrijpen wel dat het iets moet gehad hebben om hier, zo ver weg van alles, te leven, maar besluiten toch dat we het gemakkelijk vinden dat we te voet naar de spar of naar school kunnen.
Weer wat verder slaan we af bij de Wangi-falls. Dè top-attractie hier, waardoor het beschreven staat als onbeschrijfelijk mooi, maar ook wel heel erg druk. We willen het wel wagen gewoon eens te gaan kijken. De drukte valt alvast mee, er zit niemand in het water, en met wat we hier al gezien hebben vinden we dit toch niet de top-sensatie die ze beloven… Stef waagt zich er toch eens in, maar algauw zitten we terug in de auto, op weg naar de volgende, laatste stop, waar we ook zullen picknicken: Walker Creek. En dit is het best bewaarde geheim van Litchfield! Er is praktisch niemand, en je volgt gewoon een kilometerlang pad dat een beekje volgt. Op ruime afstand van elkaar zijn er kampeerplekjes voorzien, waar je niet met de auto aan kan, en die dus enkel geschikt is voor de echte backpacker. Aan het begin van het pad staat een bord waar je met krijt een plekje reserveert, en vol is vol. Prachtig systeem van gecontroleerd wild kamperen! Niets voor ons jammergenoeg, maar we genieten toch van de picknick-tafels. Het pad volgen we niet, want aan de eerste afslag vinden we al alles wat we zoeken voor de rest van de dag: een tafel, een strandje, en een beekje waar de kinderen menig uur zich zullen kunnen bezighouden met dammen bouwen. Wanneer we bij het wegrijden op een hele mooie gravelroad nog 2 keer kangoeroes zien wegspringen kunnen we besluiten dat we ons geen mooiere afsluitdag van deze wonderlijke trip door de natuur konden voorstellen!
Wanneer we Darwin naderen kiezen we een beetje op goed geluk onze laatste camping uit, met vooral oog op het plezier voor de kinderen. En we kiezen goed, want er is hier een supergroot spring-luchtkussen, een waterpretparkje vol waterspuitende speeltoestellen en 2 zwembaden mèt jacuzzi… Een waardige afsluiter dus, waar we de eerste dag enkel genieten van de camping en van het skypen met familie en Stefs klas.
De dag nadien kuisen we al de auto en beginnen we de valiezen al wat te sorteren, en gaan we in de namiddag het centrum in. We bezoeken de ondergrondse tunnels waar ze in de WOII olie wilden stockeren, en gaan een kijkje nemen aan het Waterfront. Om wat wifi te hebben gaan we nog naar de Staatsbibliotheek, die zich in het parlement bevindt. Heel wat controle dus om binnen te raken, maar wel een aanrader. De kinderen krijgen een speciale trolley voorgereden vol informatieve kinderboeken en knutselmateriaal. Iedereen content! Iets later zijn we iets minder content, wanneer we een boete aan onze ruitenwissers zien hangen… En een parkeerboete betekent hier 40$!!! Djudedju…
Nadien gaan we naar Mindill Beach Market. Een avondmarkt die in het droge seizoen elke donderdag- en zondagavond doorgaat en die dè publiekstrekker is hier in Darwin. Wekelijks trekken ze zo’n 10 tot 15000 man! Het verkeer stropt dan ook redelijk als we er naar toe willen rijden, maar eens op de parking valt de drukte reuze mee. We voelen ons direct in Dranouter (onze tickets zijn trouwens al besteld! Want Urbanus komt, en dat moèsten de kinderen zien…) en genieten van de uitgebreide keuze aan eetstalletjes en souvenierwinkeltjes. We voelen ons zo terug in Chiang Mai! We vinden een paëlla-kraam en kunnen dit echt niet weerstaan. Met elk een doos paëlla in de hand (en frietjes en een worst op een stok voor Stef…) gaan we op het strand zitten om de zonsondergang te bewonderen. Een beetje grappig om àl dat volk hier op elkaar gehoopt te zien, maar zo hebben we het al meer meegemaakt op deze reis natuurlijk. Daarna worden we nog getrakteerd op een echt leuke vuurshow, waarbij de kinderen met open mond zitten te kijken. Iedereen nog een dessertje en hier en daar nog een souvenir (help hoe krijgen we dat allemaal mee???), en dan moe maar voldaan terug naar huis. De markt is inderdaad erg druk, maar wij vonden het met de vele straatanimatie toch wel de moeite!
De dag erop moeten we nu echt alles in de valiezen krijgen, en gaan we daarna gaan picknicken in de Botanische tuinen. Een beetje met lange tanden, want we hebben nog een noodvoorraad soep in blik (ofte luievrouwensoep) over, en dit is nu niet echt de ideale picknick… Maar we hebben het geluk naast een groep bejaarden op uitstap te zitten, die al hun resten met ons delen. En zo eten we dus ook nog worstjes, en hamburgers, en aardappelsalade, en fruit en,… Allé ja, de picknick was dus toch nog geslaagd!
We besluiten nog eens naar de bib te gaan,om onze boete te gaan betalen, en hier zit ik dus dit te schrijven.
Straks gaan we de jeep terug gaan brengen, en daarna trekken we naar de luchthaven. We hebben pas vannacht om vijf voor 2 ons vliegtuig, wat al lastig zal zijn, maar dan moeten we morgen, wanneer we om half zeven geland zijn, nog een hele dag wachten in Sydney, om dan zaterdagavond om 21.15u pas onze vlieger te hebben richting Rarotonga. Waar we dan de zaterdagochtend om 6.30u landen. Foutje denk je??? Zeker niet! We vliegen namelijk over de datumgrens, waardoor we 14 juni 2 maal mogen beleven. Een cadeautje van de natuur omdat we al eerder uren ingeleverd hadden, maar toch wel jammer voor de jarigen van die dag, die direct 2 jaar ouder worden in onze ogen…
Een lastig parcours dus om in de Cook-eilanden te geraken, maar het vooruitzicht op zon zee en strand maakt het beter verteerbaar. Een weekje luieren en genieten! En onze trip in Los Angeles voorbereiden. En nog wat verder fantaseren over ons leventje thuis… We zien het allemaal super zitten!

 

 

 

 

Fotoalbums van locatie «Alice Springs»

Alice Springs - Darwin. (25)

03 Juni 2014 | Onze wereldreis | Australië | Laatste Aanpassing 13 Juni 2014

  • Vlak aan de waterval bij Edith Falls.
  • Katherine
  • Sandy Creek, Litchfield NP.
  • Edith Falls, de bovenpoel.

 

Plaats een Reactie

juf griet amai, Stef, 6 jaar worden is speciaal want het is je laatste kleuterverjaardag, maar die van jou is toch wel super geweest, met de "gewone, traditionele" verjaardagstradities erbij. jullie avontuurlijke jaar zit er bijna op, maar voor Stef staat een nieuw avontuur voor de deur, leerjaar 1! MAAR eerst nog genieten van jullie laatste avontuurweekjes en 2 maanden zomervakantie. nogmaals veel groetjes en merci voor de leuke skypemomentjes. Geplaatst op 13 Juni 2014
Rita Courtens Helaba, wat is dat daar met die fratsen dat jullie zullen uithalen met de grootouders als jullie terug thuis zijn??? ?? ?? Geplaatst op 13 Juni 2014

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking