Reisverhaal «Dhaka...hoofdstad van Bangladesh...»

My First Trip... | Bangladesh | 0 Reacties 07 Oktober 2005 - Laatste Aanpassing 07 Oktober 2005

Verslag 1

Ons vliegtuig landt eindelijk op vaste grond. Door het kleine raampje heen zien we heel veel groen en water. het komt wat vreemd over. Plots beseffen we eens te meer hoe Belgie volgebouwd is. Natuurlijk is Belgie niet doorsnee WERELD. De natuur stemt ons vrolijk. Wat later komen we in de terminal  op weg naar de zone voor transitreizigers. De WC's, die we hoogst nodig moeten bezoeken doen denken aan de meest primitieve kampplaats van weleer; gebroken WC-potten,vieze hudo's waar geen mens wil voorstaan, vuile muren en vloeren, van WCpapier is hier al lang geen sprake meer. Als je dat vergelijkt met LHR, Dubai International ARP of Zaventem dan wordt je van binnen al even stil. Gelukkig worden we even later redelijk snel gediend door de plaatselijke loketbediende van de transitbalie. Het doet wat vreemd aan om je volledige passport en vliegticket af te geven aan een onbekende. Maar pas op, in ruil krijg je wel een geplastificieerd,  half gescheurd en volledig verfrommeld kaartje met daarop het woord IMMIGRANT. Dat compenseert de boel zeker... Of we nog ooit onze documenten terugzien en wanneer we onze verdere vlucht naar Bangkok hebben; dat zijn vragen waar alleen wij ons als immigrant mee bezighielden, maar dat was allerminst de zorg van Mister Transitbalie.

Wat later komt er weer zo'n mannetje ons halen. Hij loodst ons door de volledige luchthaven op weg naar de baggage. We passeren een volledig lege zaal, een voetbalveld groot, met zeker 10 blauwe balies. Bij nader inzien zit er minstens 1 kereltje achter elke balie, vaak omgeven door een assistent. Het geeft weer een bevreemdend gevoel als je door 38 ogen bekeken wordt en je beseft dat die ventjes werkelijk niets te doen hebben als te zitten. Hun blikken voelen onwezenlijk aan. Emotieloos, star kijkend volgen ze ons zonder meer... 

Iemand kijkt al wat verder door het raam. Zijn ogen vallen op meters hoge ijzeren hekken met daar achter tientallen Bangladezen die nauwlettend volgen wat er zich binnen afspeelt. Niets eigenlijk. Alleen wijm een groep gestrande reizigers in een onnodig grote zaal. Elke stap die wij dichter zetten in de richting van de uitgang doet ons meer en meer slikken: gewapende soldaten bewaken elke deur en geregeld moeten we ons nog identificeren, met ons pasje en wordt onze handbaggage nogmaals zorgvuldig gecheckt. Omdat onze volgende vlucht  "maybe tomorrow at 9.00" is, worden we op kosten van Biman in een hotel ondergebracht. Het plaatselijke busje brengt er ons heen.

Wij zijn een rijdende bom geld in een stad vol armoede: tientallen beklijvende en aandoenlijke zichten volgen elkaar minutenlang op. Ontelbare riksjarijders gekleed in sarong of wat lompen stof wachten op een mogelijk volgende klant. Duizenden mensen zitten doelloos op straat. Zij kijken niet rond zoals wij dat graag doen als we op een terrasje zitten. Neen. Voor hen lijkt wel elke seconde even traag te gaan maar geen haar op hun hoofd lijkt dat erg te vinden. Zij berusten in dit leven. Wat verder ploeteren schamele auto's door plassen modder en water allen met als doel een plaatsje te bemachtigen op de geasfalteerde hoofdweg> 

Hier is het chaos alom. Heel onze route is een aaneenschakeling van duizenden toeters en klaksjons. Er gaat geen seconde voorbij of je hoort er wel 5 tegelijk. Iedereen toetert op iedereen zonder dat zich 1 iemand boos maakt of  er een accident gebeurt. Bovendien zoeken enkele Bangladezen tussen dit gewoel hun weg om hun etenswaren aan de mensen te verkopen. Hier tussen staat ook de plaatselijke wegpolitie, gewapend met een houten stok en fluitje om hierin structuur te krijgen. Deze man kan echt geen eer halen van zijn werk. Onmogelijk.

Plots legt de chauffeur zijn motor af. Zouden wer er zijn? Moeten we hier uitstappen tussen die mensenmassa? Neen. De trein passeert. Tjokvol zit die. Ja idd, zelfs op het dak zitten de mensen. Het is net zoals de foto's in boeken of tijdschriften over de derde wereld. Het ijzeren ding tuft zich ontiechelijk traag over de rails. Wij aanschouwen dit met open mond terwijl wij ondertussen omsingeld worden door andere Bengaalse busjes. Iedereen kijkt ons aan. Hun diepbruine ogen blijven minutenlang in onze richting komen. Het is beklijvendm wat beangstigend en een gevoel van onrechtvaardigheid overvalt ons. Het wordt steeds stiller en stiller op de bus. Wat verder wast een man zich in een plas water langs de kant van de weg, kindjes scharrelen in een metershoge afvalberg op zoek naar iets van nut, een man kuist een hoop verroest ijzer af, overal ligt vuil en in de verte staan schamele paalwoningen. Ook golfplaten huisjes passeren ons in bosjes. Een naakt kindje doet zijn grote behoefte op straat. Zijn moeder wast daarna zijn poep met haar hand, met water uit een potje. Beklijvend. Elk tafereel. Een grote palet armoede om ons heen.

Een zoveelste keer stopt onze bus. Nu even van de straat af, achter een hek. De chauffeur stapt uit. Wij alle 16 blijven zitten op de bus. Ergens zijn we ons bewust van het feit dat we er zijn. Maar hier uitstappen is voor ons allemaal moeilijk. Op teken van de bestuurder doen we het toch. Een voor een. Als een kudde dieren zoeken we dicht bij elkaar bescherming. Weer staan tientallen Bangladezen aan het hek. Een gewapende wachter houdt de wacht aan de opening waar zonet ons busje binnen reed. Wij worden wat dieper in een steegje geleidt; de ingang van ons 'hotel'. Schamel, donker, basic zonder franje. Wij weten dat dit grote luxe is voor allen die buiten staan, maar ons pakt het. De muren zijn kaal, sfeerloos, onpersoonlijk. Toch geeft het ons een iets geruster gevoel als we de deur van de kamer achter ons dichttrekken en ons extra slot kunnen dichtdoen. Een raam geeft uit naar buiten. Weer dezelfde beelden: onophoudelijk chaotisch verkeer en een hoop golfplaten huisjes waaruit een flauwe lichtschijn  naar buiten komt. Als ook wij wat later het licht uitschakelenm kruipen wij heel dicht tegen elkaar aan en laat ik wat tranen van de opgedane ervaringen. Dit is hard en moeilijk. Met bange gedachten aan de toekomst gaan we slapen...




 

Print Friendly and PDF

 

 

 

Fotoalbums van Bangladesh

General (6)

07 Oktober 2005 | My First Trip... | Bangladesh | Laatste Aanpassing 03 December 2010

  • Op onze bloedhete kamer. We waren nog maar 24 uur
  • De volgende dag terug op het busje gezet omdat er
  • Op een bloedhete mimi-bus werden we naar een hotel
  • Cultuurschok... op voorhand nooit echt tenvolle he

 

Plaats een Reactie

 

      
This site is only viewable in landscape mode !
Session Tracking